Het gaat al hartstikke goed met de man/vrouw-verhoudingen in de muziekindustrie.... Toch? Niet dus. Uit nieuw onderzoek van BumaStemra blijkt dat er in Nederland véél minder vrouwen zijn die muziek maken dan mannen. Slechts 16 procent van de componisten en tekstschrijvers die bij de auteursrechtenorganisatie is aangesloten is vrouw, zo blijkt. En dan verdienen ze gemiddeld ook nog eens eenderde van wat mannen verdienen. We duiken in de schrijnende resultaten van dat onderzoek. En kijken hoe het dan beter moet.

Het is Frenna menens met zijn ‘Pretty Girls’. Daags na het winnen van de Edison schuift de zanger/rapper met een heel andere pet op aan bij Eva Jinek, namelijk als festivaldirecteur. Zijn 7Fest staat dit jaar ‘in het teken van de vrouw’, zo verklaarde Frenna aan de talkshowtafel. ‘Ik merk dat het voor vrouwen iets moeilijker is. Niet alleen qua artiesten, maar ook qua mensen die in de background werken.’

Je ziet het voornemen ‘ergens voor te staan’ inderdaad terug in de poster, waar onder meer Tems, Uncle Waffles en Nederlandse artiesten als Monica Geuze en Zoë Tauran prominent schitteren. ‘Op festivals worden vrouwen veel minder geboekt’, zegt Frenna. ‘Dus toen dacht ik: joh, laten we dat even omkeren.’ ‘Jij bent er zelf dit jaar niet bij?’, grapt Jinek nog, maar zijn eigen troon blijft natuurlijk onaangetast. 

Het is kennelijk nodig om dat expliciet te zeggen, ook nu we al jaren praten over gelijke kansen voor mannen en vrouwen. De Grammy’s mogen dan allemaal naar vrouwen gaan, de muziekwereld wordt feitelijk nog altijd door mannen gedomineerd. Zodra je erop gaat letten, zijn de voorbeelden overal te zien. Afgelopen week zagen we hoe KI/KI pas als allereerste vrouw ooit een Edison won in de dance-categorie en hoe Elmer sprak in Bar Laat over haar kunst als ‘rare vrouw’ zijnde.

Frenna in 2022 op Lowlands

Schrijnend onderzoek

En dan is er nog het nieuwe onderzoek van auteursrechtenorganisatie BumaStemra over man-vrouwverhoudingen onder de aangesloten muzikanten, componisten en tekstschrijvers. Hoe denk je dat die balans ligt? 60 procent man, 40 procent vrouw? 70 - 30? Nee, slechts 16 procent van de leden van BumaStemra is vrouw. Voor elke vrouw zijn er dik vijf mannen die geld verdienen aan auteursrecht. Het cijfer groeit wel (in 2016 was slechts 13 procent van de leden vrouw), maar het gaat wel tergend traag.

Zo kwamen er meer pijnlijke resultaten uit het onderzoek rollen: vrouwen werken gemiddeld 8 uur per week meer dan mannen, maar mannen verdienen gemiddeld bijna drie keer zoveel uit BumaStemra als vrouwen. 56 procent van de vrouwelijke respondenten heeft het gevoel harder te moeten werken om hun muziek gehoord te krijgen en 45 procent voelt zich ongemakkelijk om hun werk te presenteren. Mannen zijn vaker tevreden met hun huidige arbeidsomstandigheden (68,9%) en werkzaamheden (74%) dan vrouwen (45,6% en 64,7%). En vrouwen hebben vaker (65%) het gevoel dat hun uiterlijk belangrijk is voor hun werk dan mannen (40%). 

Dat roept de vraag op: waarom is er zo weinig vooruitgang en wat moet er gebeuren om echte verandering te realiseren?

Een interessant cijfer uit het onderzoek: 68 procent van de vrouwelijke respondenten ziet de muziekindustrie nog steeds als een ‘mannenwereld’, terwijl dat onder de mannen maar een kwart is. Die ongelijkheid is dus veel minder goed te voelen onder de dominante groep - die ervaart immers de consequenties niet. Eva van Manen (heeft samen met Conchitta Bottse rosetta., platform voor vrouwelijke en gender non-conforming muziekproducers in Nederland) kan dit beamen. ‘Ik ben met rosetta. begonnen omdat bij mijn eigen album mensen constant vroegen: “Maar wie heeft het nou echt geproduceerd?” Er is nog steeds een heersend beeld van een technisch plafond, omdat je heel weinig vrouwelijke representatie ziet in die wereld. Er wordt snel vanuit gegaan dat vrouwen hun eigen gear niet begrijpen – mannelijke technici gaan vaak zonder te vragen aan knopjes draaien. Als je dit aan mannelijke collega’s vertelt, is hun eerste reactie: “Ik zou daar superboos om worden.” Vrouwen zijn het helaas gewend.’

