The Hot Stewards brengen vreugde van korte duur in Club Bazart

I Drive A UFO stelt teleur

Klaas Knooihuizen, ,

Voor vrijdag 24 maart stonden twee eigenzinnige bands op het programma in Club Bazart. Allereerst stuurde het duo I Drive A UFO op drum en gitaar zijn ingewikkelde ritmes het publiek in. Vervolgens bracht sterrenformatie The Hot Stewards meligheid van een hoog niveau.

I Drive A UFO stelt teleur

Voor vrijdag 24 maart stonden twee eigenzinnige bands op het programma in Club Bazart. Allereerst stuurde het duo I Drive A UFO op drum en gitaar zijn ingewikkelde ritmes het publiek in. Vervolgens bracht sterrenformatie The Hot Stewards meligheid van een hoog niveau. Het eigenzinnige Club Bazart is voor drie kwart gevuld als tweemansformatie I Drive A UFO het podum betreedt. De ’s-Gravenzanders schijnen in staat te zijn om met zijn tweeën meer herrie te maken dan menig viertal. Bovendien wordt er gebruik gemaakt van ingewikkelde ritmes en gitaarpartijen. De verwachtingen zijn dan ook hooggespannen, hoewel het merendeel van de bezoekers eigenlijk voor The Hot Stewards komt. Als het geweld losbarst, wordt in de zaal hier en daar wat met het hoofd geknikt. De reacties zijn echter lauw en naarmate de set vordert slaat de verveling toe. Slechts een enkeling blijft geboeid luisteren. Vooral de zang komt veel tekort. Naar het einde toe worden de ritmes iets toegankelijker en klinkt het geheel iets vlotter. Helaas, het mag niet meer baten. Bij de aankondiging van het laatste nummer haalt het publiek opgelucht adem. Deze ruimtemissie is mislukt. Een derde bandlid zou een welkome aanvulling op deze act zijn. Bij voorkeur iemand die kan zingen. Na een korte pauze komt het rariteitenkabinet van The Hot Stewards op. De groep bestaat uit leden van Oil, Face Tomorrow, Jetsetready, The Spirit That Guides Us en Campite (DK). Op de vorig jaar verschenen debuut-EP The Very Best Of hoor je vooral de laatste twee bands terug: het hippe van Campsite, vermengd met de melodieuze hardcore van The Spirit That Guides Us. De bandleden zijn voor aanvang nog even de verkleedkist ingedoken, waarmee ze lijken aan te willen geven dat ze het allemaal niet al te serieus bedoelen. In tegenstelling tot zojuist, is het publiek direct enhousiast. Al bij de eerste tonen ontstaat er een pit. Na twee nummers wordt het allemaal nog meliger. Rick Ashley’s Never gonna give you up wordt in een nieuw jasje gestoken. Daarna volgen covers van Taylor Dayne, Bronski Beat, Paula Abdul en nog wat eigen materiaal. Na welgeteld acht nummers verlaat de band het podium alweer en laat het publiek in verwarring achter. Een toegift blijft uit. Enigszins teleurgesteld vanwege het korte optreden keren de mensen huiswaarts. The Hot Stewards zijn grappig en hip, maar mogen in het vervolg best wat langer spelen.