Anderson .Paak sluit zegetocht af met homecomingshow NXworries
Hij was de afgelopen dagen werkelijk overal, Anderson .Paak, rapper en zanger uit Oxnard, Californië. Helemaal aan het eind van het lange weekend wordt hij verwacht op zijn thuishonk: Stones Throw Records. Hier had hij vorig jaar nog zijn enige gig van het hele festival. Zij geloofden in hem, de rest van de wereld let nu pas op. Bij Stones Throw bracht Anderson .Paak werk uit samen met dj en producer Knxwledge onder de naam NXworries, en aan het eind van de zaterdagavond staat hun enige show samen gepland. Dat wil zeggen: Andy zit nog in een taxi. Knxwledge baalt ervan of speelt dat ie ervan baalt, en hij geeft de rapper er meteen van langs als ie eindelijk komt. Wat denkt ie wel, de rockster, 19 shows in hetzelfde jasje. Maar Paak laat zich natuurlijk niet uit het veld staan. Hij heeft de glimlach van een onoverwinnelijke. De twee maken er een lekker losse set van, alsof ze op een huisfeestje staan te spelen. De beats zijn smooth en slow, met die typische Stones Throw-coolheid, maar wel net een stukje minder aanstekelijk dan de liedjes waarmee Anderson .Paak SXSW inpakte.
Met welk nummer moet je beginnen? “Zullen we het liedje maar spelen waar iedereen voor komt?”, zegt Knxwledge quasi-chagrijning. Hij bedoelt natuurlijk Suede, single en bekendste nummer van het duo. “If I call you a bitch, that’s cause you’re my bitch.”
Waar wil je dit zien? Wat mij betreft neemt Paak dj Knxwledge mee op tour, ergens als intermezzo in zijn set ofzo. Maar de kans is klein dat dit project nog langer zal leven. "Dit is jouw jaar, Andy, dit is jouw jaar." (Atze de Vrieze)
SXSW16 highlights 12: o.a. Chairlift, CHVRCHES en NxWorries
Anderson .Paak ook heerlijk met NxWorries
De grote winnaar van showcasefestival SXSW is Anderson .Paak, de rapper die werkelijk overal opdook met z’n band. Maar z’n zijproject NxWorries - van producer Knxwledge, met wie hij zijn eerste hit scoorde - was nergens te zien. Tot vandaag, en dat was een heerlijke homecoming show. Verder zagen we de fijne indie-disco van Chairlift en de sterke show van Chvrches.
Chairlift viert de verliefdheid met heerlijke heupwieg-show
“Dit is onze favoriete SXSW-ervaring óóit!”, roept Caroline Polachek van Chairlift. Ze zwiert sierlijk als een balletdanseres over het podium, maar tegelijkertijd met een soort uitgelaten enthousiasme van een meisje dat zich de hele week op school zat te vervelen en nu eindelijk de dansvloer op mag. In Nederland is het nooit echt wat geworden met Chairlift, maar in de VS zijn het echte Pitchfork-darlings. Ze braken in 2008 door toen Bruises onder een wereldwijde iPod-reclame werd gebruikt, en vervolgens werd Polachek omarmd door Beyoncé en Blood Orange, bij wie ze zo nog het podium op zal klimmen. Het recente album Moth is bovendien heel erg leuk, en wordt live nog leuker gebracht: indie-disco en synthpop met lekker glijdende saxofoonlijnen over euforie van verliefdheid, onzekerheid of dat wel wederzijds is en huilen in het openbaar omdat je iemand zo leuk vindt. Niets nieuws onder de zon, zou je zeggen, maar Polachek heeft een prachtige loepzuivere stem die duizelingwekkende hoogtes inschiet en teksten die net wat grappiger zijn dan de meeste indie-pop. En nog belangrijker: ze brengt het met vuur in de ogen waar de jongens én meisjes op de eerste rij als motten door worden aangetrokken. Ze deelt heel wat knipogen en speelse blikken uit, en eerste rij? Die staat al gauw met knikkende knieën toe te kijken terwijl de rijen erachter heerlijk heupwiegen.
Met welk nummer moet je beginnen? Live zijn Moth to the Flame en Polymorphing het meest euforisch, op plaat is Ch-Ching het excentrieke hitje waar ze zo soepel de hoogte in schiet.
