Het Leidse label MinderBinder lijkt zich steeds beter thuis te voelen in de Leidse muziekscene. Ook donderdag 3 juni stonden er - onder de noemer van Broedplaats: Leids Talent - weer drie bands met potentie geprogrammeerd in het LVC.
Het is nog rustig in de grote zaal van het LVC - waarschijnlijk kiezen velen ervoor om de laatste uurtjes van de mooie dag buiten door te brengen - maar het deert de band Hyperbowl niet. Gewapend met korte broeken en blote voeten doet de Engelse formatie hun best om de mooie zomerdag naar binnen te brengen. Hun alternatieve indie blijkt daar uitermate geschikt voor. Ben, James, Tim en Tom zijn een jaar geleden het Kanaal overgestoken om zich in Leiden te vestigen, en ze moeten eerlijkheidshalve bekennen dat ze nog nooit in zo’n grote zaal en op zo’n groot podium hebben gespeeld. In het begin zijn ze dan ook zichtbaar onder de indruk, maar met veel humor weten ze het schaars opgekomen publiek prima te vermaken met hun melodieuze liedjes.
Door de nonchalante, beetje luie zang en ietwat rommelig gitaarwerk (denk: Pavement) te combineren met een fikse dosis zelfspot laten de jongens zien dat ze er in ieder geval zin in hebben. Na een rustiger opening wordt de set iets ruiger, maar de humor blijft alom aanwezig (teksten als: ‘you look better on my dick’). ‘I’m in love with the girls from Zeeman’ is iets melodieuzer dan de nummers die de band tot dan toe heeft gespeeld, en vertoont vele parallellen met The Thrills’ ‘Big sur’, vooral door de hoge (vooruit, soms iets valse) zang en het gitaarwerk (met bottleneck). Slotnummer ‘6 seconds’ blijft vooral goed overeind door de energie en het zichtbare speelplezier dat de band uitstraalt. Ook de meerstemmige zang en het feit dat de zanger wat losser durft te bewegen, maken het tot een uitstekende afsluiter van de set.
Na de opgewekte klanken van Hyperbowl zorgt de Leids-Katwijkse formatie Sarah Phymm voor een paar donkere wolkjes in het LVC. De duistere opbouw - met een Pink Floyd-achtig gitaargeluid - werkt mooi naar een climax toe: een uitstekend eerste nummer. De band heeft al vaker in het LVC gestaan, en vanavond staat vooral in het teken van het uitproberen van nieuw werk: in juli trekt de band zich terug in de studio. Dit voorproefje bewijst dat er soms nog nèt wat meer oefening nodig is. De omschakeling van couplet naar refrein in ‘No more regrets’ verloopt bijvoorbeeld niet vlekkeloos. Toch is het nieuwe werk een logisch vervolg op het oudere werk: melodieuze, maar zware postpunk, begeleid door een harde bas en klappende drums. Ook ‘Temptation’ brengt de band overtuigend. Zanger Michel zingt zuiver, maar houdt de rem er nog wel wat op. Ook gitarist Ewan laat nu zien dat hij over een prima zangstem beschikt, en die afwisseling is leuk. Jammer dat hij zich gedurende de set een beetje verschuilt achter de projectieschermen die aan weerszijden van het podium hangen.
Inmiddels is het wat drukker geworden in het LVC, waardoor de zomerse klanken van Pollution beter aanslaan. Want zomers is het. En vrolijk bovendien. De bandleden hebben daar dan ook alle reden toe, want de eindexamens waarin zij gevangen zaten zijn voorbij. Ze zijn zichtbaar blij dat ze weer mogen spelen. Het openingsnummer is meer laidback dan de rest van de set, en doet erg aan als surfmuziek. Niet Dick Dale-surf, maar Jack Johnson-surf. En dan iets sneller. Ondanks het wat hoge ´ooh-ooh-aah-aah’-gehalte van de nummers wordt het gelukkig niet cheesy. Waar doet het nog meer aan denken? Het is iets minder springerig, hoekig, maar door de hoge, opgewekte melodielijntjes en de breaks in de nummers laat de band duidelijk invloeden van bijvoorbeeld Vampire Weekend horen. En dat slaat aan. Bovendien werkt de overtuigende en charmante podiumpresentatie van zanger Xander erg aanstekelijk.
Niet voor niets speelde de band al in de Benelux-finale van de Global Battle of the Bands en de finale van Dutch Delight in De Melkweg. Ze laten met verve zien dat ze, ondanks hun jonge leeftijd, al goed om kunnen gaan met (redelijk) grote podia. Leuk is dat ook gitarist Matthijs kan zingen. Hij zingt plots, geïntegreerd in een eigen nummer, ‘I shot the sherrif’. Dan merk je dat reggae helemaal niet zo ver van de muziek van Pollution vandaan ligt, en dit interval klinkt erg aanstekelijk. De band zou deze afwisseling van zang meer moeten gebruiken, want juist die wisselwerking kan erg goed werken. De veelbelovende jonge band blijkt een uitstekende afsluiter voor een al even warme, zonnige en vrolijke dag. We zijn om!