Zichtbaarheid en goede voorbeelden blijken cruciaal. ‘Mensen zijn gewoon gewend aan een bepaald geluid. Dat zie je ook bij vrouwelijke rappers’, vertelt Aafke Romeijn. ‘In de begintijd konden vrouwen alleen doorbreken wanneer ze klonken als mannen, met een lage stem en een stoere uitstraling. Nu verandert dat langzaam. Maar ja, dat heeft wel veertig jaar geduurd.’ Als we meer zien dat vrouwen bepaalde functies vervullen, gaan we dat ook normaler vinden, en zal er meer ruimte ontstaan voor vrouwen in de industrie. Maar dan moet die vicieuze cirkel wel doorbroken worden.

Niet genoeg vrouwelijke artiesten?

In de festivalwereld wordt daar de laatste jaren veel over gesproken en op sommige plekken ook actief naar gehandeld. Steeds meer mensen zijn zich ervan bewust hoe belangrijk de manier is waarop vrouwen worden gerepresenteerd in de maatschappij. De vraag of een vrouwelijke artiest headliner kan zijn op een groot festival, is eigenlijk vergelijkbaar met de vraag of vrouwen even geschikt zijn als mannen voor het ministerschap of een directiefunctie. Het logische antwoord zou ‘ja’ moeten zijn. Toch blijkt het in de praktijk lastiger om vrouwen die kansen te geven – om nog maar te zwijgen over vrouwen van kleur of gender non-conforming mensen. Zijn er simpelweg niet voldoende gekwalificeerde vrouwen?

‘Het blijft heel moeilijk voor sommige festivals om zich te committeren op de manier zoals wij dat doen’, vertelt Robert Meijerink, hoofdprogrammeur van showcasefestival ESNS. Daar is dit gesprek al gaande sinds 2010, zelfs voordat initiatieven als Keychange bestonden. Sinds 2020 werken zij met een strikt 50/50-quotum op het gebied van male/female fronted acts in hun programma. ‘Het is natuurlijk soms ook niet makkelijk. Wij horen geluiden van metalfestivals die nooit op die balans kunnen komen. Maar ik denk dat het gaat om goede intenties. Ik denk dat verandering begint bij bewustwording.’

‘Daar zit een kern van waarheid in. In sommige genres zijn minder vrouwen actief’, vertelt Aafke Romeijn (bestuur BAM! Popauteurs, de belangenvereniging voor auteur-muzikanten). ‘Maar de vraag is: komt dat doordat ze die muziek niet leuk vinden? Of doordat die genres historisch door mannen worden gedomineerd, waardoor vrouwen zich er niet comfortabel in voelen? Metal is geen “mannelijk genre”, net zoals roze geen “vrouwelijke kleur” is. Dat is puur cultureel gecodeerd. Die vrouwen zijn er heus wel, maar zolang ze zich niet comfortabel voelen om zich te laten zien, blijven ze onzichtbaar.’

Wat is er nu meer zichtbaar dan op het podium staan op een groot festival? Bij ESNS gaat het goed, maar als we de female-fronted acts op line-ups turven van grotere festivals als Best Kept Secret, Down The Rabbit Hole en Pinkpop, zijn we ondanks goede intenties nog niet bepaald in balans.

Aafke Romeijn (BAM! Popauteurs)

Het lijkt echter wel de goede kant op te gaan. Zo heeft Pinkpop voor de tweede keer in drie jaar een vrouwelijke headliner - dat was in de eerste veertig jaar van het festival ondenkbaar. Best Kept Secret schuurt al een tijdje tegen die 50/50-verdeling aan en ook DTRH komt daar steeds dichterbij. DGTL lanceert deze week in samenwerking met ABN Amro twee initiatieven die vrouwelijke makers in de elektronische muziek en kunstwereld ondersteunen: de DGTL Academy, een mentorprogramma voor vrouwelijke artiesten, en New Horizons, de eerste zichtbare uiting van deze ambitie op het festival in de vorm van een kunstinstallatie en soundscapes op het festival. Alsof ze willen zeggen: ‘Zijn er niet genoeg vrouwelijke headliners? Prima, dan maken we die toch.’

