De liedjes zijn zo anders bij Uncle Frankle

... maar dat is eigenlijk best ok

Tekst: Casper Sikkema / Foto's: Ragna van der Valk ,

Uncle Frankle is jong, hip en ambitieus. En het zijn ook nog eens mooie jongens. Bij de presentatie van hun nieuwe EP Discrepancies staat EKKO dan ook vol met meisjes met gevoel voor de laatste mode. Dat Uncle Frankle inmiddels meer wil zijn dan enkel hip, lekker en licht verteerbaar, is dan ook even slikken. Het feest is er gelukkig niet minder om.

... maar dat is eigenlijk best ok

Uncle Frankle is een jonge band met nu al een behoorlijk indrukkwekkende claim to fame. Zo stonden ze op het respectabele Reeperbahn festival, werd er een clip opgenomen in LA (nice!) en dankzij een secuur afgestelde Britse sound paste het precies als voorprogramma’s voor Razorlight en The Rakes. Handig! In het kielzog van succesvolle generatiegenoten als Only Seven Left en Destine probeert de Hilversumse band een trouwe, fanatieke fanbase op te bouwen. Want, zo heeft het huidige succes van bovengenoemde voorbeelden laten zien, een feilloos gevoel voor ontwapenend simpele poprock, aangelengd met tomeloze ambitie en doorzettingsvermogen helpt. Om succes te hebben. Om meisjes gelukkig te maken. Om jongensdromen uit te laten komen.

De koerswijziging die Uncle Frankle op hun nieuwe EP Discrepencies laat horen, is in dat opzicht gedurfd. Na twee nummers zien we het publiek zoekend rondkijken. Waar zijn de hits? Waar is die lekker meestampbare echo van Arctic Monkeys? What the fuck? Uncle Frankle opent met twee nummers met een sterke nadruk op de zang. Liedjes die zoeken naar sfeer. Driestemmig, behoorlijk Moss en eigenlijk niet altijd even geslaagd. Want, hoe goed de band ook speelt (strak, mooi, cool), de stem van zanger Bengt is gewoon niet heel erg goed. En dat stoort. 'Man’s Littleness' is een prima song, maar ondanks een keurig Engels accent verliest de frontman ons geduld door er constant net onder te zingen. Ook het melancholische 'The Course To Oblivion' (weer, prima song) gaat er aan ten onder.

Toch willen we Uncle Frankle vooral graag complimenteren. Want de band is in alle opzichten gegroeid. De liedjes zijn beter dan ooit. Over alles is slim nagedacht en of het hun uitstraling is of ons uitstekende gevoel voor het spotten van coolness, maar één ding zagen we haarscherp: Uncle Frankle staat. Uit alles spat overtuiging. Om het te maken, maar ook een diep verlangen om ons een fijne avond te bezorgen. Een aanstekelijke en sympathieke combinatie. Ze doen zo hard hun best, dat we bij ‘Miss Superior’ (de oude hit) glimlachend en trippend down memory lane de pit gadeslaan. Ok, het is een doodsimpele song, maar zie ze daar gaan, de jongens en meisjes voor het podium. Ze springen, ze lachen en zeer waarschijnlijk zijn ze supergelukkig. Misschien weten ze nog niets van de teleurstellingen die het bestaan onherroepelijk over ze zal uitstrooien. Maar maakt dat dit feestje onoprechter? Of minder leuk? Wij dachten van niet. Joie de vivre is een prachtig concept, en Uncle Frankle gaat er mee aan de haal alsof ze het hebben uitgevonden. Nice. Hoogtepunt is titeltrack (en gek genoeg niet op de EP te vinden) 'Discrepancies'.

De conventionele traditie indachtig willen we deze recensie graag afsluiten met een slimme, afgewogen conclusie. Een conclusie waarin antwoorden worden geformuleerd op vragen als gaat Uncle Frankle het maken? Moeten de krap geklede jongens van Only Seven Left bang zijn voor onverslaanbare concurrentie? Of zal de gebrekkige zangkwaliteiten van de zanger de verovering van nog meer meisjesharten in de weg staan? Wij moeten eerlijk toegeven dat we het niet weten. Echt niet. Als het aan ons ligt wordt Uncle Frankle groot. Wij zagen namelijk liefde voor muziek, een uiterst bekwame gitarist, geen angst om te experimenteren en, misschien wel het allerbelangrijkste, een zaal vol meisjes. Way to go, boys!

Gezien: Uncle Frankle, zaterdag 23 oktober 2010 @ EKKO