Avondje bierwerpen bij Sepultura in Paard van Troje

Grootste hits komen in sneltreinvaart voorbij

Niels van den Bergh | Foto’s: Jan Rijk ,

Op het Schollenpop festival in de zomer van 2011 was de Braziliaanse (thrash)metalband Sepultura voor het laatst in Den Haag te bewonderen. In dat zelfde jaar verscheen het meest recente album genaamd ‘Kairos’. Volgens kenners het beste sinds de periode ‘Arise’ tot en met ‘Roots’. De band, die al bekend stond om de vele wisselingen van bandleden, moest het in het Paard van Troje zonder hun nieuwste aanwinst doen. Drummer Eloy Casagrande kon vanwege ziekte niet aanwezig zijn. Op het laatste moment werd daarom de in Frankrijk woonachtige Kevin Foley opgetrommeld. Als onderdeel van de Europese tour gaf de band vrijdagavond 10 mei een optreden in het Paard van Troje.

Voordat Sepultura het podium betreedt, heeft Hammercult de eer om het publiek op te warmen. Uitverkocht is het vanavond echter niet; de vloer is redelijk gevuld en op de eerste verdieping staat een enkele rij bezoekers. Zodra de beukende riffs door de geluidsinstallatie schallen schuift menig doorgewinterde metalliefhebber langzaamaan naar voren om de uit Israël afkomstige band nader te aanschouwen. De band, die inmiddels werkt aan een opvolger van hun goed ontvangen debuutalbum ‘Anthems Of The Damned’, heeft er zichtbaar zin in. Het gruntgehalte van hun materiaal is beduidend hoger dan dat van de hoofdact. Zo valt er voor het zeer uiteenlopende publiek in ieder geval meer dan genoeg te beleven vanavond. Helemaal wanneer de zanger, een kort geschoren bodybuilder, besluit om tijdens het optreden spontaan een work-out te doen met één van de bekkenstandaards van het drumstel. De drie langharige gitaristen gaan ondertussen onverstoorbaar verder met headbangen. Na een half uurtje spelen en een groepsfoto met het voltallige publiek houden de vijf heren het voor gezien.

De dranghekken voor het podium om stagediven te voorkomen staan er niet voor niets, want zodra Sepultura begint met spelen ontstaat direct de te verwachte moshpit. Het weekend kan beginnen. Volle plastic bierglazen vliegen meteen door de lucht en hier en daar gaat zelfs een T-shirt verloren. Er wordt  afgetrapt met één van de oudste nummers uit het repertoire, namelijk ‘Troops of doom’. Hierna worden nummers als ‘Refuse/Resist’ en ‘Attitude’ uit de bloeiperiode van de band afgewisseld met recenter materiaal zoals ‘Convicted in life’ en ‘Sepulnation’. Van het nieuwste album ‘Kairos’ wordt enkel de gelijknamige track gespeeld. De gehele setlist bestaat overigens uit maar vier “nieuwere” tegenover elf “oudere” nummers. Dit is opmerkelijk omdat de band sinds het vertrek van frontman Max Cavalera in 1996 inmiddels net zoveel albums heeft uitgebracht als daarvoor. Je kunt je afvragen of dit te maken heeft met het zelfvertrouwen in het nieuwe materiaal of dat dit is wat het merendeel van het publiek wil horen. Ondanks de twaalf studioalbums heeft de band vanavond verrassend genoeg twee covers in petto. Zo komen ‘Policia’ van Titãs en Motörhead’s ‘Orgasmatron’ voorbij. Deze worden zo gewaardeerd door een enthousiaste fan dat deze het nodig vind om uitbundig op de afgesloten tweede verdieping uit zijn dak te gaan. Binnen no time wordt de heer in kwestie zonder al te veel moeite door het aanwezige personeel naar de eerste verdieping gesommeerd.
 
Op een paar spaarzame momenten neemt zanger Derrick Green het woord om in keurig Nederlands het publiek te bedanken voor hun aanwezigheid. Tenslotte wordt iedereen met de kreet “It’s fucking friday night!” aangespoord om nog even helemaal los te gaan op de voorspelbare afsluiter van de avond `Roots bloody roots’. Enigszins verbaasd over de relatief korte tijdsduur van het optreden, maar met een voldaan gevoel, stroomt de zaal langzaam leeg. De één nog keurig in zijn overhemd, de ander zonder zijn weggeslingerde T-shirt.