Het afscheid van de Stud Muffins

“We doen een strik om de Stud Muffins heen en gaan weer door”

Susanne Kooijman | Foto’s: Samantha Stauttener ,

Na een loopbaan van zes jaar is het mooi geweest voor de leden van de Stud Muffins. De uitdaging was weg en het is tijd voor een nieuw muzikaal pad. 3VOOR12 Den Haag sprak met zanger Ed Struijlaart over 3FM, Parkpop, de Haagse Popprijs en werpen we stiekem een blik vooruit.

“We doen een strik om de Stud Muffins heen en gaan weer door”

Na een loopbaan van zes jaar is het mooi geweest voor de leden van de Stud Muffins. De uitdaging was weg en het is tijd voor een nieuw muzikaal pad. 3VOOR12 Den Haag sprak met zanger Ed Struijlaart over 3FM, Parkpop, de Haagse Popprijs en werpen we stiekem een blik vooruit.

De band heeft veel meegemaakt in hun zesjarig bestaan. Het begon allemaal op de zolderkamer van Ed Struijlaart. “Eind 2003 ja, dat was op een zondagavond in de Dormibella in Leidschendam. Daar was ik met William van Rutten en onze toenmalige vriendinnen. We zaten allebei in een ander bandje en zaten altijd te klagen dat het met onze bandjes niet goed ging, niet zoals wij het wilden. Al snel hadden we het idee om samen een band te beginnen. Ik was zelf al liedjes aan het schrijven, dus ik was er ook echt naar op zoek. William kende Jelmer Bouma, een gitarist doe ook toetsen kon spelen, en met z’n drieën hebben we op mijn zolderkamertje afgesproken en heb ik ze wat van mijn liedjes laten horen. Ze waren daar erg enthousiast over en zijn we verder gaan speuren naar muzikanten. We kwamen we al heel snel bij toetsenist Dick Jense uit, waarmee ik in een Nederlandstalig bandje zat en dat klikte wel leuk. Dus hebben we Dick erbij gevraagd en bassist Maarten van Niel vonden we via een advertentie.”

Toen de band eenmaal was gevormd, moest er nog bepaald worden wie de zang op zich zou nemen. “Ik was in het begin helemaal niet van plan om te gaan zingen. Dat was echt absoluut niet de bedoeling, laat mij maar gewoon gitaar spelen en liedjes schrijven. Toen hebben we audities gehouden. Stefano Oosthof (van de band HSSLHF) had toen interesse, maar hij had iets van ‘Ik kan dit niet zo zingen zoals jij, waarom doe je het ziet zelf?’. Toen ging ik een beetje twijfelen en ondertussen hadden Gerard van den IJssel en Cok Jouvenaar er al lucht van gekregen dat we een bandje aan het beginnen waren en de eerste optredens werden al geboekt. We hadden nog helemaal geen repertoire en geen zanger, maar op een gegeven moment hadden we al tien optredens staan. Dus had ik zoiets van ‘laat ik ‘t maar doen’. Ik heb de nummers geschreven, dus dan kan ik ze ook wel zingen. We stonden op een Haagse Pop Podium Avond in De Paap en dat was echt een onwijs succes. We werden daar behoorlijk gelanceerd, ook dankzij 3VOOR12 Den Haag. Vanaf dat moment ging het lopen en een half jaar later stonden we op Parkpop.”

Het eerste jaar ging voor de band heel snel. De optredens stroomden binnen en Stud Muffins was het nieuwe talent in de Haagse muziekwereld. “Het ging voor ons niet te snel, want we hebben ons er nooit iets van aangetrokken. We zijn altijd gewoon onze eigen gang gegaan. En dan win je ineens zo’n prijs als Aanstormend Talent (Haagse Popprijs), dat is natuurlijk een mooie aanmoedigingsprijs. Zelf geloofden we er ook gewoon heel erg in en we hebben er ook heel hard voor gewerkt. We hebben zelf veel initiatief genomen, vooral niet achterover leunen en denken dat het nu gaat gebeuren. Die avond dat we wonnen hebben ik zelf nog een persbericht eruit zitten knallen. Heel de dag erna ook eigenlijk. Er stond zelfs in de NRC een stukje. Omdat we zelf dat initiatief namen. Zes jaar terug stelde zo’n prijs natuurlijk niks voor. Het geeft eigenlijk aan: welke band werkt het hardst op dat moment. En dat waren wij.”

