Toen Arctic Monkeys in 2013 de eerste Best Kept Secret ten doop hield, bevond de band zich op een keerpunt in hun carrière. Eerst waren ze schuchtere puistenkoppen die beter konden spelen dan hun uitstraling kon dragen, maar dat was in een klap verleden tijd. Hier stond een geregisseerde band die een performance wilde neerzetten. Het was hun beste show op Nederlandse bodem, maar wel nog met meer dan de helft liedjes van de eerste twee albums. Inmiddels heeft Arctic Monkeys twee albums uitgebracht die de nieuwe vibe ondersteunen, de nieuwe levensfase. Maar dat betekent ook dat het geliefde vroege werk vanavond wat ongemakkelijk aanvoelt.
De meeste energieke troeven speelt Arctic Monkeys vanavond al vroeg uit. Bijna direct na nieuwe single ‘Four Out Of Five’ volgen klappers ‘Brianstorm’ en ‘I Bet You Look Good On The Dancefloor’, liedjes waarbij je je bier omhoog wilt gooien en je vrienden wilt omhelzen. Maar na de vlammende start gaat het tempo omlaag en zien we de nieuwe band in volle glorie. Alex Turner in een losjes zittend pak, met lang haar, baardje en een grote zonnebril die na een paar nummers soepel in de binnenzak verdwijnt.
Waar Turner ooit de sluwe observeerder in een pub vol biergooiers was, is ie nu de stille Martini-drinker op de hoek van de bar. Waar hij in zijn begindagen songs schreef als snelste revolverheld van de Britpop - een man die sneller schoot dan zijn schaduw - is hij nu de onaantastbaar gangster aan het donkere tafeltje in de hoek, afgeschermd door anderen die het vuile werk opknappen. Daar zit hij, in het Tranquility Base Hotel & Casino, met een stapel fiches voor zijn neus. ‘What do you mean you haven’t seen Bladerunner?,’ snauwt hij. Onbenaderbaar is ie, maar verleiden en verlangen kan hij ook, als hij wil.