Het vijftal komt met identieke rode jasjes over hun zwarte kleding het podium op. Everything Everything uit Manchester heeft alweer drie albums albums uitgebracht met voldoende materiaal om een sterk uur met onrustige maar melodieuze indiepop (met lichte R&b-zweem) te vullen.
Dat is toch die band met die stem?
Veel is kenmerkend aan Everything Everything, maar de falsettostem van Jonathan Giggs steekt er inderaad het meest bovenuit. Hij raast over toonladders, springt van de laagste toon naar de hoogste. Aanvankelijk wilde hij wat in zijn zangkunst verdrinken, maar de laatste jaren is ’t allemaal meezingbaarder geworden. Giggs kreeg Giggs de vraag wat hij in hemelsnaam allemaal zong.
Blijven zijn vocale kunsten live ook overeind?
Aanvankelijk niet. Vanavond heeft Giggs moeite om zijn kopstem te bereiken. Hij perst, zingt vals. Maar de stembanden lijken de juiste olie te krijgen, want de overgangen gaan soepeler en ook de hoogste tonen krijgen uiteindelijk kracht. Wat aanvankelijk hinderlijk was, wordt steeds overtuigender.
Gaan we het nog over de band hebben? En wat we er in z’n geheel van vonden?
Everything Everything bestaat uit likely lads die hun shit ook nog eens op orde hebben. De band is fan van lastig priegelwerk, heeft dat volledig in de vingers, maar houdt altijd het liedje in de gaten. Met het vette, gelaagde geluid krijgt Everything Everything de tent mee. De livehits komen ondertussen van alle platen. Het stapvoetse ritme van ‘Spring / Sun / Winter / Dread’ de marsversnelling bij ‘Photoshop Handsome’, het lekker nerveuze ‘Kemosabe’. De opbouw werkt, de finale met ‘Distant Past’ ook. Everything Everything, en dan vooral Giggs, moest even warmdraaien maar als de stemmen zijn geteld is maar één conclusie mogelijk: deze Engelsen mogen blijven.