Een zichtbaar genietend Triggerfinger speelt ijzersterke set

Is er dan een tuinman in de zaal?

Lars de Vreugd | Foto's: Peisam Tsang, ,

Twee prachtige bands uit België in de kleine zaal van het Paard van Troje: Les Anges (voorheen Hulk) en Triggerfinger. Les Anges is lekker overdreven en Triggerfinger speelt uitmuntend.

Is er dan een tuinman in de zaal?

In de kleine zaal van het Paard staan vanavond twee prachtige bands uit België. In het voorprogramma Les Anges, voorheen bekend als Hulk. Stoere mannenrock met bakkebaarden en een toetseniste die stripgeluiden maakt op een Hammondorgel, inclusief zwevende ‘Matrix’-bewegingen. De naam Hulk had deze band dan ook veel beter gepast ware het niet dat ze deze op verzoek van een overzees woonachtig groen monster moesten veranderen. Met grote uitpuilende ogen staart de toetseniste je aan om vervolgens zich zelf toe te leggen op elastisch spastische bewegingen. In haar zwarte stoeipoespak, op haar rug helemaal open zodat onderaan een tatoeage zichtbaar is, kronkelt ze het ene moment vervaarlijk en dan weer over the top sensueel. Na ongeveer twee nummers loopt ze weg om vervolgens na een nummer weer terug te komen. Wat de verklaring hiervoor is, wordt verder niet duidelijk. De zanger spreekt het publiek in het Engels aan, omdat de band zelf uit Brussel, Wallonië komt. Ook heeft hij iets weg van Jack Black; hij neemt poses aan om uit te beelden hoe supervet de muziek is die zij maken. Hij vraagt dan ook na elk nummer of het publiek dichterbij wil komen, tevergeefs. Dit daagt de drummer uit om in het publiek te spugen. Verder speelt de drummer, af en toe de tong uit z’n mond, snelle fills op zijn doorzichtige Ludwig. Ook zingt hij af en toe nog wat mee. De toetseniste heeft haar toetsen tijdelijk verruild voor een terramin. Met haar ogen probeert ze het ding als het ware te bezweren. Na zo’n tien nummers gaat de band van het podium en komt zonder al te veel applaus terug voor een toegift. Dit wordt wel met geklap ontvangen, al is het ietwat onverwacht. Leuke band. Ieder bandlid is lekker overdreven, maar misschien qua muziek iets teveel van hetzelfde. Dan de hoofdact. De band waar iedereen overduidelijk voor is gekomen, Triggerfinger, bestaande uit Ruben (zang/gitaar), Paul (bas) en Mario (drums/zang). Tijdens de soundcheck van de band wordt Chelsea Dagger van de Fratellis gedraaid. Mario en Ruben hebben de grootste lol door dit een stukje mee te spelen. Ook tijdens het optreden wordt duidelijk dat deze mannen plezier hebben in wat ze doen. Ruben gebruikt voor zo’n beetje elk nummer een andere gitaar. Niet om te patsen, maar om bij elk nummer de juiste sound te hebben. Zorgvuldig wordt deze uitgekozen. Paul is een typische bassist. Zoals deze man staat te spelen lijkt het kinderlijk eenvoudig. Met zijn plectrum beroert hij de snaren op z’n bas alsof het een gitaar is. Mario is een genot om naar te kijken. Door zijn speelwijze ziet het drummen er mooi uit. Hij schaamt zich er niet voor om te laten zien wat hij in huis heeft. Met z’n drieën zijn ze een echte band en vullen elkaar perfect aan. Tussen twee nummers door wordt er ‘spelen’ geroepen. Daarop vertelt de zanger dat ze een weddenschap hebben hoe lang het zou duren tot er iemand ‘spelen’ zou roepen. Paul balt zijn spieren, blijkbaar zit hij er het dichtst bij. Als Ruben niet hoeft te zingen of gebruik te maken van de twee microfoons voor zijn neus, rockt hij alle kanten van het podium op. Zo klimt hij op zijn torenhoge versterker om er vervolgens, al spelend, stoer vanaf te springen. Als Mario een uitmuntende snelle solo geeft, staat Ruben naast of achter de drummer zichtbaar te genieten. Ook al heeft Mario diezelfde middag in het Paard café een drumclinic gegeven, geen moment komt hij vermoeid over. Wanneer er ‘snoeien’ wordt geroepen, reageert Ruben: “Is er dan een tuinman in de zaal?” De stevige rock van Triggerfinger, dat vaak wordt vergeleken met Queens of the Stone Age, wordt goed ontvangen. Ook als er een cover wordt gespeeld van Creedence Clearwater Revival zet de band het publiek compleet naar haar hand. Als de heren klaar zijn met de set maken ze een groepsbuiging en gaan het podium af. Ditmaal wil het publiek uiteraard wel klappen voor de toegift en die komt er ook, maar liefst drie keer komen de heren terug en dat wordt gewaardeerd. Na afloop van het optreden kan onder andere het eerste album, de nieuwe live-cd of een customised ‘TriggerFinger’-stropdas gekocht worden bij de merchandisetafel. Conclusie is dan ook dat onze Zuiderburen maar geen genoeg kunnen krijgen om lekker te rocken, wij gelukkig ook niet.