Woensdagavond. Het is zover, we vertrekken naar Griekenland. Natuurlijk met een Brabants kwartiertje, dus iets later dan gepland. In twee dagen gaan we 2.700 kilometer rijden, helemaal naar Athene, zes grenzen over. Dwars over de Balkan met een paar uurtjes slaap per nacht. Blijkbaar hoort dat ook bij toeren; door al die prachtige landen rijden en er helemaal niets van zien. Wat we voor de boeg hebben, is een lange rit met weinig slaap en een hoop flauwe grappen.
Dan is het plotseling vrijdag en zijn we eindelijk in het drukke Athene, waar iedereen enorm druk bezig lijkt te zijn met van alles en nog wat. Aangekomen bij de zaal, blijkt dat deze nog gesloten is. We zijn veel te vroeg, omdat we ‘s nachts hard doorgereden hebben in Macedonië. Gelukkig is er een prachtig hotel voor ons geboekt, letterlijk om de hoek van de zaal. Later blijkt ook nog dat op het plein daar tegenover een ‘linkse’ community bivakkeert.