Het college van Burgemeester en Wethouders wil in de winter geen grote evenementen meer op onverharde locaties en ook een maximum stellen aan het aantal buitenevenementen met versterkt geluid. Dat staat in de zogenaamde locatieprofielen voor tien locaties die de gemeente afgelopen maandag heeft gepresenteerd. De profielen geven aan hoe vaak er evenementen op een locatie mogen plaatsvinden, hoeveel bezoekers er maximaal mogen komen, wat het geluidsniveau mag zijn en hoe lang de rustperiode tussen evenementen is.

Met deze regels wil de gemeente een goede balans vinden ‘tussen levendigheid en leefbaarheid voor iedereen en daarbij naast de positieve effecten ook oog hebben voor de nadelige effecten van evenementen’. De tien locaties waar het om gaat zijn Domplein, Griftpark (activiteitenveld), Julianapark, Lucasbolwerk, Maximapark (activiteitenveld), Park Lepelenburg, Park Transwijk, Recreatiegebied Strijkviertel, Stadhuisplein en Wilhelminapark.

Aantal evenementendagen en wintersluiting

Het maximum aantal evenementendagen voor de tien locaties is gebaseerd op het huidige aantal evenementen in Utrecht. Deze worden in het voorstel echter wel beter gespreid. Op sommige locaties zal er daardoor minder ruimte zijn voor evenementen dan nu, terwijl er op andere locaties meer ruimte ontstaat. Park Transwijk kan straks bijvoorbeeld nog maar zes dagen per jaar worden gebruikt voor grote (5.000 - 10.000 bezoekers) en zeer grote (10.000 - 20.000) evenementen.

Om het groen van de onverharde locaties te beschermen wordt een ‘wintersluiting’ voorgesteld tussen 1 november en 31 maart. Dat betekent bijvoorbeeld dat een evenement zoals Sneeuwbal, dat tot nu toe altijd eind januari plaatsvindt in Park Transwijk, zou moeten verhuizen naar een andere, verharde locatie of naar een ander moment. Daarnaast moeten er minimaal achttien dagen zitten tussen evenementen op onverharde locaties, zodat het groen kan herstellen, en zouden evenementen daar maximaal vijf dagen mogen duren.

Ook voor verharde locaties worden rusttijden voorgesteld om een goede balans te houden tussen leefbaarheid en levendigheid. Na een weekend met een evenement is er in het voorstel daarom altijd een weekend rust en er is een rusttijd van minimaal twaalf dagen tussen evenementen. De maximale duur van evenementen op deze locaties is tien dagen. 

Het aantal keer dat de maximale geluidsnorm is toegestaan is begrensd en deze is ook gerelateerd aan het aantal bezoekers van een evenement. Op die manier mikt de gemeente op kleine(re) evenementen, met minder geluidsoverlast voor de omgeving.

Criteria om ruimte voor evenementen te verdelen

Door de voorgestelde regels kunnen mogelijk situaties ontstaan dat meerdere organisatoren op dezelfde datum een evenement willen organiseren op dezelfde locatie. Of dat er meer verzoeken binnenkomen voor een specifieke locatie dan er evenementen gehouden kunnen worden. Als dit gebeurt gebruikt de gemeente bij het toewijzen vier criteria: de waarde van het evenement voor de stad en de wijk, of het evenement bijdraagt aan een afwisselend evenementenaanbod, de toegankelijkheid en inclusiviteit, en of het duurzaam wordt georganiseerd.

Het college vindt overigens dat een aantal evenementen altijd een plek moeten krijgen in Utrecht: Koningsnacht en -dag, Canal Pride, Sint Maarten, de sinterklaasintocht, Keti Koti, de Dodenherdenking en Bevrijdingsdag.

Gemeenteraad moet er nog over besluiten

Het voorstel van het college wordt eerst nog behandeld in de gemeenteraad voordat het wordt vastgesteld. Het college streeft ernaar om al bij de uitvraag voor de reserveringskalender evenementen 2025 met de nieuwe locatieprofielen te kunnen werken. Die uitvraag wordt in juli 2024 gedaan. Dat betekent dat de gemeenteraad hierover voor de zomer van dit jaar moet besluiten.