Voor de band is het optreden op Parkpop een hoogtepunt waar het met plezier op terugkijkt. “We speelden eerst op een avond in de kleine zaal van het Paard. Toen waren we door naar de finale op publieksstemmen. Vervolgens moest er gestemd worden via internet. Stemmen en internet, dat is natuurlijk een drama. Dat was die week dus ook en er was gigantisch vals gespeeld. Wij hebben dat ook gedaan. Op een gegeven moment hebben we zelfs vrij genomen en roosters opgesteld om stemmen te genereren. Dat ging de hele dag door. Maar de organisatie greep in voor de uitslag bekend werd gemaakt met het feit dat er werd gefraudeerd. Dus wij in de stress. Toen hebben ze alle adressen gefilterd en toen hadden we nog steeds de meeste stemmen. Iedereen had in zijn wijk geflyerd, huis aan huis. Dat heeft echt wel geholpen. In mijn optiek stonden wij daar ook compleet terecht. En dan sta je daar in een keer, op Parkpop! Je hebt geen idee wat je aan het doen bent. Je bestaat net een half jaar. Sta je ineens voor tienduizend man. Dat was een behoorlijk schokkende ervaring. Maar wel heel erg gaaf. Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik voor aanvang een hele fles water had opgedronken voor mijn stem, maar toen ik moest gaan zingen dacht ik ‘shit ik heb een droge keel’. Dat waren dus gewoon de zenuwen.”

Ondanks de vele successen, had de band geen voorbedacht plan. “We gingen gewoon vol gas. Ik heb toen ook veel radiostations benaderd. Ik weet het nog precies, op 12 mei 2004 speelden we voor het eerst bij 3FM. Dat was gewoon door een email te sturen met een linkje naar onze muziek. 3FM heeft veel voor ons betekend, en in 2007/2008 werden we ook uitgeroepen als Serious Talent. Dit heeft veel voor ons gedaan. De Wereld Draait Door hebben we bijvoorbeeld daaraan te danken, die hadden ons gehoord op 3FM en ons gebeld. En dat is natuurlijk te gek. En de tour met Miss Montreal en Bertolf, dat hebben we daar ook aan te danken. Daardoor hebben we ook in alle mooie zalen van Nederland gespeeld en heb ik nu een publishing contract. Maar in eerste instantie komt het door de liedjes. Het is niet dat ze ons zo aardig vinden. Het heeft ook te maken met wat je daadwerkelijk aflevert.”

Dit soort exposure is echter ook de reden dat de band uit elkaar gaat. “Mensen zeggen allemaal ‘het gaat zo goed, waarom gaan jullie uit elkaar?’. Het gaat inderdaad heel erg goed en daarom merk je dat na zes jaar iedereen in een andere fase van zijn leven zit. De een kan het wel opbrengen en de ander niet. Sommigen hebben kinderen, een ander heeft een mooi nieuw huis. Ik had er de balen van, want ik had zoiets van ‘dit is het moment, nu gaan we er helemaal voor’.”

De band heeft veel leuke, maar ook minder leuke dingen meegemaakt. Toch hadden ze het niet anders gedaan. “Er zijn wel dingen gebeurd, zoals met ‘Tricks up my sleeve’. We hadden dat nummer opnieuw opgenomen en met die nieuwe opname zijn we dus Serious Talent geworden. Er is heel veel gezeik geweest met de studio waar we het hadden opgenomen over de masterrechten, waardoor we het nummer niet via iTunes mochten verkopen. Dat is naar mijn idee de reden dat ‘Tricks up my sleeve’ niet de hit is geworden die het wel in zich had. Het is wel heel zuur, het heeft eigenlijk de boel wel geremd. Maar aan de andere kant, als we dat niet hadden gedaan dan hadden we al die andere leuke dingen niet gedaan. Dus ik heb nergens spijt van. Iets winnen betekent niet altijd dat je zomaar iets krijgt. Er zitten altijd haken en ogen aan. Die ervaringen neem ik absoluut mee naar mijn solocarrière. Een voordeel is wel dat het nummer voor Nederland vrij fris is en niet doodgedraaid op de radio. Ik kan er nog wat mee in de toekomst.”

