Voor de jongere generatie: Gruppo Sportivo was vroeger heel populair. Eind jaren ‘70 en begin jaren ‘80 (van de vorige eeuw!) scoorden ze talloze hits zoals ‘Hey Girl’, ‘Disco Really Made It’ en ‘Tokyo’. Je zou zelfs kunnen zeggen dat Gruppo Sportivo wat heuse klassiekers heeft afgeleverd. Terug naar het heden: onlangs bracht Gruppo Sportivo een nieuw album uit, ‘Great’. Wat wij willen weten is: waarom? En niemand kan dat beter te vertellen dan frontman en Haagse muzieklegende Hans Vandenburg.

“Ik ben een veelschrijver”, legt Hans uit. “Op een gegeven moment heb ik weer een zak vol liedjes liggen en dan denk ik: wat ga ik er mee doen?” Tegelijkertijd wilden de andere bandleden, Max Mollinger, Peter Calicher en de Bombitas, weer live spelen. Dat had de band sinds 2013 niet meer gedaan. “Het resultaat is dat we nu een nieuwe plaat hebben en weer live spelen.”

De eerste twee albums van Gruppo Sportivo - 10 mistakes en Back to 78 - waren enorm succesvol. En laten we eerlijk zijn, er zijn talloze bands die na jaren menen te moeten terugkomen met nieuw materiaal en dat beter niet hadden kunnen doen. Is Hans daar niet bang voor? “We lopen dat risico al 45 jaar ofzo. Na die eerste twee platen kan je het alleen maar minder doen, dus wij hikken daar al zolang we bestaan tegenaan. Moet je dan zeggen: ‘laten we het maar niet doen?’ Er worden zoveel albums en nummers uitgebracht waarvan je denkt ‘ja, als het zo moet, dan gaan wij ook maar weer."

Gelukkig voor Hans wordt Great goed ontvangen. “Net als toen staan alle neuzen dezelfde kant op. Mensen vinden het ineens weer leuk dat we er zijn en gaan er positief over schrijven, maar je weet niet precies hoe het komt. Natuurlijk, denk je na verloop van tijd: het is een heel goed album, maar dat is ook maar heel relatief. Er zijn ook slechte albums die heel erg zijn doorgebroken.”

Voorbereid als we zijn, hebben we het album al geluisterd. Ons oordeel: typisch Gruppo Sportivo maar toch niet gedateerd. “Het is natuurlijk nooit de bedoeling om gedateerd te klinken. De Beatles klinken ook nog steeds niet gedateerd. Je kan wel een soort tijdloze muziek maken, maar zodra je het natuurlijk over politiek of toestanden gaat hebben die nu spelen, dan wordt het gelijk in een tijd geplaatst.”

Zo komen we op de teksten van Gruppo Sportivo, die toch vaak bekend staan om de humor en de kwinkslagen. “We hebben een aantal nummers van vroeger die gaan over Van Agt, of toestanden in Engeland, en daarvan weet niemand meer waar het over gaat. Daarom blijven de universele liedjes over liefde - hij maakt het uit, zij maakt het uit, je bent verliefd - universeel. Met nietszeggende teksten maak je de meeste kans om tijdloze muziek te maken.”

De aanpak die Hans bij het schrijven van zijn teksten hanteert is in de loop der jaren niet veranderd. “Onze teksten gingen meestal over seks, science fiction en poep. Nu is er een nummer als ‘Cockroach’, over kakkerlakken. Die worden steeds meer gegeten. Of dat nummer over die plastic pop. Dat is al wat ouder, maar dat is weer heel actueel nu we robots aan het maken zijn die mensen gaan bevredigen.” Hierna hebben we het uitgebreid over science fiction, waar talloze ideeën voor nieuwe teksten uit voortkomen: drones, Soylent Green, virtual reality, Westworld en ga zo maar door. Conclusie: de thema’s zijn grotendeels hetzelfde gebleven en er is nog genoeg inspiratie.

Jaren geleden zong Gruppo Sportivo in ‘Disco really made it’ over hoe de band discomuziek haatte, ironisch verpakt in een disconummer. Nu hoorden we op de nieuwe plaat ook een stukje disco voorbijkomen. Hoe kan dat? “Dat is ‘Cruisin’’, daar zit een citaat uit ‘Disco really made it’ in, en een stukje ‘Car wash’. Er zit van alles in."

"Als je een parodie maakt op disco, dan moet het aantrekkelijk voor de mensen zijn om naar te luisteren. Het mooie is dat ze denken ‘goh, wat een lekker disconummer’, maar ze luisteren naar iemand die zegt ‘it’s empty and I hate it’. Dat is de grap van dat nummer en dat heeft nog gewerkt ook. We zijn niet eens geboycot, jammer genoeg. Hoewel, wij zeggen wel eens: als Gruppo Sportivo geboycot wordt, dan hoor je ons nergens meer. Maar eigenlijk vind ik disco ook wel weer leuk. Eigenlijk is alle muziek leuk, behalve slechte.”

Over slechte albums gesproken: “In de periode dat van die arty farty albums populair waren, dat je denkt van ‘jezus, die hadden wel eens mogen stemmen’, is mijn streven wel eens geweest om een heel slecht album te maken. Daarmee bedoel ik dan een heel artistiek album, heel atonaal met galmende zangeressen en ineens zo’n baritonsax en een klap op een bekken. Dat je als je er naar luistert denkt ‘dat moet wel heel veel betekenen als je dat zo opneemt’.”

Dus zit er nog een slecht album in de pijpleiding? “Nou je weet natuurlijk niet welk album dat we al gemaakt hebben al zo bedoeld was. Je kan zeggen dat al onze albums die geflopt zijn slechte albums waren en dat dat niet gewerkt heeft zoals ik dacht dat het zou werken.”

Nu is Gruppo Sportivo dus weer terug. Wat wil Hans nog bereiken? “Touren in Amerika en doorbreken. Nee, wat ik wil bereiken is dat je er als oude lul nog steeds bent, dat je niet uitgerangeerd bent. Dat je nog steeds dingen maakt die er toe doen. Als mensen zich er maar bij amuseren of erom moeten lachen en dat je dit kan doen terwijl generatiegenoten van je allang achter de geraniums zitten.”

Had je dan niet tot in de eeuwigheid 'Hey girl' kunnen spelen? “Nee, dat is blijven plakken in het verleden. Ik maak liever nieuwe dingen, dat heb ik met alles. Ik richt ook het liefst elke week een nieuw bandje op, want dat is steeds weer spannend. Een naam verzinnen en een plaat maken met steeds een ander geluid. Dat is spannend om daar dan weer aan te beginnen om te kijken of dat ook aanslaat. Dat vind ik eigenlijk het leukste van het beroep.”

Mensen die Gruppo Sportivo willen zien, kunnen de komende tijd her en der in het land terecht. Hans is tevreden, Gruppo Sportivo is weer behoorlijk populair. "We staan 9 van de 10 keer voor uitverkochte zalen." In Den Haag speelt de band op Parkpop Saturday Night. Laat de naam je niet misleiden: “Het heet Saturday Night, maar we spelen ‘s middags.”