Een Zeeuws-Vlaamse avond in Middelburg. D’n overkant is even aan d’n overkant. In het atelier van Broeder (Tonnie) Dieleman is een selectie van Zeeuws-Vlaamse artiesten uitgenodigd om samen met hem zijn ‘eigen landje’ in liederen en verhalen te bewoorden. Ries de Vuyst, Van Talud en Sankie Koster vergezellen Dieleman vanavond in een knusse setting. Zeeuws-Vlaanderen. Een landje apart.

Een vrijdagavond in Middelburg. Het is vroeg druk in het Atelier van Broeder Dieleman. Het publiek loopt binnen terwijl pianist Arn Dijon (Arnout de Jong) mooi, zachtjes speelt. Rustgevend klassiek. De toehoorders keuvelen wat met elkaar. “Ik ben er geboren”, vertelt een wat oudere man. “Maar ik woon nu al zeker veertig jaar hier in Middelburg. Maar ja, Zeeuws-Vlaanderen: Het laat je niet los.” Hij slaat de spijker op zijn kop. Het randje Nederland laat je niet los. Als je er geboren bent, ben je het. Of je er nu nog woont of niet. Vanavond is een deel van de aanwezigen oud-inwoner, een deel woont er nog gewoon en een deel komt naar hier omdat Tonnie het heeft georganiseerd. Het kotje vol. “Alleen maar Zeeuws-Vlaanderen vanavond”, vertelt de gastheer. “Van Oost tot West.”  Het Westen krijgt de liedjes. Midden en Oost de verhalen. Legendes, sagen of toch waargebeurd?

Na de samenzang, ‘Al wat goed en heilig is’, opent Dieleman de avond met een vertelling uit zijn favoriete boek ‘Het spookte in Zeeuws-Vlaanderen’. Hij vertelt het verhaal over Dirkje van Drongelen uit Axel, die kwam van de Ronde Putten. Die wist van de zwarte kunst en ging varen in een trog op zolder. Een waargebeurd verhaal weet Tonnie. Hij vertelt het op zijn eigen karakteristieke wijze. Met een kwinkslag. Ook Sankie Koster kan goed vertellen. Theatraal en met veel gevoel voor detail beschrijft ze hoe ‘onze lieve Heer’ van zijn kruis stapte aan het drielandenpunt. Nee, niet in Vaals, maar het punt waar Axel, Zuiddorpe en Koewacht samenkomen. Bontekoe heet het daar. Haar levendige vertelling zorgt voor de nodige jolijt in het publiek en een leuke losse sfeer. Zeeuws-Vlaanderen zit vol verhalen.

Die komen ook terug in het muzikale gedeelte. Vanavond speciaal uit Groede en Hoofdplaat. Zanger, gitarist en liedjesschrijver Peter Quaak is solo wat hij ook met zijn band is, Van Talud. ‘Koning Kermiskoers’, ‘Antonius Blues’. In Groede ligt veel inspiratie. Of toch zeker op Scherpbier, de weg van Groede richting Oostburg. De echte ster van de avond is toch Ries de Vuyst. Levende legende en begenadigd liedjesschrijver. Al jaren lang. Door een haperende microfoonkabel moet Ries het compleet akoestisch doen. Daardoor moét je wel luisteren om alles goed te horen. Naar zijn nummers waar hij alle ziel en zaligheid die hij heeft inlegt. De zanger, zingt ‘If I Needed You’, van Townes van Zandt. Het wordt op z’n Hoofdplaats ‘Akjoe Nwodig Aa’, klein verstilt en met veel gevoel gebracht. ‘Eben Haezer’ is een van zijn beste nummers. Het publiek eet uit de hand van de oude bescheiden meester. Die zelf de avond niet al te zwaar wil afsluiten en daarom Tonnie en Peter nog eens op het podium roept. Gedrieën bezingen de vogel waar heel Zeeuws-Vlaanderen een hekel aan heeft. De Koekoek. “Het is een rotbeest.” Ries meent het. Het slotlied krijgt terecht applaus. Volgend voorjaar gaan we op excursie met z’n allen. Opzoek naar de koekoek. Langs de Bontkoe, naar de Ronde Putten, over Hoofdplaat naar Degroe. Met een ijsje of een paptaart toe.