Toch moeten we terug naar die 16 procent uit het onderzoek van BumaStemra, want die is veelzeggend. We zien meer vrouwen op het podium, maar om hen heen en achter de schermen in de studio worden ze vaak omgeven door mannen, door songwriters, managers, labelmensen, muzikanten. Waarom blijft het blijkbaar zó ingewikkeld? Romeijn: ‘Het is een veelkoppig monster. Het gaat om een cultuuromslag, dat kan je niet van de ene op de andere dag veranderen. Er zijn veel mannen die het probleem zien en er echt iets aan willen doen, maar er zijn ook veel mensen – óók vrouwen – die het allemaal maar gezeik vinden. Mensen zeggen dat misschien niet meer zo hardop, omdat ze weten dat het niet het gewenste antwoord is. Maar ze vinden het nog steeds. Dat idee is heel hardnekkig. En vaak zijn die mensen ook gatekeepers.’

Eva van Manen op Noorderslag 2020

Change of mindset

Dat het aanpakken van dit structurele probleem maar als ‘gezeik’ wordt weggewuifd, zorgt ervoor dat er geen ruimte ontstaat voor een change of mindset, aldus Eva van Manen. ‘Wij leren vrouwen agency te hebben en daadkrachtig hun visie te delen. Vrouwen worden minder serieus genomen. We moeten investeren in nieuwe stemmen, alleen zo ontstaat ontwikkeling.’ Dit blijkt ook uit BumaStemra’s onderzoek: 35 procent van de vrouwen voelt zich niet serieus genomen, terwijl dat bij mannen slechts 16 procent is. 

Aafke Romeijn: ‘Vrouwen denken sneller: “Dat zal ik wel niet kunnen” of “Het zal wel niet goed genoeg zijn.” En als vrouwen wél zelfverzekerd zijn, wordt er vaak lacherig over gedaan. Alsof ze arrogant zijn. Ik denk dat we vrouwelijke professionals nog steeds minder snel serieus nemen—als expert, als muzikant, als belangenbehartiger, als politicus… En ja, vrouwen die zich uitgesproken en zelfverzekerd opstellen, roepen meer haat op. Ook onder elkaar.’ Dat vrouwen minder serieus worden genomen zien we ook terug in de loonkloof: in 2024 verdienden vrouwen 6 procent van de totale inkomsten bij BumaStemra, in 2016 was dit 5 procent. Dat is drie keer zo weinig als mannen. 

Niet alleen verdienen vrouwen minder omdat ze niet serieus worden genomen, het zorgt soms ook voor nare situaties, vertelt van Manen. ‘Ik ken ook veel verhalen dat meiden alleen geholpen werden als ze bijvoorbeeld op schoot bij de producer zouden zitten. Of dat ze wel vrouwen zouden introduceren op een festival ver weg, maar dan moesten ze wel bij hen op de hotelkamer slapen. Of dat er bij samenwerkingen alleen de man wordt aangekeken, terwijl de vrouw de hele productie heeft gedaan.’

Niet gek dus dat 45 procent van de vrouwen zich ongemakkelijk voelt bij het promoten van hun werk, een percentage dat sinds 2017 nauwelijks veranderd is. Slechts 12 procent van de vrouwen gelooft dat de muziekindustrie gelijke kansen biedt, tegenover 38 procent van de mannen. Eva van Manen probeert met rosetta. een safe space voor vrouwen en gender-non conforming personen te creëren, zodat dat ongemak niet in de weg hoeft te staan: ‘Iedereen wil ergens bij horen. Producers die vrouw of non-binair zijn zitten heel vaak alleen op hun eilandje. We staan boven alles denk ik vooral voor een community van v/x producers die elkaar helpen en samenwerken, alle docenten zijn ook v/x, en we hebben veel plezier samen! Ik denk dat dat ook aanstekelijk werkt.’ 

De emancipatie van de muziekindustrie zal dus voornamelijk vanuit een cultuurshift verder uitgebouwd moeten worden. Die (intersectionele!) normalisering gaat niet van de ene op de andere dag. We zien enige vooruitgang, dankzij o.a. quota aan de top en initiatieven die beginnende vrouwelijke muzikanten een steun in de rug bieden. Langzaam maar zeker bewegen we ons naar het streven een afspiegeling van de maatschappij te creëren, gelaagd zoals die is. Eva van Manen: ‘Omdat wij een positieve insteek hebben en vette mensen helpen hun eigen unieke sound te ontwikkelen, reageert eigenlijk iedereen positief. Als mensen zien dat je een community bent en plezier hebt samen en elkaar inspireert, dan willen mensen daar denk ik in mee.'

 

Luister verder naar de aflevering van De Machine hieronder, waarin Paris bij Malou en Atze aanschuift om het te hebben over de genderverhouding in de muziekindustrie.

KI/KI wint als allereerste vrouw een Edison in de dance-categorie

inhoud niet beschikbaar

We kunnen de inhoud van deze embed niet tonen, omdat deze strijdig is met de door jou gekozen cookiesettings.

cookiesettings aanpassen