The Music In My Head snoept er een dag bij maar moet klein blijven

Cees Debets: "Wij zijn het plakje ham tussen de tosti van zomerfestivals"

Afgelopen jaar vertelde festivaldirecteur Cees Debets dat The Music In My Head niet meer is dan achttien bands zien met een biertje erbij. Daaraan verandert dit jaar weinig. Hoewel, het festival heeft er donderdagavond 7 juni bij gesnoept. "Het moet een klein festival blijven," vertelt Debets. En om het kleinschalig en relaxed te houden, zijn goede banden met de subsidieverstrekkers onontbeerlijk.

Cees Debets: "Wij zijn het plakje ham tussen de tosti van zomerfestivals"

Op 7, 8 en 9 juni vindt in het Paard van Troje in Den Haag voor de zesde keer The Music In My Head Plaats. Dit jaar is er een extra dag bij gekomen. Maar dat was geen opzet, volgens festivaldirecteur Cees Debets. The Music In My Head moet namelijk een klein festival blijven. Alles heeft te maken met het rooster dat de organisatie samenstelde voor deze editie: “Het blijft schuiven, puzzelen, wikken en wegen. En veel ‘nee-zeggen’. Ons wensenlijstje was lang.” En zo wordt de show van The Coral de ‘bijzondere aftrap’ op donderdagavond.

Met een forse wishlist had het voor de hand gelegen dat Arctic Monkeys dit jaar op The Music In My Head had gestaan. Debets: “Iedereen wil ze hebben. Wij hebben het niet eens geprobeerd. Wat dat betreft zijn wij begin juni natuurlijk een beetje vreemd festival. Twee weken na ons is Parkpop alweer, waar ook al veel grote namen staan. Wij zijn het plakje ham tussen de tosti van zomerfestivals.”

Afgelopen jaar vertelde Debets nog aan 3VOOR12 dat zijn festival niet meer was dan ‘achttien bandjes met een biertje erbij’. Daar blijft hij bij. Toch heeft het festival wel degelijk een eigen smoel: Een paar grote namen en veel vers talent. En die formule moet nu voor de zesde keer het publiek naar het festival trekken. Sparklehorse, Badly Drawn Boy en Starsailor zijn de grote jongens. The Tellers en Blinky Palermo de twee voorbeelden van de jonge honden.

En met twee tot drie grote namen op de poster ligt het voor de hand dat Het Paard snel uitverkoopt. Debets: “We proppen de zaal niet vol, zodat het een relaxed festival kan blijven. Meer zalen of naar buiten gaan is geen optie. En we maken de kaartjes niet extra duur door voor kleinschaligheid te kiezen. Dat kan alleen maar als je goed samenwerkt met de subsidieverstrekkers.”

Dat North Sea Jazz inmiddels uit Den Daag vertrokken is, zou, als het om subsidie gaat, een voordeel voor de overgebleven festivals kunnen zijn. Dat is niet zo: “Ik geloof nog altijd dat het een groot verlies is. Sinds het festival naar Rotterdam is verhuisd, heeft de gemeente de meest vreemde festivals gesteund om het gat van North Sea op te vullen. En dat is een gemiste kans. Ze hadden gewoon moeten opletten wat er al die tijd al borrelde. Maar wij hebben daar niet echt onder geleden, hoor.”

Luister naar het hele gesprek met Cees Debets in Dubbel Check op 2-5-2007