Terwijl de laatste gasten hun bordje leeg eten, stroomt het café al vol met nieuwsgierige muziekliefhebbers. Niemand wil iets van het optreden missen. Het meubilair wordt aan de kant gegooid en mannen sjouwen een oneindige hoeveelheid koffers naar binnen. Wanneer de band om 23.00 uur dan eindelijk kan beginnen, is De Zwarte Ruiter tot de nok toe gevuld. Zodra het bier is uitgedeeld, begint Spider Rico te knallen. Gitaren worden afgeragd en de rauwe kreten van Dennis doen een aanslag op je trommelvliezen. Alleen de microfoon van Lennard blijkt niet goed ingesteld te zijn, maar een gil richting de geluidsman lost dit probleem meteen op. Op het podium ontstaat een chaotisch tafereel met krioelende bandleden die hun best doen om niet achter een snoer te blijven haken. Dit is garagerock met een vleugje punk en een rock ’n roll mentaliteit.
Dennis is tegenwoordig wat meer naar de voorgrond geschoven als frontman en die rol is hem op het lijf geschreven. Hij krijgt het afwachtende publiek al snel mee door het op allerlei manieren bij de show te betrekken. Als de zanger/gitarist vraagt om filmpjes voor een volgende clip, schieten tientallen telefoons omhoog. Wil hij liever wat anders zien (‘I wanna see some titties’), dan krijgt hij ook dat voor elkaar. Al was de blote torso van een mannelijke fan waarschijnlijk niet waar hij op gehoopt had. Hoe dan ook, Dennis weet de stemming erin te brengen.