3voor12 bespreekt Album van de Week (29): Michael Kiwanuka

DangerMouse brengt Britse soul-folkie op spannender terrein

Atze de Vrieze ,

Vier jaar na zijn succesvolle debuut is de Engelse soul-folkie Michael Kiwanuka terug. Hij sloot een pact met producer DangerMouse, en samen maakten ze een spannender tweede album.

Ruim vijf minuten is Cold Little Heart - het openingsnummer van Michael Kiwanuka’s tweede album - al bezig als we hem voor het eerst horen zingen. Vijf minuten waarin we al heen en weer geslingerd zijn van Pink Floyd’s gestileerde progressieve rock van halverwege de jaren zeventig naar Isaac Hayes decadente georkestreerde soul en terug naar breekbare Engelse folk. Je moet van goede huize komen om daar als zanger nog tussen te komen, maar dat komt Kiwanuka: zijn stem snijdt als een mes door de hot buttered soul.

Love & Hate is weer eens een typische DangerMouse productie. De man die eerder al o.a. The Black Keys, Broken Bells en recent Red Hot Chili Peppers zegende met zijn karakteristieke verzorgde geluid, drukt opnieuw zijn stempel. Nog duidelijker doet hij dat op het nummer One More Night. Met een droge drum en een fluffig basgeluid is het DangerMouse stempel vanaf de eerste noten herkenbaar. Het lichte orgelgeluid en de fuzzy gitaar passen precies binnen het plaatje dat we van hem kennen. Alle afzonderlijke elementen de ruimte geven en in alle subtiliteit heldere, uitgesproken accenten zetten, dat is de truc.

Kiwanuka is een ideale partner voor DangerMouse. Zijn producties werken het best bij artiesten die weliswaar hinten naar psychedelische popmuziek, maar dan zonder de lange vieze haren en ongezonde acid-trips. Hij zoekt een soort natuurlijk midden: rauwe muziek stroomlijnt hij, brave muziek geeft hij een rafelig randje. Kiwanuka hoort duidelijk in die laatste categorie. Zijn debuutalbum Home Again belandde vooraan in de catalogus van ieder woonprogramma, en het was zo’n album dat je tijdens ieder vriendendiner op kon zetten zonder iemand te irriteren. Daarmee haalde Kiwanuka niet alles uit zijn capaciteiten, want hij is een begaafde zanger met een overduidelijke voorliefde voor psychedelische soul en folk, maar het ontbrak hem tot nu toe aan lef. Dat lef toont ie in elk geval al met die bijzonder fraaie vijf openingsminuten op deze opvolger, maar ook met eerste single Black Man In A White World. 

Muzikaal combineert het allerlei vormen van zwarte muziek: het begint al met de handslags en vocale harmonie zoals we die kennen uit de oude Amerikaanse ‘negro spirituals’, om vervolgens over te gaan in een afrobeatritme. Kiwanuka omschrijft er de zoektocht naar zijn identiteit, als individu in de maatschappij, maar zeker ook als zwart individu tegenover een blanke meerderheid. ‘I'm in love but I'm still sad, I’ve found peace but I'm not glad,’ zingt hij, een vergeefse zoektocht naar innerlijke rust die het hele album terugkeert. En even later: ‘And I've lost everything I had, and I'm not angry and I'm not mad.’ 

Heel voorzichtig maar raakt Kiwanuka aan de wereld op grote schaal, vaker houdt hij het dicht bij huis. Veel nummers gaan ogenschijnlijk over relaties en op de loer liggende somberheid. Kiwanuka stelt meer vragen dan dat ie antwoorden geeft. In Rule The World: ‘Do I have to rule the world? Or will it come to me? Do I have to live in doubt Or will it turn to me? Do I have to lose my mind?’ Hij blijft een tobber, die Kiwanuka, die je rust waar hij van droomt in zijn grote hitsingle Home Again wel gunt. En toch levert dit een muzikaal een veel spannender album op dan dat debuut was. Zo zie je maar, thuis is waar het hart is, maar wie op zoektocht gaat, stuit op meer bijzonders.