Case Mayfield en zijn gitaar, intiem en puur bij Acoustic Alley

Na vele huiskamerconcerten is het even wennen op een echt podium

Ramon Keyzer | Foto's: Peter de Hoog ,

Case Mayfield komt uit Volendam. Laat je daar echter niet door misleiden, dit heeft niks te maken met de gevreesde palingsound. Case is op en top singer-songwriter en maakt pure kleine liedjes met eerlijke teksten op akoestische gitaar. En nadrukkelijk dus geen palingsound. Nadat hij enkele maanden geleden op het State-X New Forms Festival speelde, was hij op vrijdag 23 januari alweer terug in Den Haag, dit keer in het kleine maar warme Theater in de Steeg tijdens Acoustic Alley.

In 2010 won Kees Veerman, zoals zijn oma hem noemt, de publieksprijs bij de Grote Prijs van Nederland. Na twee EP's bracht hij in 2012 zijn volwaardige debuut 'The Many Coloured Beast' uit. Slechts een paar maanden later gevolgd door opvolger '10'. Beide platen zijn gevuld met fijne liedjes over minder fijne onderwerpen. Na een wat langere tussenpauze bracht deze geboren Volendammer vorig jaar 'Another Glorious Battle For The Kingdom' uit. Fijne liedjes, kleine liedjes en soms wat steviger. Verscholen in een steeg op het randje van het centrum van Den Haag, vind je, als je heel goed zoekt, Theater in de Steeg. Een heel klein maar knus theater met een podium en zo’n veertig stoelen. Op die stoelen zitten vooral vijftigers. Veel zijn er nog iets ouder. Op het podium de jongste van allemaal, starend naar zijn schoenen met een gitaar in de hand; Case Mayfield.
 
Met ‘A friend of mine’  en ‘Alright Louise’ begint hij meteen sterk. Hij speelt en zingt onversterkt en lijkt zich een beetje ongemakkelijk te voelen op het podium. “Het is alweer even geleden dat ik zo lang heb moeten spelen”, verontschuldigt hij zich, “Ik doe namelijk bijna alleen maar huiskamerconcerten, ik heb er zo’n achthonderd gedaan nu”. ”En dan sta ik meestal tussen de mensen. Nu ineens weer op een podium is even wennen”. Case Mayfield is het duidelijk niet gewend een set van tweemaal driekwartier in elkaar te zetten en twijfelt tussendoor wel erg veel en erg lang over welk nummer te spelen. In het begin is dat wel grappig maar later wordt dat wat irritant. Misschien een idee om eens een setlist op te stellen.
 
Het zijn de grappige verhaaltjes tussendoor die een welkome afwisseling vormen van het muzikale deel. Over dat hij altijd overal zwarte katten ziet, over zijn optreden op een babyshower voor twintig vrouwen, de inboedels in de huiskamers waar hij speelt en het verontschuldigen voor het lange tijd ontbreken van vrolijke liedjes. Na de pauze speelt hij direct het wat meer uptempo ‘Schizophrenia’. “Welkom bij het blije gedeelte.” Om twee liedjes later te vervolgen met “Dat was het blije gedeelte”.
 
De kaalgeschoren zanger kijkt alleen het publiek in wanneer hij tussen de liedjes door wat vertelt. Verder staart hij voornamelijk naar zijn voeten en maximaal veertig centimeter daarvoor. Wanneer het tempo omhoog gaat en de emotie een grotere rol speelt, gaat Case daar helemaal in op. Hij schreeuwt het uit en geeft alles in zijn liedjes. Dit is duidelijk af te lezen aan de grimassen die hij trekt. “Ik spuug alles onder”, verontschuldigd hij zich terwijl hij zijn gitaar met zijn mouw droog poetst. Nonchalant, soepel en super snel schieten zijn vingers over de fretten van zijn gitaar. Het instrument is duidelijk een verlengde van zijn lichaam. De schuchtere singer-songwriter weet zijn muziek live bijzonder smaakvol in te kleuren met subtiele accenten in zijn gitaarspel.
 

Aan het einde heeft hij steeds meer moeite om enige vaart in het optreden te houden. “Ja ik kom steeds op liedjes waar ik geen zin in heb”. En dan, vlak voor het eind verrast hij met het prachtige en spannende ‘9 crimes’ van Damien Rice. Met hangen en wurgen haalt Case het laatste liedje. En dan knapt bij het stemmen van zijn gitaar een snaar. “Die heb ik met dit nummer echt nodig”. Na zijn gitaar opnieuw te hebben gestemd en het bewuste liedje te hebben gespeeld is het dan echt over. Geen toegift, dat is duidelijk, Kees is blij dat het erop zit en bedankt het publiek “voor dit vreemde optreden”.