In een uitverkochte grote zaal van het Paard van Troje liet The Wombats zien dat je met niet heel bijzondere liedjes toch een enorme aanhang aan je kunt binden. Vooral gillende meisjes waarvan sommigen al om vier uur ’s middags voor de deur lagen om het beste plekje in de zaal te bemachtigen. Het werd een enorm leuk en gezellig feest, en gelukkig niet alléén door hun hit ‘Let’s dance to Joy Division’.
Maar eerst mag Go Back To The Zoo het publiek opwarmen. Deze vier jongens komen uit Amsterdam en Utrecht en spelen een mix van ongeveer alles wat de afgelopen jaren over het kanaal gewaaid kwam. Aan aandacht geen gebrek want LiveXS, 3FM en 3VOOR12 hebben deze jonge honden inmiddels uitgebreid belicht. En dat resulteerde weer in voorprogramma’s van The Futureheads, Pigeon Detectives, The Rascals en nu dus The Wombats. Niet verkeerd om als Popronde-act in een uitverkochte grote zaal van het Paard te mogen staan. Ze blijken geen podiumvrees te hebben en vliegen er lekker in. De leuke catchy britpop klinkt niet bijster origineel maar de liedjes zijn wel leuk opgebouwd. Tekstueel zit er wel wat veel herhaling in. Met veel ooh’s en aah’s weten ze echter wel de voorste rijen al voorzichtig aan het springen te krijgen. Het enthousiasme en de energie is er en er zijn veel voorprogramma’s die het er slechter van af brengen. Leuke band die het in deze tijd, waarin ongeveer elke Engelse band wordt gehyped, zeer goed past.
The Wombats zijn met z’n drieën en bij elk muziekminnend persoon bekend van het hitje ‘Let’s dance to Joy Division’. Na eerder al op Pinkpop en Lowlands te hebben gestaan zit het met de naamsbekendheid wel goed. Begeleid door veel gejoel komen de drie Wombats op en lopen ze wat rond op het podium. Vervolgens nemen ze gedrieën plaats achter één microfoon en zingen volledig a capella het nummer ‘Tales of girls, boys and marsupials’. Wat een manier om te beginnen! Dan rijst er vanuit het niets plotseling een enorme vier meter hoge opblaaswombat in de rechter hoek van het podium.
De meeste nummers van debuut cd ‘A Guide To Love, Loss And Desperation’ worden gespeeld en steeds weer aangekondigd door drummer Dan Haggis. De band is blij voor het eerst in Den Haag te spelen “Is that how you say it; Den Haak”, aldus zanger Matthew Murphy met onvervalst Engels accent. “But don’t worry we’ll be back here when we have our second album”, stelt hij het publiek gerust. Er worden ook vrij veel nieuwe nummers gespeeld, zoals ‘My circuitboard city’ die waarschijnlijk wel op dat tweede album zal komen te staan.
In de zaal ontstaat eigenlijk al direct een kolkende massa die zich over de gehele breedte van het podium verspreid. Er wordt vrolijk gesprongen en slechts enkele moeders, meegekomen met hun dochters, kijken af en toe verschrikt om zich heen. Verder heeft iedereen het helemaal naar de zin. Dan klimt er een meisje het podium op en wil de beveiliging direct ingrijpen, iets dat absoluut niet nodig is. Er vliegen biertjes, mensen en zelfs een beha door de lucht, “My first bra ever on stage” reageert Matthew enthousiast. Wanneer er drie mensen tegelijk het podium op klimmen grijpt de beveiliging in en ontstaat er een kleine worsteling. Erg jammer en volledig onnodig bij een concert dat er zo gemoedelijk aan toe gaat. De fans ontsnappen en springen de kolkende massa weer in. Dit blijkt later de enige en volstrekt overbodige smet op een verder uitermate gezellige avond. Jammer. Laat de beveiligers voortaan bij de deur staan of, als het echt moet, achter de schermen en grijp vooral niet in als het niet nodig is.
Gelukkig is iedereen dit snel vergeten en feest men lekker door. Er komen nog meer catchy nummers voorbij zoals de singles ‘Kill the director’ en ‘Moving to New York’. En dan kondigt zanger Matthew het laatste nummer aan. “This might be our last song, unless you shout real loud, then we might come back”. Hij is nog niet uitgesproken of een orkaan aan gejoel en gegil stijgt op uit de zaal. Hij moet even wachten tot het gejoel iets in volume is gezakt om vervolgens ‘Let’s dance to Joy Division’ te beginnen. Het feest is dan (als het dat nog niet was) helemaal compleet en er ontstaat wederom een flinke pit. De drie Britten verlaten het podium om niet veel later terug te komen voor een toegift van twee nummers. Na exact een uur komt er dan met ‘Backfire at the disco’ een einde aan de zegetocht van The Wombats. Voor vandaag dan, want een dag later staat hen alweer een uitverkochte zaal te wachten, ditmaal Tivoli in Utrecht.
The Wombats maken er een leuke show van, maar origineel is het niet. Op enkele rustige nummers na, zoals het saaie ‘Little Miss Pipedream’, is het één groot feest. Leuk is het vooral ook om te zien hoe het piepjonge publiek helemaal uit zijn dak gaat. Buiten is het ook druk want daar staan de ouders geduldig te wachten om hun kroost weer veilig thuis te brengen. Toch vraag je jezelf af hoeveel mensen zouden zijn gekomen als ze geen hit zouden hebben gehad met ‘Let’s dance to Joy Division’.
Wombats hype raast door in uitverkocht Paard
Springende massa, gillende meisjes en rondvliegend ondergoed
In een uitverkochte grote zaal van het Paard van Troje liet The Wombats zien dat je met niet heel bijzondere liedjes toch een enorme aanhang aan je kunt binden. Vooral gillende meisjes waarvan sommigen al om vier uur ’s middags voor de deur lagen om het beste plekje in de zaal te bemachtigen. Het werd een enorm leuk en gezellig feest, en gelukkig niet alléén door hun hit ‘Let’s dance to Joy Division’.