Le Guess Who? May Day 2014 - deel 2

Het grootste verslag ooit van de grootste May Day ooit

Tekst: Wouter Bal, Joris Postulart, Michael Royall, Niels Spinhoven / Foto's: Lisanne Lentink, Melanie Marsman, Tim van Veen ,

Le Guess Who? May Day 2014 zal de boeken ingaan als de eerste editie waarin TiVre - zoals TivoliVredenburg hier op de redactie al wordt afgekort – de rol van festivalhart op zich nam. En als de editie waarin de temperatuur in Tivoli Oudegracht voor het laatst tot tropische hoogtes steeg. 3voor12/Utrecht was overal tegelijk en doet verslag.

Speedy Ortiz
Het trotse bezit van een eigen kwart vierkante meter in Tivoli Oudegracht of De Helling is wegens de populaire programmering in deze zalen een schaars goed. Hebben is dus houden. Wel spijtig voor een podium als EKKO, waar de iets onbekendere programmering niet de aanloop krijgt die het verdient. Dat lot treft onder andere Speedy Ortiz, een band ontstaan uit een project van de New Yorkse songwriter en zangeres Sadie Dupuis. Dupuis liet zich in een gesprek met Pitchfork ontvallen dat ze zich aangetrokken voelt door bands uit de jaren ’90 wegens de grote mate van persoonlijkheid die ze mist bij bands van het afgelopen decennium. En ja, als je Speedy Ortiz aan het werk ziet dan schieten inderdaad associaties met bands als Pavement, Weezer ten tijde van Pinkerton en, om het dichter bij huis te zoeken, Metal Molly door je hoofd. Rustig couplet, hard refrein? Licht verveelde podiumpresentatie? Check, het is er allemaal. Toch klopt het plaatje. De teksten waarin Dupuis haar persoonlijke leed van zich afzingt (“I was better off just being dead” in ‘No Below’), gedijen nu eenmaal goed op een bedje van gruizige gitaarfeedback en ontsporend slagwerk. Al met al ziet een half gevuld EKKO een jeugdig Speedy Ortiz een moedige poging wagen om de fakkel te ontsteken van een genre dat eind jaren ’90 als een nachtkaars uitging.

Yamataka // Sonic Titan
De aanwezigen in ACU zijn in twee groepen te verdelen als Yamataka // Sonic Titan aan hun show begint. Er is een groep die er de humor wel van in kan zien. Dat is grofweg de helft die het dichtst bij het podium staat. De andere helft, gegroepeerd rond de ingang van de zaal, kan de bedenkelijke frons niet van zijn gezicht af krijgen. Voor beide reacties valt wat te zeggen, want de krappe veertig minuten die passeren nadat zangeres Ruby Kato Attwood met een thermoskannetje thee het podium op schuifelt zijn nogal opmerkelijk. De band die is gevormd rond het Japans-Canadese kunstenaarsduo Ruby Kata Attwood en Alaska-B (op drums) speelt een soort bordkartonnen metal dat aan dramatiek moet winnen door toevoeging van flink wat reverb, synths en mierzoete zanglijnen. En niet te vergeten, een heleboel schmink. De grondleggers zeggen met Yamataka // Sonic Titan de botsingen tussen de Aziatische en Canadese cultuur te onderzoeken. Het resultaat is een wat koddig aandoende mini-opera die niet Eurovisiesongfestival onwaardig zou zijn. Het blijft echter ongewis hoe serieus de bedoelingen van de makers werkelijk zijn als de band na het afsluitende ‘One’ als een razende zijn spullen begint te pakken om plaats te maken voor Golden Animals.

Black Lips
Black Lips behoeft natuurlijk geen introductie meer. Als één van de headliners van Le Guess Who? May Day mogen ze voor een stampvol De Helling laten zien wat ze in huis hebben. Al een half uur van tevoren is de zaal vol met fans die hun plekje zittend bezet houden. Kan Black Lips de hoge verwachtingen waarmaken? De bluesy, garage songs worden vol overtuiging gebracht, maar toch lijkt het af en toe nog wat plichtmatig. Met de puntige songs is niks mis, maar echt los komt het zelden. Voor velen kan de garage rock'n'roll band niks fout doen en in feite doen ze dat ook niet. Onder het motto 'geen gelul, gewoon spelen', slingert het viertal de ene na de andere hit de zaal in, zonder al te veel poespas tussendoor. “When Katrina hit our homes in Louisiana, we were right here, in Utrecht, and wrote this next song" (O Katrina!, red.). Veel meer tekst hebben de southern rockers niet nodig. Een degelijke set die de fans zeker tevreden stemt, maar weinig buitenstaanders zal hebben overtuigd.

