LGW15: Evil Superstars laat onheilig vuur branden

Mauro Pawlowski en Tim Vanhamel schitteren met reünie als nooit tevoren

Tekst en foto's: Timo Pisart ,

Naar verluid viel Mauro Pawlowski maar liefst drie keer flauw tijdens de éénmalige Evil Superstars-reünieshow op Pukkelpop eerder dit jaar. Slecht gegeten, beweerde hijzelf stellig. Maar het had ongetwijfeld ook iets met die waanzinnig intense show te maken. Speciaal voor Le Guess Who? komt de Belgische groep nog eens samen, en Satan blijkt nog steeds peper te steken in het achterste van die kwaadaardige supersterren.

De show is nog geen minuut bezig, en Mauro Pawlowski gilt al als een duivelsuitdrijver, op het projectiescherm schieten felgekleurde schedels voorbij en de band plaagt met de openingsriff van Satan Is In My Ass. Jawel, Evil Superstars spelen voor het eerst sinds decennia weer in Nederland, en dat is een welhaast angstaanjagende gewaarwording.

Evil Superstars, wie waren dat ook alweer? Nou, een van de meest explosieve Belgenrockacts van de jaren 90, aangevoerd door Mauro Pawlowski, geflankeerd door Tim Vanhamel. Ze combineerden de noisy maar catchy indierock van Dinosaur Jr. en Pavement met de manische gekte van Frank Zappa én flirten op zijn tijd met Satan. Slechts twee albums bracht de band uit tussen ’92 en ’98, en daarna was het gedaan met de groep. Mauro Pawlowski groeide vervolgens uit tot een van België’s meest eigenzinnige én productieve muzikanten, die nu vooral bekend is als gitarist van dEUS maar zich tegelijk met tientallen projecten bezigt. Tim Vanhamel oogste na het ineenstorten van Evil Superstars wereldwijd lof met Millionaire, sloot zich aan bij Queens of The Stone Age en belandde met Jesse ‘The Devil’ Hughes en Josse Homme in de Eagles of Death Metal. 

 De band deed de afgelopen jaren al eens twee reünieconcerten (voor de ene coverden ze integraal Jerusalem van de doommetalband Sleep, voor de andere speelden ze een kosmische synthesizer-set) voordat ze afgelopen zomer nog eenmaal schitterden op Pukkelpop. Gisteren kwam de band nog eens samen op het Sonic City-festival, vandaag doen ze Le Guess Who? aan “voordat we weer tien jaar onder een steen kruipen”.

En het is ook op Le Guess Who? heerlijk om te zien hoeveel hellevuur Vanhamel en Pawlowski nog in zich hebben. Vanhamel als de virtuoze gitarist die wijdbeens rondzwalkt terwijl hij de meest krankzinnige spacerockriffs uit zijn mouw schudt. Pawlowski als de meest flamboyante aanwezigheid, zijn gitaar rondzwierend in bizarre poses, over het podium kronkelend en zijn armen in de lucht gooiend bij elke ijzingwekkende kreet. 

Daarbij gezegd hebbende: het is wel wat zware kost die we te verteren krijgen. Slechts één nummer van het debuutalbum (de gestoorde sloophamer 1.000.000 Demons Can’t Be Wrong) en een kleine handvol van Boogie-Children-R-Us. Hitje Sad Planet wordt in sloppy versie in de toegift gestopt en met aanzienlijk minder vuur gespeeld. Verder horen we I’m On A High van Millionaire (hoewel Vanhamel het oorspronkelijk voor Evil Superstars schreef) en verder obscure B-kantjes en een tweetal speciaal voor de reünie gecomponeerde nummers. Die zijn meteen het meest extreem: Cosmic Dance en Hail The Rectangle klinken ongeveer alsof Mayhem een onheilig huwelijk heeft gesloten met Jean Michel Jarre. De beelden op het projectiescherm zijn ondertussen bizar: gruwelijk geanimeerde vleesmassa’s, flitsende schedels en oogkassen die uit monden rollen.

Enkele mannen vooraan staan daarop helemaal uit hun plaat te gaan - ze zullen achteraf zelfs om de setlist vechten – en verderop knikt menig hoofd traag op en neer, maar zo kolkend als bij Metz of Protomartyr een paar verdiepingen hoger zal het niet worden. Daarvoor is die set van Evil Superstars net te ongrijpbaar en véél te zwaar, maar de behoorlijk extreme show past perfect in de geest van Le Guess Who. “Speulehhhhh!”, roept een enkele enthousiasteling. “Millionairrreeeee!”, brult een ander. Mauro zucht. “Het publiek heeft altijd gelijk, hè? Nee, het is tijd voor een rustpunt. Laten we het niet te heftig maken. Laten we de spanningsboog even kraken.” Om vervolgens een verzengende versie van I Can’t Seem To Fuck Things Up te spelen. En zo is het. Zo fel zagen we zowel Pawlowski als Vanhamel al lang niet meer spelen. Evil Superstars speelde alle verwachtingen aan gort met een demonisch sterke set.