 Voor Ed gaat de muzikale reis nog verder dan Stud Muffins. “Ik heb nu een goed team om me heen verzameld voor mijn eigen carrière. Ik heb nu een publisher, Pennies from Heaven en daarmee ga ik bouwen aan een solocarrière. Zij brengen mij in contact met andere schrijvers. Zo ga ik binnenkort schrijven met Bertolf, heb ik gisteren met met een jongen die ook voor Stevie Ann geschreven heeft gewerkt en ga ik binnenkort naar Engeland. Er zijn al heel veel plannen. Ik wil zo snel mogelijk, zo veel mogelijk kwalitatief hoogstaand materiaal hebben en wat ik vooral wil is met anderen samen schrijven. Ik heb de afgelopen tijd het merendeel alleen geschreven, op twee of drie uitzonderingen na. Nu merk ik, als ik met anderen schrijf, dat er een soort nieuwe creativiteit ontstaat, nieuwe invalshoeken. Ik hoop daarmee alles naar een hoger niveau te tillen. Daar kijk ik echt onwijs naar uit.”

De overige bandleden gaan ook hun eigen weg. “Jelmer is tot rust aan het komen en aan het nadenken wat hij wil. Er was nog sprake van dat we samen akoestisch zouden gaan spelen, maar daar heeft hij toch vanaf gezien. Hij wil ergens vol voor gaan, of niet. Maarten is wel op zoek naar iets anders, hij heeft aangegeven verder te willen in de muziek. Dick en Leon stappen er even helemaal uit, ik weet niet of zij ooit nog terug zullen komen. Zoals het er nu voor staat neem ik Maarten mee naar een aantal optredens in Italië, dus ik sluit toekomstige samenwerking zeker niet uit. De hele band zal echter niet meer bij elkaar komen, dat gaat gewoon niet meer gebeuren. Ik ben ook niet zo van de reünies en dat soort ellende. De ogen zijn gericht op de toekomst. Ik wil leuke dingen gaan doen en veel spelen. Vooral een hele goede plaat maken. Hopen dat ik mezelf op een goede positie kan zetten en een plek in het muzikale landschap kan verwerven. Dat is mijn persoonlijke ambitie. Of dat gaat lukken weet ik niet, maar ik ga het wel proberen. Je leeft maar een keer en je moet alles eruit halen wat erin zit, anders heb je alleen maar spijt. Ik heb ook mijn baan opgezegd, alles. Ik ga er vol voor. Het ergste wat kan gebeuren is dat ik over een jaar zeg, zou het is niet gelukt. Maar ik heb nog geen kindermondjes om te voeden, anders neem je zo’n beslissing ook niet hoor. Dan kan dat niet.”

Dat ze de band gaan missen, staat buiten kijf. “Ik ga het meest de gezelligheid missen. Het was altijd gezellig, altijd lachen. Echt dat bandjesgevoel. Dat ga je missen. Ik ben niet bang om in mijn eentje te gaan spelen. Het is uiteindelijk de bedoeling met een band te gaan spelen. Bertolf en Miss Montreal hebben bijvoorbeeld ook een band achter zich. Het is gewoon leuk om muzikanten achter je te hebben waar je mee kan werken. Het zijn gewoon leuke collega’s, zo moet je het zien.“ De band ziet niet echt op tegen het afscheid, maar is klaar voor het nieuwe begin. “Ik heb wel zoiets van ‘laat het in godsnaam voorbij zijn’. Het is al een maand bekend en ik wil door. In mijn hoofd heb ik het al afgesloten en ben ik druk bezig met nieuwe dingen. Laten we dit nu goed afsluiten en dan een strik om Stud Muffins heen en klaar.”

Tijdens het afscheidsoptreden van de Stud Muffins in het Paardcafé is de belangstelling van het publiek groot. De band is zichtbaar tevreden met de opkomst. Nog een laatste keer gaan ze er vol voor en knallen anderhalf uur lang voor hun grootste fans. Er komt een mooi scala aan oude en nieuwere Stud Muffins liedjes voorbij. Uiteraard kan de afscheidssingle ‘Anything’ niet ontbreken. Er wordt de hele avond gedanst en meegezongen. Vooral ‘Tricks up my sleeve’ doet het goed bij het publiek. Als de band zijn laatste lied aankondigt, wordt de intensiteit nog een keer opgeschroefd. Toch laat het publiek de band niet zomaar gaan. Na een ‘we want more’ geschal speelt de band nog twee liedjes, met als afsluiter het rockende ‘Let it burn’. De bandleden geven elkaar een gebroederlijke knuffel en maken zij aan zij hun laatste buiging. Het applaus is oorverdovend er zeer welverdiend.