Het is echt zo. De dj hoort nog steeds niet op de headliner-spot thuis. Als je de line-ups van de belangrijkste popfestivals op naslaat, zul je het zien. Op Pinkpop sloot nog nooit een dj het hoofdpodium af, op de jonge festivals als Down The Rabbit Hole en Best Kept Secret ook niet. En zelfs Lowlands, een festival dat vanaf het begin de dancecultuur omarmd heeft, zet niet zomaar een dj neer op het hoofdpodium. Sterker nog: in de hele programmering van de hoofdpodia is het aantal dj’s op 1 hand te tellen, ook niet op vroegere spots. Lowlands boekte twee keer Skrillex (2012 en 2014) en Major Lazer, allebei dj-sets vermomd als live-act, met overwegend eigen werk, aangekleed met grote producties dan wel meerdere groepsleden.
Dansend het weekend uit
Maar is een dj echt niet geschikt als headliner? Het antwoord op die vraag zou simpel kunnen zijn: natuurlijk wel! Kijk maar naar dance-festivals als MysteryLand, Dekmantel of Awakenings, waar het doodnormaal is. De angst voor de dj, zit die nu bij het ‘rockpubliek’, of bij de programmeurs van de alternatieve festivals? 'Om eerlijk te zijn waren we ons niet bewust dat het zo uniek is', zegt Roel Coppen programmeur bij Best Kept Secret. 'We weten wel dat het een gokje is, maar in de balans van het festival voelt het goed. Editors bijvoorbeeld is een grote rockband, maar wel een waarvan je weet wat je kunt verwachten. Bij Jamie XX weet je dat niet. En waarom zou je niet dansend het weekend uit gaan?'
Jamie XX op BKS16: een dj als headliner, kan dat wel?
Breekt de Brit de ban?
Een dj als headliner op een alternatief popfestival, dat is een unicum. Het gebeurde maar een handvol keren, en doorgaans zijn het dan ook nog eens dj’s die zich vermommen als live-act. Maar Best Kept Secret durft het aan, zo zagen we vandaag in het blokkenschema: Jamie XX sluit zondagavond het grootste podium van het festival af, en hij gaat, nou ja, plaatjes draaien dus.
Gedanst wordt er natuurlijk wel op alternatieve popfestivals, maar er wordt wel een vrij principieel verschil gemaakt tussen dj-sets en livesets. Een groep of producer die live optreedt, speelt doorgaans alleen eigen werk. Daarbij maakt het voor de kwalificatie ‘live’ niet zoveel uit of hij dat doet met een hele band, met alleen een laptop, of met een combinatie van vooraf vastgelegde elementen en live instrumenten. Dat we in veel gevallen niet precies kunnen zien wat nu precies echt live is, en wat pre-recorded, dat maakt geen wezenlijk verschil. Bij vrijwel elke live dance-act zijn elementen vooraf vastgelegd. Dat moet ook wel, omdat het complexe, gelaagde muziek is die niet door vier muzikanten met losse instrumenten wordt ingespeeld, maar doorgaans door een persoon in een computer geprogrammeerd. Een dance live-act, zo kunnen we uit de historie opmaken, kan in principe dienst doen als headliner op een festival. Grote voorbeelden zijn acts als The Chemical Brothers, Faithless, Lamb, Disclosure en The Prodigy.
Functionele muziek
Hoe meer het er ‘live’ uitziet, hoe beter een act past binnen de rocktraditie. Daar wordt live spelen gezien als de perfecte manier om muziek tot leven te brengen. Het is een strategie om het hoogste doel te bereiken: gezien worden als een authentieke kunstenaar, een muzikant van vlees en bloed die zichzelf bloot geeft. Maar met elektronische muziek is iets geks aan de hand. House of techno - of het nu live is of niet - is in de meeste gevallen helemaal geen duidelijk herkenbare vorm van persoonlijke expressie. Er is geen zanger die zingt over zijn persoonlijke beslommeringen. Het is functionele muziek, bedoeld om op te dansen. Natuurlijk, daar komt ook emotie bij kijken, maar op een andere manier. En hoewel achter veel dj’s en producers wel degelijk interessante mensen met levensverhalen schuil gaan, is kennis daarover helemaal niet noodzakelijk om van een goede set te genieten. Niet voor niets zie je juist in de elektronische muziek relatief veel artiesten die anoniem blijven of zich verschuilen achter maskers.
Authentieke expressie of niet, het live element wordt vanuit rockperspectief duidelijk hoger gewaardeerd dan het ambacht van de dj. En dat is eigenlijk best gek. Het zijn namelijk allebei volwaardige manieren om elektronische muziek uit te voeren. De dj-pioniers eind jaren zeventig, begin jaren tachtig, ontwikkelden een volstrekt eigen manier van muziekbeleving door platen aan elkaar te mixen. Non stop dansen, precies wat je wilt bij dansbare muziek. Het heeft een begin en een einde - noem het een verhaal, als je wilt - dat vaak zelfs verder gaat dan een enkele dj-set, maar zich uitstrekt over een hele dag/nacht. Maar ook 25 jaar na het ontstaan van de house zijn er nog steeds mensen die daar moeite mee hebben. Neem bijvoorbeeld de manier waarop Volkskrant recensent Menno Pot schrijft over Caribou, een goede vriend van Jamie XX die zijn muziek vertolkt met een verrassend ‘traditionele’ bandformatie. Dat wordt gewaardeerd.
