Het begint vanavond goed. Het begint vanavond geweldig. Foo Fighters weet hoe ze in een keer zestigduizend man bij de lurven moet grijpen. En dat hoeft niet met een klassieker. Nee, de band opent gerust met ‘Run’ van hun laatste plaat, meteen al een signaal dat de band hier niet puur staat op basis van zeroes-nostalgie en oude hits, maar ook anno 2018 nog een van de grootste rockbands ter wereld is die er nog daadwerkelijk toe doet. ‘Run’ is zo’n doorjakkerende dodemansrit die drie metamorfoses doormaakt: een melodieus en emotioneel intro, een loeihard gekrijst couplet met verrassend zweepslag-reggaeton-drumritme (!) en een melancholisch rockend refrein.
Het blokje daarna is al meteen net zo magistraal, en geeft alle context om zelfs de Bruno Mars-fan met een weekendkaartje even te doen herinneren dat Foo Fighters wel wat meer hits op hun naam hebben staan dan mr. Uptown Funk. Woeste rocker ‘All My Life’, post-grunge-popliedje ‘Learn To Fly’ en een uitgesponnen vlammend ‘The Pretender’. Natuurlijk wordt het nummer opgerekt tot een kleine tien minuten, zoals ze dat de vorige keer ook al op Pinkpop deden, en natuurlijk rent Dave Grohl als een dolenthousiaste golden retriever van links naar rechts over de stage, gekke bekken trekkend wanneer hij over die southern rock-riff soleert. ‘I fucking love rock ’n roll music!’, brult hij terwijl hij in een keer vijftig jaar rockmuziek aan elkaar rijgt. Of wij ook een beetje van rock ’n roll houden? Ja, natuurlijk, brult Landgraaf als uit één mond.
Maar ja, hoe moet je na zo’n sterke start verder? Bij ‘Rope’ slopen ze de vaart al volledig uit de show, maar vergeef je Dave nog dat hij zichzelf zoals altijd een beetje overschreeuwt. Je stoort je nog niet zo aan de kickdrum die zo zacht staat, en moet zelfs een beetje lachen tijdens de ellenlange drumsolo waar Grohl een kolderiek dansje op doet. Nog eens een gitaarsolo! Nog eens een drumroffel! Dat het drumpodium van Taylor Hawkins vervolgens ver de lucht in wordt gehesen terwijl er rook uit de bodem komt, dat is zelfs wel cool. Bij veel rockbands zou zo’n overdaad aan rock ’n roll-clichés een beetje vervelend worden, Foo Fighters lijkt dat te beseffen, maar is er zó enthousiast over dat ze er toch mee weg komen. Ja, en ze durven de draak met zichzelf te steken, natuurlijk. ‘We hebben 200 nummers uitgebracht, en we gaan ze ALLEMAAL spelen vanavond. Fuck yeah!'