Kempi stapt op bij Top Notch

"De situatie waar ik in zit laat mij niet toe om te tekenen"

Erik Zwennes ,

Kempi tekent geen nieuw contract bij het platenmaatschappij Top Notch. Kempi tekende in 2006 bij het label. Hij deed dit vanachter de tralies van het huis van bewaring in Den Bosch. In de tussenliggende jaren groeide de Eindhovenaar uit tot een van de bekendste rappers van Nederland.

“Er is geen haat van mij naar Top Notch of Kees (de Koning, red.) of wat dan ook”, benadrukt Kempi. “De situatie waar ik in zit, persoonlijke problemen enzo, laat mij niet toe om te tekenen. Ik kan me niet binden aan te veel regels die uiteindelijk geen geld gaan opleveren. Top Notch is een goed label voor veel artiesten, maar voor mij zie ik er nu geen meerwaarde in. Ik heb altijd geld kunnen verdienen als Kempi, maar ik heb nooit geld gezien voor de dingen die ik heb gemaakt en heb gedaan. En als Top Notch dat ook niet heeft gedaan, zoals zij zeggen, heeft het geen zin voor ons om door te gaan. Waarom zou ik blijven investeren in iets wat me niets oplevert? Dat heeft geen zin, zeker niet na al het harde werk en de vele projecten die ik heb afgeleverd.”

Kees de Koning van Top Notch reageert verrast op de uitspraken van Kempi, maar zegt dat het ‘niet helemaal uit de lucht komt vallen’. “De afgelopen maanden hebben diverse gesprekken met Kempi plaats gevonden. Het is een zoektocht naar de juiste vorm om verder te gaan. Er is veel wederzijds respect tussen ons. De relatie tussen mij en Kempi voelt door de jaren heen vaker als een vriendschap of een familiegevoel dan als een zakelijke overeenkomst. Niemand riep vaker de naam van mij of het label, hij was als de Al Qaida-strijder van het label. Daardoor is het wel eens moeilijk om samen te werken. Net als in een vriendschap kan het goed zijn om elkaar de ruimte te geven. Het kan goed zijn om even niet samen te werken. De deur staat niet alleen wagenwijd open, maar als hij me mocht bellen, zal ik hem ondersteunen. Voor het aanstaande Doe Maar-project werken we bijvoorbeeld nog gewoon samen.”