Een unieke combinatie van ervaren topmusici kwam zaterdagavond bijeen voor een Super Jamsessie in Haags muziekcafé Thom’s Inn: Rinus Gerritsen, Eef Albers, Pierre van der Linden, Hans Eerhart en Eric Pronk. De vonken spatten van het podium, inspiratie bereikte grote hoogten: zodra de deuren tijdens de pauze openzwaaiden, werd het buiten toch al gauw een graadje of tien warmer.
Opgetogen kondigt Peter Peeters van Thom’s Inn zijn bijzondere gasten aan: “Rinus Gerritsen, multi-instrumentalist en onvolprezen bassist, terug van een succesvolle week in een Engelse studio om het nieuwe Earring-album op te nemen; Eef Albers, gitaardocent aan het Haagse Koninklijk Conservatorium en componist; Pierre van der Linden, drummer van Brainbox en Focus; Hans Eerhart, gitaardocent; Eric Pronk, vaste sessiedrummer.”
Peter en Joyce Peeters en compagnon Jan Sluiter organiseren in samenwerking met gitarist Jaap de Jonckheere en Eric Pronk iedere eerste en derde zondag van de maand jamsessies. Peter: “Den Haag heeft een reputatie hoog te houden als muziekstad. Muziek is voor ons passie, daar draait het hier om. En niet alleen luisteren maar ook kijken. Genieten voor iedereen. Dit jaar reikten we ter nagedachtenis aan Haags bluesicoon Jan Pet de eerste Jan Pet Bluesbokaal uit. Volgend jaar organiseren we opnieuw een contest - wij dragen graag een steentje bij aan de continuering van het al uit de jaren zestig stammende motto Den Haag Beatstad.” Beat in de ruime zin des woords, want de sessieavonden omvatten vele muziekstijlen en -invloeden: jazz, blues, rock en fusion. Informeel en spontaan. De musici zijn volkomen vrij in hun improvisaties en die vrijheid werkt inspirerend en uitnodigend.
Jaap de Jonckheere (bekend van Urban Heroes en Boom Boom Mancini): “Samen met Eric krijg ik iedere veertien dagen zonder moeite een stel goede muzikanten bij elkaar. Uiteindelijk zijn we in muziek allemaal vrienden. Maar wat hier vanavond gebeurt is werkelijk uniek. Nergens in Nederland zie je zo’n geweldig stel virtuozen op één klein podium.” Inderdaad, zo’n twee eeuwen aan muziekervaring beklimt het podium van Thom’s Inn. De gelegenheidsformatie gaat van start met ‘Come together’ van The Beatles, maar dan wel in een vernuftig lange uitvoering en met gitaarsolo’s waarbij de Liverpoolse jongens hun vingers zouden hebben afgelikt. In het stampvolle, nu ineens toch te kleine Thom’s Inn verdringt het publiek zich om geen glimp te missen van de musici die volledig in hun spel opgaan en zichtbaar genieten van elkaars vondsten en invallen. Precies: luisteren én kijken…
Tijdens een mooi uitgediepte improvisatie op ‘All blues’ van Miles Davis kijken twee jonge gitaristen Jelle (18) en Lodewijk (19) ademloos toe: “Retestrak, wat zijn die gasten goed zeg”, vatten ze het spel van de senioren in het edele muziekmetier samen. Tijdens de eerste pauze wisselt het dampende publiek buiten op straat de eerste indrukken uit over de ‘te gekke sessie van jammende individuele artiesten met ieder hun eigen specifieke sound’.
In de tweede improvisatieshift vormt het viertal al meer een geheel, mede dankzij de vindingrijke en solide basis die drummer Pierre van der Linden biedt. Om twaalf uur klinkt Jimi’s ‘Little wing’ - de diverse inspiratiebronnen en achtergronden smelten samen tot een nieuwe ‘Haagse School’ die hopelijk nog eens een herhaling mag beleven aan de Haagse Eikstraat nummer 1. Na de derde pauze smaken ook Jaap de Jonckheere (op de gitaar van Hans Eerhart) en Bobby Jacobs (bassist van Focus) het genoegen met hun grote collega’s te jammen. Kijken en luisteren: we noemen het in Thom’s Inn voortaan kluisteren. Het publiek blijft namelijk tot in de kleine uurtjes met oor en oog gekluisterd aan de giganten op het podium.