S. Carey
Boven in de Spiegelbar staat S. Carey, drummer en achtergrondzanger van Bon Iver, met zijn solo-act. Dit is laagjesmuziek pur sang, met composities die doen denken aan versnelde filmpje van bijvoorbeeld een zonsopgang boven een uitgestrekt meer ergens in de VS, misschien wel in zijn geboortestreek Wisconsin. Het zijn muzikale stillevens die het goed doen in de Spiegelbar, vooral wanneer Carey langzaam opbouwt tot een grootse soundscape met veel percussie. Dan komen zijn dromerige vocalen en pianospel het beste tot zijn recht. De banken en muren in de Spiegelbar zijn dan ook bezaaid met mensen die even de rust opzoeken, temidden van al het gedruis rondom de grote namen in de grote zaal.

Neutral Milk Hotel
Een band die de afgelopen 16 jaar geen nieuwe platen meer heeft uitgebracht, maar die lange rijen veroorzaakt voor Tivoli Oudegracht. Op Le Guess Who? kan het. Het gaat dan ook niet om zomaar een band, maar om Neutral Milk Hotel, het muzikale kindje van Jeff Mangum en persoonlijke favoriet van Le Guess Who? programmeurs Johan Gijsen en Bob van Heur. Het is een wonderlijk gezelschap dat het podium van Tivoli betreedt: Mangum met zijn kluizenaarsbaard, Scott Spillane met bolhoed en piggelmeebaard en Julian Koster met zijn gekke mutsje en zingende zaag. Toch is het publiek al vanaf de eerste akkoorden van 'The King Of Carrot Flowers Part 1' in extase en bij Parts 2 & 3 staat de halve zaal al te hossen. In een goed uitgebalanceerde set waarin venijnige uptempo nummers als ‘Holland, 1945’ worden afgewisseld met mooie luisterliedjes als ‘Two Headed Boy’ komen nagenoeg alle liedjes van meesterwerk In the Aeroplane Over the Sea voorbij. Het gaat van intiem met alleen akoestische gitaar naar een georkestreerde chaos waarbij bugel, trombone, banjo, zingende zaag en zelfs een elektrische doedelzak elkaar aanvullen. Verbindende factor is het indringende stemgeluid van Mangum dat met zoveel kracht op je afkomt dat het soms wel lijkt alsof hij je letterlijk omver probeert te blazen. Een uitzonderlijk goed optreden waar nog lang over nagepraat zal worden en voor velen het gedroomde afscheid van Tivoli Oudegracht.

Shonen Knife
Het is inmiddels al aardig laat als de drie Japanse dames op de klanken van ‘Mango Juice’ het podium van De Helling betreden in hun zwarte glitterjurkes en met hun sjaaltjes. Het is hoog tijd voor een energieboost en Naoko Yamano en haar band weten exact hoe je dat moet aanpakken. Het duurt dan ook niet lang voordat ze het publiek aan het dansen krijgen. Shonen Knife heeft de afgelopen jaren al een aardige band opgebouwd met Utrecht. De oplettende Utrechtse muziekliefhebber kon al vaak genieten van een optreden in een volgepakt dB’s en vanavond mag de band het proberen in een zaal van groter formaat die helaas slechts halfvol raakt. De vrolijke mix van punkrock liedjes met ingestudeerde grootse rockgebaren zou je gemakkelijk kunnen afdoen als een gimmick, maar daarmee doe je de band toch echt tekort. Muzikaal zit het namelijk bijzonder goed in elkaar. Dat de teksten door het vette Japanse accent haast onverstaanbaar zijn maakt niet uit als je zo vol overgave liedjes uitspuugt. Zoals een Amerikaanse bezoeker het na afloop mooi samenvatte: "They are not playing Punk, they ARE Punk!".

Fat White Family
Goed, geen lul uit de broek voor Fat White Family deze keer. Maar de show van deze band vol schurken is er niet minder ranzig door. De Britten werden al een keer door een podium in Somerset geweigerd als voorprogramma van Franz Ferdinand om onbekende 'ethische redenen'. Ook wekte ze wat controverse door op een straatfeestje in Brixton met een 'The Bitch is Dead' spandoek rond te paraderen na de dood van oud-premier Margaret Thatcher. Maar dat is allemaal bijzaak. Want als de gitarist eenmaal een paar keer naar de geluidsman heeft gesnauwd dat hij de vocalen omhoog moet knallen en de muziek begint, is het net alsof de gezamenlijke inhoud van twintig gereedschapskisten de zaal ingeflikkerd wordt. Hoeveel harder is deze band wel niet live dan op de plaat? EKKO wordt al snel bijna te klein voor de pit die ontstaat. Halve pogingen tot crowdsurfen vervallen tot struikelende groepsomhelzingen, terwijl de voorovergebogen zanger tegen zijn ingeklapte microfoonstandaard staat te schreeuwen alsof het ding net zijn fiets heeft gestolen. Een mooie avond voor het publiek, en misschien wel een nog mooiere avond voor de fotografen.


Deel 1 van ons Le Guess Who? May Day verslag lees je hier.

Gezien: Le Guess Who? May Day met onder andere Neutral Milk Hotel, The War On Drugs, Black Lips en vele anderen in onder meer Tivoli Oudegracht, EKKO, ACU, De Helling en Galerie Jaap Sleper op zaterdag 24 mei 2014