‘Where’s my moshpit gang?’ De afgepeigerde moddergezichtjes vooraan kijken Rejjie Snow beteuterd en futloos aan. Nee, niet nóg een moshpit, lijken hun doffe ogen te zeggen. ‘Too hot?’ De rapper grinnikt erbij, maar ja, het is echt te heet op de zondag van WOO HAH. Kids die hier hun eerste festival beleven staan uitgedoofd tegen de hekken aan gedrukt, duidelijk nog niet gewend aan een heel weekend gek gaan. De sfeerbeheerders blijven maar emmers water aanrukken, om zaligmakende natte sponzen boven het publiek uit te wringen voor enige verkoeling.
Veranderde de zaterdag al vroeg in één grote turnup-stofwolk bij Scarlxrd, vandaag slaat pas laat de vlam in de pan. ‘Oké, ik snap dat het heet is’, brult Giggs wanneer de avond voorzichtig valt. ‘Ik snap dat jullie hebben geblowd en gedronken. Maar ik heb wat energie nodig!’ En vooruit, hij krijgt het met venijnige Britse gangsterrap die ook door Drake wordt geroemd.
Die energie hoefde je eerder op de dag in ieder geval niet bij Rejjie Snow te verwachten. Aan zijn muziek hoor je nauwelijks dat–ie uit Ierland komt. De N.E.R.D.-invloeden liggen er net te dik bovenop, hij springt af en toe op funky Kaytranada-beats en wil met zijn boombap in alle kleuren van de regenboog schilderen, maar toch lukt het hem om een kleurloze show te geven. Hij is vooral wat gezichtsloos op een dag die juist uitblinkt in de eigenzinnige karakters van een nieuwe generatie hiphop.