Waar wil je dit zien? Op Best Kept Secret of een niet al te grote tent op Lowlands zou je alle hippe meisjes hierop zien dansen. De Bolder van Into The Great Wide Open zou zelfs kunnen veranderen in een dampende club. (Timo Pisart)
Chvrches heeft vlees de botten
Zangeres Lauren Mayberry van CHVRCHES herinnert ons er maar even aan: de vorige keer dat ze hier op de Spin party in Stubb's speelden, in 2013, hadden ze nog niet eens een plaat uit. Het was veelbelovend wat het trio toen liet zien, maar met die wat iele zang toch ook wel een beetje dun. Moet je nu eens luisteren. De Schotten zijn twee albums met pittige synthpop verder en hebben een enorme power gekregen die makkelijk tot achter op het veld rijkt. Mayberry - wangen vol goudglitters - is nog altijd even meisjesachtig: superklein, met een hoog stemmetje, en toch weet ze zich wat groter te maken op het podium. Maar het zijn toch vooral de twee mannen achter haar die Chvrches net even genoeg bite geven. Halverwege lijken de goede liedjes wel even op en gebeurt er wat te weinig op het podium, maar het slot met eerste single The Mother We Share is sterk.
Met welk nummer moet je beginnen? Chvrches heeft behoorlijk was sterke singles, maar het nieuwe Leave A Trace is een goed startpunt.
Waar zou je dit willen zien? Chvrches is een prima middenklassen act voor elk brede popfestival geworden, en dus heeft Lowlands goede zaken gedaan. Kan gerust op het grote Bravo podium. (Atze de Vrieze)
Sunflower Bean kanaliseert That 70s Show
Piepjong zien ze eruit, de drie van Sunflower Bean. Tussen de nummers door proberen ze nog wat onwennig grapjes te maken, maar zodra de psychedische rockband uit Brooklyn eenmaal in de groove zit, zitten ze er ook ECHT in. De gitarist steekt speels z'n tong uit terwijl hij op z'n knieën valt en z'n instrument laat gillen, de bassiste schudt haar hoofd manisch op de beat en de fills van de drummer zijn behoorlijk sick. Ze zien eruit alsof ze rechtstreeks uit That 70s Show zijn komen lopen: hij met spijkerjackie, gekke wijd uitlopende broek en vieze krulletjes, zij met tweedehands jurkje en kortgeschoren koppie, en een drummer met giga-druipsnor, petje en Led Zeppelin-shirt. De gitarist heeft voor de gelegenheid zelfs een mal vintage printje voor zijn versterker geplakt. Als je ze zo hoort spelen, moeten ze vast veel naar acts als Temples en Tame Impala hebben geluisterd, ja en naar The Beatles, natuurlijk. Hun begin februari verschenen debuutalbum is het nog net niet, maar live maken ze het meer dan waar met keihard rockende grooves en een paar aanstekelijke songs.
Met welk nummer moet je beginnen? Prijsnummer Wall Watcher wordt nog wat harder rockend gebracht, flink versnellend en af en toe bijna uit de bocht vliegend. Cool, hoor.
Waar wil je dit zien? Ze stonden dit jaar al in De School en afgelopen editie op Le Guess Who?, maar deze band zou het ook prima doen op het kleinste podium van Best Kept Secret of Down the Rabbit Hole. (Timo Pisart)
Apache sloopt de boel in Hotel Vegas
Je kunt op SXSW van alles vinden, van hiphop tot country tot indiepop, maar een goede techno-avond zul je er niet vinden. Op de een of andere manier past het niet in de vibe van de stad, snappen ze het gewoon niet of zijn er geen goede venues voor. Het fascinerende is dat de garagerockdag van Burger Records in Hotel Vegas in sommige opzichten wel lijkt op een goede clubnacht. De mensen die er op af komen leven garage en psychedelica als lifestyle, ze komen meer voor het evenement dan voor een specifieke band, waardoor het niet zo heel veel uitmaakt wie er nu weer op het podium staat. Begrijp me goed, dat is absoluut niet negatief bedoeld, want de sfeer en muziekbeleving in Hotel Vegas zijn geweldig. Iedere band die hier staat - en dat zijn er meer dan vijftig - deugt, al is er natuurlijk altijd baas boven baas. Om er maar een uit te pikken: Apache, een vijftal uit San Francisco dat vuile, klassieke rock ’n roll met bebloede knokkels spelen. Het is wild en hard, en wordt door meerdere gasten in de microfoon geschreeuwd, er wordt virtuoos gesoleerd, echt alles klopt. Tijdens de laatste seconden hangt de zanger zo over het drumstel dat het gevaarte totaal uit elkaar dondert, terwijl de drummer gewoon doorspeelt. Heerlijk slot, perfecte set.
Met welk nummer moet je beginnen? Wild en rouw, Bloody Knuckles.
Waar zou je dit willen zien? Op een nog op te richten rock ’n roll revu waar de bands elkaar estafette-stijl aflossen.