Eitje bakken
“Als maker van elektronische popmuziek zou Dan Snaith, de Canadees die schuilgaat achter de naam Caribou, zich heel wat makkelijker van zijn optredens af kunnen maken: boetseer thuis een liveset met behulp van een sequencer en je kunt je op het podium beperken tot een druk op de 'play'-knop en een hoop gezwaai met je armen. Maar dat wil Snaith dus niet. Caribou maakt elektronische pop (folktronica, garage, house, disco, hiphop; je vindt slierten van al die genres terug op de vier albums die hij tot dusver uitbracht als Caribou), maar gaat op tournee als een vierkoppige liveband, die zondag de uitverkochte Amsterdamse Melkweg aandeed: er was een echte bassist, af en toe een elektrische gitaar, en livepercussie van Brad Weber en Snaith zelf. Ze stonden op het podium tegenover elkaar en vochten soms meeslepende percussieduels uit, met stokjes slaand op drumapparaten. Wat je bij Caribou hoort, is allemaal 'echt': het is elektronisch, maar ter plekke door mensenhanden gestuurd. Met alle imperfectie van dien.”
Caribou is echt, en niet ‘mechanisch’, lees je hier. Er stroomt mensenbloed in. En dat is een compliment waard. Je zou er haast om lachen, als het niet zo treurig was. Al sinds de robots van Kraftwerk weten we immers dat het mechanische van elektronische muziek ook juist de kracht kan zijn. Ook een groot probleem voor velen: anders dan bij een noest spelende bassist of een wild om zich heen slaande drummer kun je bij een dj vaak niet zien wat ie nu eigenlijk doet. Hester Carvalho in NRC over de afscheidstournee van Swedish House Mafia in Ziggo Dome. “Steve Angello, Sebastian Ingrosso en Axwell stonden een paar meter boven het podium in hun immense, met projecties opgesierde decor en zwaaiden af en toe naar het publiek. Ze zingen niet – ook op hun platen gebruiken ze geleende vocalen – en spelen geen instrument. Je zou kunnen denken dat de drie daarboven wat aan knoppen zwiepten en tracks instartten. Maar of er iets muzikaals verricht werd, viel niet te bepalen. Misschien stonden ze wel Wordfeud te spelen, of een eitje te bakken.” In het Volkskrant-interview met Polynation begin dit jaar staat het woord ‘live’ maar liefst 17 keer, zo blij is interviewer Robert van Gijssel met de ‘waarachtige instrumenten’ die het Amsterdam duo gebruikt. “En dus echt live.”
Hegemonie doorbreken
Maar dat is niet wat Jamie XX komt doen. Hij is overduidelijk een dj uit de alternatieve hoek - in het verleden geboekt op o.a. Dekmantel en Pitch, vrienden met Four Tet en Floating Points - en bracht afgelopen jaar een album dat het heel goed deed bij de critici. Maar hij manifesteert zich als een mainstream producer zoals we die kennen uit de EDM. Het zijn artiesten als Skrillex, Avicii en Swedish House Mafia die zich laten boeken voor eigen headline shows in zalen als de HMH en Ziggo Dome, waar ze vervolgens hun hits draaien, vermengd met werk van anderen. Jamie XX deed dat ook in Paradiso: waar alle dj’s in zijn segment zich laten inpassen in een clubnacht of een overvolle dag op een festival, stond hij gewoon vrolijk in zijn eentje om half negen - een concerttijdstip - in Paradiso. Verwarrend, te meer daar Paradiso de show in eerste instantie aankondigde als ‘Jamie XX live’, en hij rond die tijd op tv ook een keer daadwerkelijk met band solowerk vertolkte - nota bene met de drummer van Warpaint en Four Tet - maar kennelijk is dat toch niet bevallen. Eerlijk is eerlijk: het oogde inderdaad stroef.
En ja, er klonk dus wat gemopper in Paradiso, maar Jamie XX houdt zijn koers vast en lijkt daarmee vooral succes te oogsten. Zijn dj-set bestaat doorgaans uit relatief veel eigen tracks, afgewisseld met bijvoorbeeld een original van tracks die hij samplede en gewoon goede tracks van anderen. Het lijkt er dus op dat de boekingsagent van Jamie XX nu doelbewust de strategie heeft ingezet om de hegemonie van de rockband op het hoofdpodium te doorbreken.
Dat zal niet zonder slag of stoot gaan. Vorig jaar op Coachella riep Jamie XX in Amerika nog discussie op. Hij draaide daar in zijn dj-set het nummer Let It Happen van Tame Impala, min of meer in zijn geheel. Mits goed getimed een briljante zet, we zagen het meer dj’s doen. Maar op Reddit ontstond een discussie, aangezwengeld door mensen die het echt niet vonden kunnen. Een muziekredacteur van The Wall Street Journal sloot zich aan bij die stelling, waarop een Pitchfork-schrijver het voor Jamie XX opnam. Jamie XX gaat het gewoon doen, op Best Kept Secret. Niet in een piramide of een ruimteschip of met twerkende danseressen. Nee, een tafel met platenspelers en een bak vinyl, that’s it. En dat is meer dan genoeg.