‘Ik deed dat vroeger op school ook,’ zegt Brian D’Addario, de oudste van de twee. ‘Wippen op mijn stoel. Totdat ik nachtmerries kreeg over hoe mijn schedel open barstte.’ ‘Oh ja? Ik heb nooit nachtmerries over hoe mijn schedel open barst,’ zegt zijn broertje. ‘Ik ben banger om bij iemand in de auto te stappen.’ Brian D’Addario is 19 jaar oud, zijn jongere broer Mike 17, en de afgelopen twee jaar werkten ze aan een debuutalbum zoals je dat niet vaak hoort. Ze vangen hun jeugdige energie niet in eenvoudige, energieke popsongs, maar in complexe mini rock-opera’s. Van het psychedelische werk van The Beatles schakelen ze binnen een nummer door naar de gelikte pop van Elton John. Een episch groot refrein a la Queen laten ze zomaar ontsporen zoals de neo-psychies van Foxygen dat zouden doen.
The Lemon Twigs: het onnavolgbare debuut van twee psych-tieners
Talentvolle jonkies in de leer bij Foxygen
‘Stop eens met dat wippen op die stoel, ik hoor hem hier kraken.’ Het is niet moeilijk om te zien wie van de twee broertjes Brian en Mike D’Addario de oudste is en hoe de rolverdeling tussen de twee ligt. Samen vormen ze The Lemon Twigs, een onnavolgbare indieband die deze week debuteert onder de vleugels van het al even onnavolgbare Foxygen.
Avondklassen
Foxygen, die naam valt natuurlijk niet zomaar tussen die grote iconen van weleer. De band rond de verknipte leiders Jonathan Rado en Sam France leidde een grillig en onnavolgbaar bestaan. In 2013 braken de Californiërs een soort van door met het album Where Are The 21st Century Ambassadors Of Peace & Magic, de bijbehorende shows waren nogal chaotisch. Daarna volgde een conceptalbum rond de fictieve band Star Power, waarna ze in rook leken op te gaan. ‘Maar ze hadden alleen maar aangekondigd dat het de laatste tour van Star Power was. Ze bestaan gewoon nog, maar ze houden het graag vaag.’
De twee piepjonge muzikanten zochten in eerste instantie via Twitter contact met Jonathan Rado, en die beantwoordde dat gretig. ‘We hebben een keer met hem afgesproken in New York toen hij net op het punt stond terug naar de Westkust terug te verhuizen. We hebben samen gegeten, twee uur over muziek gepraat en aan het eind van die ontmoeting vroeg ie of ie ons mocht produceren.’ Daar twijfelde de band geen moment over. Mike spijbelde er zelfs zoveel voor van school dat hij min of meer gedwongen werd avondklassen te gaan volgen. Brian: ‘We hebben twaalf dagen met Rado in de studio gezeten. Toen ik daarna thuis kwam, dacht ik bij mezelf: dit is het mooiste dat ik ooit heb meegemaakt.’
Heavy metal matje
Samen met Rado vingen ze een collectie liedjes met de wortels in de jaren zestig die werkelijk alle kanten op schieten. The Lemon Twigs heeft een stevige les in klassieke popmuziek gehad, dat hoor je wel. Van huis uit. Brian gaat staan en rekt zich uit. ’Mijn vader zei altijd: hier staan The Beatles’, hij verplaatst zijn hand naar zijn middel. ‘Hier staan ergens The Beach Boys, en de rest zit ergens daar onder.’ ‘En Procol Harum,’ zegt Mike. ‘Dat waren de drie originals.’ Brian: ’Onze vader verdiende zijn brood als muzikant. Met zijn eigen muziek lukte het nooit echt, maar hij toerde onder andere met Tommy Makem and the Clancy Brothers, een Ierse folkmuzikant die flink wat invloed had.’ Hij onderbreekt zijn uitleg en roept: ‘Mike, pas nou op met die stoel!’ Dan gebeurt natuurlijk het onvermijdelijke: Mike tuimelt achterover in het hoge gras. Hij strijkt het 80s heavy metal matje in zijn nek recht en zegt: ‘Zie je wel, ze hebben hier in Amsterdam heerlijk zacht gras.’
Brian vertelt verder. Over hoe de twee muziek begonnen te maken zodra ze oud genoeg waren om een instrument vast te houden. Dat hij zich niet kan herinneren zijn broertje muzikaal bij de hand genomen te hebben. ‘Maar ik weet wel dat ik hem opdrong wie zijn favoriete Beatle was. Hij zei: mijn favoriet is John. Ik: nee, nee, nee, jouw favoriet is Ringo.’ Mike: ’Klopt, hij wilde per se dat ik Ringo koos, die van hem was Paul. In die tijd drumde ik alleen maar, terwijl hij alle instrumenten tegelijk leerde. Ik was gewoon lui, denk ik. Nu wisselen we de hele tijd van instrument, ook op het podium.’ Op het podium gaat dat uitgroeien tot de grote kracht van The Lemon Twigs; de twee broertjes razen als een wervelwind over het toneel, niet vast te pinnen. Het is ook de achilleshiel van hun debuutplaat, en dat weten de jongens zelf ook wel. ‘Keuzes maken vinden we moeilijk. Vooral Brian kan dat niet. Hij overziet alle opties en kan niet kiezen. Als hij in een nummer drie keer voor dezelfde keuze komt te staan, doet hij drie keer iets anders.’
Dan begint Mike aan een typische anekdote over zijn grote broer: ‘Ik heb een keer in een flesje Vitamin Water geplast en het aan hem gegeven met de mededeling dat het een nieuwe smaak was. Ik zei: heerlijk, moet je proberen. Het was pisgeel, maar die stommeling trapte er gewoon in en nam een slok. Ik kon het niet geloven. Brian is een goeie gast, hij is respectvol en aardig, maar hij kan ook ongelofelijk naïef zijn.’ En wat deed Brian terug? ‘Niets, ik deed niets terug.’ ‘En ook dat is Brian, zo typisch!’