Verslag Parkpop 2014: Jupiler Stage

Met Epica, Kensington, Orange Skyline, Dudettes en meer

Robin Stroop, Marije Pluim, Lilianne Laan, Cok Jouvenaar en Martin de Kruijter | Foto's: Peisam Tsang, Jan Louis van den Oever, Wouter Vellekoop en Jan Rijk ,

Het Jupiler Stage op Parkpop 2014 ligt mooi opgesteld tussen de prachtige bomen van het Zuiderpark. Dit jaar spelen hier de winnaar van de Global Battle Of The Bands, Orange Skyline, de bands met niet-alledaagse muziek Djaikovsky en Hanggai, het aanstormende talent Dudettes en de absolute publiekstrekkers Kensington en Epica. Een prachtige line-up!

Het is zowel een eer als een vloek om een festival te moeten openen. De drie Groningse rockchicks (en hun gelegenheids-Jurgen op bas) van Dudettes kwijten zich echter meer dan prima van hun ondankbare taak. Het veld bij het Jupiler-podium is nog vrij leeg bij aanvang van het optreden, veel te leeg eigenlijk voor een band van dit kaliber. Vanaf de eerste tonen spat het enthousiasme en de vaardigheid van het podium. Dat dit voor Dudettes de eerste keer is dat ze op een groot festival staat is dan ook nergens aan te merken. Gezegend met een frontvrouw met een mega-hairdo en een stem om die te matchen knalt de aanstekelijke rockmuziek richting de gestaag in aantal toenemende toeschouwers. Halverwege het optreden is er zowaar nog een kippenvelmomentje wanneer zangeres Zjoly het heeft over wat liefde is en dat haar grote liefde uiteraard muziek is. De aanwezige mensen pikken dit ook op en het deels instrumentale stuk dat op de monoloog volgt kan op flinke bijval rekenen. Erg leuk om mee te maken. Al met al een prima optreden van een uitstekende band, want kom op, wanneer je een nummer als ‘Wicked game’ van Chris Isaac zelfs de moeite waard kunt maken, dan heb je wel wat in je mars! (MK)

De Groningers van Orange Skyline bemachtigden een week geleden een felbegeerd plekje op het Jupiler Stage door de Nederlandse finale van Global Battle of the Bands te winnen. Van de Grote Markt naar het grote Parkpoppodium is misschien een flinke stap, maar het gaat het vijftal goed af. Met hun aanstekelijke britpopliedjes winden ze het publiek rap om de vinger. Het is niet lastig om te horen waar de mannen hun inspiratie vandaan halen. De link met Arctic Monkeys, Oasis en The Libertines is snel gelegd. Net als hun Haagse evenknie Taymir heeft Orange Skyline dit kunstje goed in de vingers. De hippe kapsels, cocky act en soms wat rammelende presentatie lijken één op één uit dezelfde trukendoos als die van hun beroemde voorbeelden te komen. Het is dan misschien niet heel erg origineel, maar de set zit goed in elkaar en de Groningers weten net als afgelopen zaterdag op de Grote Markt ook hier te overtuigen. Als ze dat volgend jaar tijdens de wereldfinale van Global Battle of the Bands ook weten te doen dan zouden we misschien best nog wel eens meer van ze kunnen gaan horen. (MP)

DJAIKOVSKI, de godfather van de Balkan electronica vereert het Haagse Zuiderpark vanmiddag met zijn komst. En de Macedonische geluids-alchemist is niet alleen gekomen. Hij heeft rapster TK Wonder, een drietal blazers en een violist meegenomen. Een wonderlijke combinatie die je op een van oorsprong rock-georiënteerd festival als Parkpop misschien niet zo snel zal verwachten, maar de Balkan Beat gaat er verbazingwekkend goed in vandaag. Al vrij snel na de eerste tonen gaat het publiek los alsof het nooit anders gedaan heeft. DJAIKOVSKI tovert dreunende beats, stampende ritmes en exotische klanken uit zijn Macs, terwijl TK Wonder al dansend haar rap-met-een-boodschap erin verweeft. Keer op keer roept de rapster tegen het dansende veld dat ze zich vooral niet door anderen de les moeten laten voorschrijven. Op zich een prima boodschap, maar na een keer of tien is het wel duidelijk. Niet alleen qua teksten was iets meer variatie prettig geweest. Ook muzikaal gezien wordt de set na een minuut of twintig vrij eentonig. Steeds maar weer worden dezelfde etnische klanken op volumestandje tien de atmosfeer in geslingerd en dan duurt een set van bijna een uur best wel lang. (MP)

Samen met Gers Pardoel verzorgt Epica het hoogtepunt van Parkpop 2014. Een band met een trouwe fanschare. Ongetwijfeld zullen deze van heinde en ver zijn gekomen om dit professionele vuurwerk te zien. De opkomst van Epica is net zo bombastisch als de muziek. Vuur en rook geruggensteund door zwaar aangezette symfonische metal.
Ondanks of misschien wel dankzij de professionele houding van de band hebben de leden het enorm naar de zin. De glimlach is niet van de gezichten van de muzikanten af te slaan. Ook wordt er geregeld naar het publiek gewezen als blijk van herkenning. Zelfs ‘The Essence of Silence’ van het nieuwste album ‘The Quantum Enigma’ wordt al uit volle borst meegebruld. Zangeres en boegbeeld Simone Simons bedankt haar publiek met “Zo dat is een lekker begin. Hopelijk gaat Nederland straks Mexico overwinnen!” Als gadget heeft de band flink wat Albert Heijn hamstertje geplakt op microfoonstandaards en pedalen. Snel stijgt dit optreden naar ongekende hoogte en is het duidelijk dat hier de act van de dag act de presence geeft. Net als het optreden van de Noisettes van vorig jaar en die van de Memphis Maniacs in 2011 voelen we ons weer bevoorrecht om er bij te zijn. Simons is goed bij stem en stukken als ‘Victims of Contingency’ en ‘Unleashed’ van ‘Design Your Universe’ zijn niet te versmaden. Enige minpuntje: Epica had moeten spelen in het donker. Met een lichtshow was het nog intenser geweest. (CJ)

Het vuurwerk van de 2-1 knalt nog na en traditioneel Mongoolse keelklank-sensatie Hanggai kan zijn lol niet op: zo'n euforisch publiek komen ze in Nederland niet vaak tegen. Van opener (en meezinger bij uitstek) ‘Drinking Song’ worden de ‘Hai!’s vanaf de eerste refreinen meegebruld. De opzwepende versnellingen die bijna elk nummer kenmerken, hebben het publiek meteen daas en ze houden de actie het hele optreden vast. Het is Lowlands revisited voor de Chinees-Mongoolse rockband, waar ze in 2012 een feestje bouwden van vergelijkbare omvang. Keelklanken ten spijt, het is niet alleen traditioneel Mongools wat we horen. Op het podium staan ook een zeer traditioneel Westerse rock ’n’ roll bassist, drummer en gitarist. De combinatie met drie Oosterse snaarinstrumenten en de intrigerende zang van frontman Ilchi leveren doet visioenen van gallopperende paardenkuddes over woeste steppen samenvallen met het beeld van hossende juichpakken op het Zuiderparkse gras. Bij het laatste nummer alle vuisten in de lucht en Parkpop brult Mongools mee alsof ze niet anders gewend zijn. Hanggai was een gewaagde keus op het programma, maar pakt mede dankzij de '87 van Sneijder en de penalty van Huntelaar miraculeus goed uit. (LL)
 

Wat is de optelsom van een uitgelaten massa Parkpoppers euforisch van de overwinning van ‘onze’ baltrappers met een retegoede even euforische rockband? Dat is de memorabele hekkensluiter Kensington, die vanaf de aftrap letterlijk met een oranje voetbal en figuurlijk het publiek naar grotere hoogtes speelt. Want bij het verzoek van gitarist en tweede vocalist Casper, getooid in half verscheurd brulshirt, oranje sokken en dito gitaar, om bij het nummer ‘Home again’ allen op de schouders van een zwaardere buur te klimmen, gaf een groot deel van de uitzinnige kijkers onmiddellijk gehoor. Vol trots kijken de mannen regelmatig naar de dolenthousiaste menigte. Volledig gerechtvaardigd, gezien ze elk lijf voor de Jupiler Stage compleet in hun ban hebben. En wat maakt het uit dat vrijwel elk nummer van het viertal verdacht veel op elkaar lijkt, aan ‘once in a lifetime’ songs als eerder genoemd ‘Home again’ en ‘We are the young’, kan menig band een puntje zuigen. Kensington rocks, en wij rockten mee! (RS)