Die duik in de geschiedenis past perfect, want Dekmantel boekt alleen maar dj's met historisch besef. Mensen die oude tunes boven water kunnen halen alsof ze vandaag uitgekomen zijn. Hoeveel hoogtepunten hoor je hier nu die uit 2015 komen? Is house nog steeds leuk na vijfentwintig jaar? Ja! Juist! Hoe langer het bestaat, hoe meer de dj’s hebben om uit te putten, zeker als je de immense disco-archieven erbij pakt, en jezelf de vrijheid veroorlooft om verder te kijken. San Proper vlamt met Diana Ross en de James Bond Goldfinger soundtrack, Juan Atkins brengt zijn klassieker Clear van Cybotron live (de missing link tussen Detroit en Kraftwerk), nota bene Madlib komt met de Duitse krautrockband Can aan, Joy Orbison verwent ons met een Zuid-Afrikaanse houseplaat van Black Motion van een paar jaar terug. Mooi ook om de bewondering van de ene 'selector' voor de andere te zien. Hunee - net klaar bij Boiler Room - gaat compleet uit zijn dak bij iedere plaat van Carlos Souffront. En terecht, want zij behoren vandaag allebei tot de favorieten aan de onderkant van het programma. Aan het eind van de avond staat technopionier Robert Hood een keiharde aardse discogroove van Ben Sims (Dollar Bill Y’All!) te pompen, om het te laten overgaan in de gospelhouse die hij onder de naam Floorplan maakte. Het leidt tot euforische taferelen in de Boiler Room en gedrang voor de draaitafels. Meer dan ooit op Dekmantel ligt vandaag het accent op de zwarte Amerikaanse roots.
Maar het slot van de dag is voor Squarepusher, een buitenbeentje pur sang. De Engelse IDM-producer heeft normaal gesproken eigenlijk helemaal niets te zoeken op een festival als dit, en dat maakt het juist een spannende boeking. Hij staat in de tent waar het de hele dag het hardst gaat, de enige tent waar techno de hele dag regeert. Het is er donker, en op het grote visualscherm zien we er grijze wolken, terwijl buiten het zonnetje zachtjes door de bomen blaast. Je zou zeggen dat ze in deze tent wel wat gewend zijn, maar Squarepusher jaagt binnen een paar minuten zijn halve tent leeg. Dat was te verwachten, en toch kun je zijn komst hierheen wel een succes noemen. Squarepusher staat in een schermpak achter zijn apparatuur, terwijl eentjes en nulletjes als lava vanaf het scherm over hem heen rollen. Uit zijn apparatuur tovert hij hypersnelle, drum ’n bass achtige beats, maar dan abstracter. Zijn nieuwe album Damogen Furies is weer een test voor iedere liefhebber van experimenteel experiment: hard en snel, ontdaan van iedere aardse betekenis, zonder sexy melodieën of aansprekende refreintjes. Dan gaat het masker af en pakt hij zijn basgitaar erbij. Wat ie achter de knoppen precies doet weet je niet, dat hij verbluffend kan bassen kun je simpelweg zien. Als een volleerd publieksmenner staat Squarepusher de mensen op te jutten, en zo laat hij zien meer concessies te kunnen doen dan zijn labelgenoten van Autechre een dag eerder. Hij wil er hier graag bij horen, en dat is wederzijds.
Het is een dappere en goede keuze, deze verbreding en verdieping, ook al weet je van tevoren toch wel dat de meeste mensen op dit tijdstip bij Ben Klock en Marcel Dettmann staat. Dat is wat de eerste twee edities nog ontbrak op dit festival: het lef om je publiek in verwarring te brengen. Ze moeten wel bij Dekmantel. Al die andere festivals komen muzikaal gezien steeds dichter in de buurt. Dit is de volgende stap, en dat leidde tot een geweldige eerste dag.