Pinkpop: de doodenge draaikolk van De Staat

Witch Doctor wéér het hoogtepunt voor Nijmeegse rockband die klaar is voor HMH

Timo Pisart ,

Doodeng en fantastisch is het, om in die alsmaar groter wordende draaikolk van een mensenmassa mee te worden gevoerd tijdens ‘Witch Doctor’. Ook op Pinkpop is het het epische slotstuk van De Staat, met Torre Florim als angstaanjagende duiveluitdrijver in het oog van de storm. Het is de derde én de beste show van De Staat op Pinkpop.

HET CONCERT:
De Staat, Pinkpop Brand Bier Stage, vrijdag 10 juni 2016

DE ACT:
Wat een weg heeft De Staat afgelegd, hè? Zes jaar geleden brachten de mannen uit Nijmegen debuutalbum Wait for Evolution uit, een eigenzinnige rockplaat met gekke gitaarlijntjes en fantastische songs. Rond dat album stonden ze voor het eerst op Pinkpop, met een show waar je gezellig inhaakte met je buurman om uit volle borst The Fantastic Journey of the Underground Man mee te brullen. Hun tweede show in Landgraaf was een wat taaie, als opener van het hoofdpodium, maar wel met die indrukwekkende en memorabele machine op het podium. En nu zijn Torre Florim en de zijnen er weer met vierde album O onder de arm, en wat zijn ze gegroeid. Allereerst die stage-setup: grote op maat gemaakte lichtbakken aan de zijkanten, een giga-LED-scherm met visuals die op zichzelf staand wellicht niet overeind blijven maar de show perfect ondersteunen. Dan weer een O met wolkjes, dan weer een O in zwart-wit, dan weer een O die heen en weer schiet. Ja, die O komt nogal veel terug in de show. Dan het geluid: nog dikker en voller dan voorheen, met grommend lage riffs en die malle synthesizerpartijen van Rocco Hueting, die op dat laatste album nog meer nadruk hebben gekregen. Dan frontman Torre Florim, die meer dan ooit met een vanzelfsprekende bravoure en speelsheid op het podium staat. Wanneer het wat log dreigt te worden - en dat gebeurt nogal eens - houdt hij het behapbaar met gortdroge humor en die komische houterig-funky dansjes. Het is een aardige, grappige gast die je vriendelijk groet als je ‘m in de supermarkt zou tegenkomen. Op het podium heeft ie ook die kanten, maar op de juiste momenten vouwt zijn gezicht zich in een sardonische grijns. Fantastisch hoe hij een Bono-momentje neemt tijdens ‘Help Yourself’: hij pakt een handycam en mikt op zijn duivelse hoofd, dat steeds zweteriger en woester kijkt. Dat hoofd wordt vervolgens gigantisch groot op het scherm achter hem geprojecteerd. ‘You’ve gotta help yourself!

HET NUMMER:
Als nummer is het grappig genoeg ‘Make The Call, Leave It All’ dat het meest opvalt: qua sound juist een van de luchtigere nummers, maar een prettige afwisseling in de set na al die zwaardere en wat lompe riffs. Het heeft een geinig refreintje dat er in kopstem uit wordt geperst en een funky solo.

HET MOMENT:
Dan begint de tijd te dringen: ze lijken nog maar tijd te hebben voor één liedje, en spelen dan Input Source Select, overigens niet als hommage naar de Beastie Boys die zo succesvol werd, maar het wat zwaardere origineel. Zouden ze Witch Doctor overslaan? De fantastische videoclip ging al gauw de wereld over (zelfs Tommy Lee is fan), en iedere show werd een re-enactment van die kolkende mensenmassa. Het zou De Staat vergeven zijn als ze hem hadden geschrapt, bang om in een gimmick te vervallen. Maar ze doen hem toch, na Input Source Select klautert Torre Florim de barrier over en gaat hij in het midden van de tent staan. Na ‘m al die keren op social media langs te zien komen is het onverwacht nóg indrukwekkender om middenin die draaikolk terecht te komen. Voor en achter me beginnen mensen te duwen, brede zweterige gasten van een goeie 2 meter, maar ook kleine meisjes die hier hun festivalontmaagding lijken te beleven. Al gauw kun je bijna niet anders dan je laten meevoeren in die kolkende vleesmassa, hopend dat je niet omvalt (want zou je dan worden vertrappeld?) en het allemaal niet te lang duurt. Doodeng en indrukwekkend tegelijk.

HET PUBLIEK:
Dat is het dampende slotstuk van de show, waar iedereen definitief om gaat, maar al tien minuten voordat de show überhaupt begint is de tent tot de nok toe gevuld. De riff van opener Peptalk wordt al meegebruld alsof het Chelsea Dagger is, of die riff uit Seven Nation Army. En zo wordt nog een handvol nummers ontvangen met het enthousiasme van een stel euforische hooligans.

HET OORDEEL:
Opmerkelijk dat er geen werk van het debuutalbum wordt gespeeld (dat juist vol staat van de meebrullers, waar deze set er goed twee van had kunnen gebruiken) en óók geen 'Devil’s Blood', die ingetogen hit die een toenadering bleek naar het bredere publiek. Zelfs zonder is dit een van de beste festivalshows die De Staat vooralsnog deed. Tijd voor die show in de HMH, dus, ze zijn er helemaal klaar voor. En mogen we daarna dromen van een 'Witch Doctor' in het NEC-stadion?

DE FOTO: