ADE16: Moodymann, Jackmaster en Tom Trago trappen Shelters deuren open

Openingsavond overtuigt, ondanks Masterkater

René Passet ,

Tijdens het ADE openen maar liefst twee nieuwe nachtclubs in Amsterdam: Claire en Shelter. In die laatste zagen we donderdagnacht Moodymann, Jackmaster en Tom Trago de speakers testen. De openingsplaat was alvast helemaal raak.

“Welcome to the Shelter, a place where you can relax your mind, your body and your SOULLL.” Zodra Moodymann de naam van de nieuwe club hoorde waar hij tijdens het Amsterdam Dance Event zou moeten draaien, stond zijn openingsplaat vast. Of eigenlijk de openingsplaat van Moodymann’s bloedmooie vriendin. Want de Amerikaanse dj strooit graag wat zand in onze ogen en laat zijn meisje (met modieuze designerskoptelefoon) de eer om het lint in Shelter feestelijk door te knippen terwijl hij zijn platenkoffer openklikt.

Samen met Claire behoort Shelter tot de twee nieuwe hoofdstedelijke clubs die tijdens het ADE voor het eerst de deuren openen. Al draaide Shelter vorige week vrijdag al een keer proef, zonder daar overigens al te veel ruchtbaarheid aan te geven. De club bevindt zich in de kelder van de A’DAM Toren, het markante voormalige Shell-kantoor aan de noordkant van ’t IJ en nu een hotspot van bedrijven, clubs en restaurants.

Steile trap
De ingang van Shelter is een knap staaltje urbane camouflage. Onder de stoep zit een luik verborgen dat ‘s avonds openklapt en een steile trap naar beneden zichtbaar maakt. Via een stel zware branddeuren bereik je vervolgens de grote zaal, waar beton en staal de boventoon voeren. Het plafond is bedekt met massieve rechthoekige blokken waarachter lampjes opgloeien. Dat patroon verandert voortdurend, waardoor je het idee krijgt alsof de dozen boven je hoofd in beweging zijn. Het is een subtiele lichtshow die zich niet opdringt maar wel voor veel sfeer zorgt.

Ondanks die lichtelementen is het relatief donker in Shelter. Waardoor een zoektocht naar kwijtgeraakte vrienden potentieel frustratie kan opleveren. Voorlopig is het nog niet zover, want de rijen die om 23 uur voor de ingang stonden hebben zich nog niet vertaald naar een uitpuilende club. Dat betekent volop ruimte voor de soulvolle set die William Kouam Djoko en de Schotse Jasper James draaien. Die laatste is pas 25 en werd vorig jaar door DJ Mag uitgeroepen tot ‘Breakthrough DJ of the year’.

Terwijl James de electrodisco van Mega Drive richting de Funktion One-speakers jaagt, zwaait Kouam Djoko achter hem wild met zijn armen om zo de eerste rijen los te weken van de vloer. Dat lukt aardig. Zeker als die laatste ook wat eigen werk aan bod laat komen en de microfoon openzet.

Beroemde vrienden
Als na enen de entourage rond Kenny Dixon Junior (Moodymann) arriveert, is het even dringen in de dj-booth. Want de charismatische zwarte Amerikaan heeft in zijn kielzog niet alleen twee vrouwen maar ook dj-legendes Louie Vega en Joe Claussell meegenomen. Glimlachend zien ze hoe Moodymann de microfoon ter hand neemt. “What Up Doe?” roept hij de zaal in. Waarna de meisjes vooraan synchroon hun handen naar hem uitsteken. De houseproducer uit Detroit heeft een hoop fans overgehouden aan zijn eerdere optredens in Nederland. Dat hij op Dekmantel de voorste rijen trakteerde op Grey Goose-wodka, hielp ook mee.

Een technisch begaafd dj zal Moodymann nooit worden. Hij mixt slordig en abrupt en lijkt daar totaal niet mee te zitten. In plaats van een fatsoenlijke koptelefoon gebruikt hij i-Phonedopjes die permanent onder een grote muts in zijn oren hangen. Nee, bij een dj-set van Moodymann gaat het vooral om het wijdlopige verhaal. Dat langs klassiekers van Jimi Hendrix en de Doobie Brothers loopt maar net zo makkelijk terugveert naar MK’s Burning uit 1992 of met violen overladen disco van BT Express.

Masterkater
Wat dat betreft is de overgang naar Mastermix, een back-to-back van de dj’s Jackmaster en Tom Trago, rond drieën wel even slikken. Binnen drie platen trekken ze door naar de vijfde versnelling, met hortende en stotende breakbeathouse en platen waarin de kick helemaal vooraan staat. Vanochtend vroeg lag Jackmaster nog te slapen in het ballenhok van De School, waar een heus ADE-voetbaltoernooi werd afgewikkeld (Dekmantel won). Maar blijkbaar vond de Schotse labelbaas van het Numbers-label zijn tweede of derde adem, want van een masterkater is weinig meer te merken. Of het moeten de soms ruwe overgangen uit de rotary mixer zijn. Zo komt Farley Jackmaster Funk’s Love Can’t Turn Around snoeihard in zetten. Briljant is het moment waarop de twee een pianoloopje van Steve Reich nemen en dat mixen met een dubby houseplaat. Minutenlang loopt het pianomotiefje mee. Iedere Shazampoging sterft in schoonheid.

Het geluid in Shelter is al verrassend goed, voor een club die net open is. Maar perfect is het nog lang niet. Aan de rechterkant van de zaal zit er veel meer ‘oompf’ in het sublaag dan links. Logisch ook, want de subs staan alleen in de rechterhoek terwijl het mid en hoog van vier kanten komt. Andere kinderziektes zijn de (te brede) bar, het gebrek aan zitjes en het totale ontbreken van eten. Wie een clubavond van tien uur organiseert, kan verwachten dat zijn bezoekers op enig moment trek krijgen.

Ach, dat soort kinderziektes is allemaal op te lossen. Het personeel is vriendelijk, het geluid op orde en het publiek valt ook niet tegen. Wie geen moeite heeft met een wit overhemd hier en daar en zijn club graag stoer, stijlvol en sober heeft, gaat mooie nachten in Shelter tegemoet.