#BKS13: Het kaartenhuis van Everything Everything

Sterke songs helpen Mancunians aan een voldoende

Tekst: Juliën L'Ortye, Foto's: Renee van 't Hoff ,

Leuke vent moet Everything Everything-zanger Jonathan Higgs toch zijn. Een continue grijns op zijn gezicht, beetje het publiek opzwepen, lekker met zijn trommelstokjes op die tom-drum rammelen. Dat geldt overigens voor ieder bandlid: de mannen uit Manchester zijn bijzonder in hun sas op Best Kept Secret. Maar zo constant als de brede glimlach op de gezichten staat, zo wisselvallig is het optreden.

CONCERT:
Everything Everything, Best Kept Secret, Stage 2, zondag 23 juni 2013

MUZIEK:
Ingewikkeld gestructureerde popsongs, dat is waar Everything Everything het beste in is. Gekarakteriseerd door het aparte stemgeluid van zanger Jonathan Higgs, die met zijn falsetto een geweldig bereik heeft. Bassist Jeremy Pritchard heeft wel eens gezegd dat ze clichés willen vermijden en dat gaat de band met haar eigenzinnige geluid dan ook goed af. Het klinkt als een drukke, erg poppy variant op Radiohead dat ergens onderweg het gitaarwerk van Foals erbij haalt en ondertussen de nodige elektronica erin geflanst heeft.

PLUS:
In feite is Everything Everything de belichaming van Best Kept Secret en diens publiek. Geen dertien-in-een-dozijnliedjes, wel een knap eigen geluid. Geen wonder dat de aanwezigen er weinig tot geen aansporing voor nodig hebben om er goed in mee te gaan. Het is waanzinnig om te horen hoe gemakkelijk Higgs zonder enige moeite overschakelt van zijn gewone zangstem naar een feilloze falsetto. Dat wisten we al van platen Man Alive en Arc, maar ook live draait de zanger zijn hand er niet voor om. De hoogtepunten van die albums zijn ook nu de sterke momenten, Cough Cough en doorbraaksingle MY KZ, UR BF voorop.

MIN:
Allemaal heel leuk en aardig hoor, zo’n eigen geluid, maar wat een wisselvallige set schotelt Everything Everything ons voor. Aan het enthousiasme ligt het zeker niet, maar constant kun je het optreden niet noemen. Het ene moment bouwt de band het kaartenhuis met Suffragette Suffragette zonder moeite op, om het vervolgens weer in te laten storten met een matige uitvoering van Radiant. Ze vervolgen met Don’t Try, een van de sterkste tracks van de laatste plaat, maar ook daarna is wisselvalligheid weer troef. En zo gaat het opbouwen van de verwachtingen de volle drie kwartier door, om ze tussentijds even eenvoudig weer af te breken.

CONCLUSIE:
Dat is gelijk de voornaamste reden waarom een echte climax uit blijft. Everything Everything doet echt zijn best, maar is bij vlagen net zo goed als dat het matig is. Dankzij het sterke materiaal en dito eindsprint – waarbij Higgs weer lekker staat te rammelen – redden ze het uiteindelijk wel.

CIJFER:
7