Jiggy Djé: van keizer Punchline naar de Napoleon van de hiphop

"Al hoop ik de Slag bij Waterloo niet mee te maken"

Fiona Fortuin ,

De strijdlustige Jiggy Djé heeft rust gevonden. De Amersfoortse rapper over zijn nieuwe album, Napoleon en die harde track van Stef Bos. "Ik kan me niet voorstellen dat er iemand is die bij het horen van Papa niet aan zijn eigen vader denkt.”

"Al hoop ik de Slag bij Waterloo niet mee te maken"

In 2006 bracht Jiggy Djé zijn debuut Noah's Ark uit op zijn eigen gelijknamige label, opgezet als afstudeerproject. Hij had geen schouderklopje nodig, de Amersfoortse rapper Vincent Patty kroonde zichzelf wel tot Keizer Punchline. En terecht. Ondanks de opvolger een jaar later al werd aangekondigd, zag De Ark De Triomf deze maand pas het licht. Natuurlijk, zijn groep Kofhie Konnect kwam er tussendoor en ook zijn label nam veel tijd in beslag. Maar toch, waarom duurde het zo lang? Hij wachtte op hét moment, zo blijkt, en dat is nu gekomen. Niet alleen is zijn stad dit jaar 750 geworden, Jiggy Djé heeft ook zelf iets te vieren.

 
Op Ark de Triomf klink je opvallend optimistisch en vrij. Je voelt je goed?
“Weet je, op het vorige album was het eigenlijk Jiggy die praat over Jiggy die praat. Ik had veel vragen, dat maakte het heel complex. Nu voel ik me een stuk relaxter. Ik heb mijn niche gevonden in de muziek, na twee jaar spelen weet ik wie er geïnteresseerd zijn. Ik weet nu tegen wie ik praat.”

Wie zijn dat dan, die geïnteresseerden?
“Ik zie ze als de Jiggy Djé’s van tien jaar geleden. Mijn supporters zijn levensgenieters, maar ze zijn ook ambitieus en serieus. Zo sta ik zelf ook in het leven. Ik ben een volwassen kind, denk ik. In een boel dingen ben ik serieus, zeker wat betreft mijn muziek en label. Dan gaat het over geld en daarover moet je niet zomaar grappen maken. Maar ik ben me wel gaan beseffen dat ik er wel de lol van moet blijven inzien, anders is het niet de moeite. Je moet geen dingen doen waarvan je pas aan het einde de vruchten plukt.”

Vind je dat je jezelf een paar jaar geleden misschien iets te serieus nam?
“Ja. Het waren zwaarmoedige dingen die ik toen deed, dat kwam voort uit de twijfels die ik had over van alles. Ik zat niet goed in mijn vel, mijn relatie verliep moeizaam en muzikaal ging het niet precies zoals ik wilde. Alles was het nét niet. De afgelopen jaren heb ik mijn draai gevonden. Dit is zoals het is, zo is het cool. Daar gaat Ark de Triomf ook over; over loslaten, je ontwikkelen en het besef dat je niet alles kunt veranderen.”

Zou je een opmerking als ‘ooit ga ik de wereld overnemen’ ook nu nog kunnen plaatsen?
"Heb ik dat gezegd? (lacht) Soms heb ik mijn lolbroek aan, dan zeg ik dat soort dingen. De wereld veroveren ga ik niet, toch heb ik wel het idee dat ik iets kan betekenen, al is het op kleine schaal. Uit de feedback die ik krijg op wat ik doe blijkt dat ik toch iets kan veranderen."

Je nieuwe album heet De Ark De Triomf. We zitten nu in een gebouw in Amersfoort dat is geïnspireerd op de Arc de Triomphe in Parijs, welke weer in opdracht van Napoleon is gebouwd. De Napoleon van de Nederlandse hiphop, wil je dat zijn?
“Exact. Op mijn site heb ik gisteren ook een reeks gemaakt. Die gaat: Jiggy Djé -> De Keyser -> Napoleon -> De "Arc de Triomphe -> Amersfoort 750, waar we nu zijn -> Jiggy Djé…”

Mag ik het rijtje afmaken?
“Ja.”

Alleenheerser?
(lacht) “Nee, ik ben erg van het delen. Mijn liedjes gaan ook allemaal over van ‘ga met me mee’ en 'laten we dingen samen doen'.” 

Waarom wil je dan toch Napoleon zijn?
“Ik ben misschien ook wel een  beetje dominant en hooghartig. En Napoleon was ook klein geloof ik, nog geen 1 meter 60. Een klein mannetje dus die iets heel groots leidde, misschien was het compensatiedrang. Dat heb ik ook wel. Hoe meer grote mensen ik om me heen heb, hoe meer ik ook zo groot wil worden. Vroeger wilde ik met basketbal goed zijn, nu als rapper en toen de kans zich voordeed om een label te starten, wilde ik dat extra tof doen. Maar het is ook niet zo dat Napoleon mijn voornaamste voorbeeld is. De Slag bij Waterloo hoef ik niet mee te maken.”

Ik heb het idee dat je je als mens best druk maakt om dingen die in de wereld gebeuren. Dat komt niet terug in je teksten. Is dat bewust?
“Ik heb wel nummers die daar over gaan, zoals Oorlog en De Ver Van Je Bed Show, maar die hebben het album niet gehaald. Ik wil niet blijven hangen in een negatieve sfeer. Als ik daar over praat, ben ik bang dat ik het alleen maar versterk. Ik heb liever dat mensen lol hebben, dat er lachende mensen bij mijn shows zijn.”

Je schrijft ze dus wel, wat doe je er vervolgens mee?
“Het is dan uit mijn systeem en dat is het. Ik geloof ook wel dat sommige dingen kosmisch gezien zin hebben, ook al doe je er niets mee. Maar weet je, nu je er over begint, denk ik van oké, het is best cool om een plaat te maken met politieke onderwerpen. Misschien doe ik dat dit jaar nog wel.”

Wie waardeer je als Nederlandse tekstschrijver het meest?
“Moeilijk…Weet je, eerlijk he? De eerste twee die bij me opkomen zijn Spacekees en Bløf. Ten tijde van Liefs uit Londen had ik een relatie met een meisje die vaak naar het buitenland ging, dus die track vond ik heel hard. En Spacekees is outside the box, zo leip.”

Vind je Bløf nog steeds goed?
“Ja, sowieso heb ik een zwak voor Nederlandse pop. Herman van Veen en Boudewijn de Groot kan ik erg waarderen. En van die zoetsappige shit vind ik ook heel tof, vooral ballads zijn bruut. En ze zijn ook heel simpel. Papa van Stef Bos, dat is een zieke track gewoon. Ik kan me niet voorstellen dat er iemand is die bij het horen van dit lied niet aan zijn eigen vader denkt.” 

De Ark de Triomf is te beluisteren op de Luisterpaal.