In het Paardcafé is het gezellig druk. Voor de deur staan bandleden van beide acts een sigaretje te roken en bijna iedere bezoeker wordt daarom persoonlijk verwelkomd. Binnen is het een ons-kent-ons van jonge muzikanten en andere creatievelingen. Van mensen van Riot Bookings tot leden van MOYO, AVA NOVA en Fuzzy Teeth. Niet zo gek want beide acts van vanavond hebben raakvlakken met deze kleine kliekjes. Als de eerste act opgaat, is het dus al lekker druk in het café.
Die eerste act is Jack The Owl, een band rondom Kasper Spijkerman, voorheen bassist van poppunkband Forever Saturday (van wie de oude bandgenoten allemaal aanwezig zijn). Nu is de bas ingeruild voor een gitaar en de poppunk heeft plaatsgemaakt voor alternative rock met een vleugje psychedelica. Wat opvalt is dat de songs die Kasper heeft geschreven allemaal staan als een huis. Een goede afwisseling van catchy hooks en slimme grapjes. Zo zingt Kasper: "I just wanna let you know somehow, lalalala", deze knulligheid contrasteert lekker met de serieuze sound die de band er op nahoud. Qua vocalen klinkt de frontman een beetje als Fontaines D.C.'s Grian Chatten, wat wil zeggen dat de vocalen lekker praatzangerig en laag zijn.
Daarnaast is de gitaarsound van Kasper erg goed. Het is zichtbaar dat de zanger zijn gitaarpedalen zorgvuldig heeft afgesteld en uitgezocht. Ook de rest van de band mag er zijn. Met name als de zanger aangeeft dat het de eerste avond is dat Jack The Owl speelt met een nieuwe bassist en drummer. Alleen een meer jazzy nummer over de verveling in covidtijden slaat een beetje dood, maar voor de rest zet de band een sterke set neer.