“Ik pendel een beetje heen en weer tussen Nederland en Antwerpen”, zegt Rebergen. “Ik ben er graag, en bovendien heb ik tegenwoordig twee Belgische bandleden, Tom (Pintens, Zita Swoon, red.) en Tijs (Delbeke, Sir Yes Sir, red.). Het was niet zo dat ik het gezien had in Nederland, ik volgde alles wel hoor. Maar het leek me toch goed om alles eens van een afstandje te bekijken. Ik voel me thuis in België, en over het algemeen is het goed om af en toe eens helemaal opnieuw te beginnen. De muziekscene is klein, iedereen kent elkaar en komt bij elkaar spelen.”
De nieuwe plaat van Roosbeef komt niet uit bij het Nederlandse Excelsior, zoals haar vorige platen Ze willen wel je hond aaien maar niet met je praten en Omdat ik dat wil. Niets persoonlijks, maar een “zakelijke beslissing”, zegt Rebergen, die het nieuwe album uitbrengt op haar eigen label Buffel. Wacht even, Buffel? Inderdaad, niet op BERT - vernoemd naar Rebergens hond die sinds een heldhaftige show met De Speeldoos op ITGWO enige beroemdheid geniet - maar op Buffel, vernoemd naar haar kat. “Het logo is overigens wel hetzelfde gebleven. Hij zal nu wel in een identiteitscrisis zitten.”
De plaat komt dus uit op Buffel, maar dat verklaart nog altijd niet die titel. Kalf? “Het was eerst al de titel van de plaat, het titelnummer heb ik pas later zo genoemd. Ik vond het een mooi woord, al is het in België wel nog meer een scheldwoord dan in Nederland. Het slaat mooi op de teksten: eigenlijk noem ik mezelf een kalf, met een knipoog natuurlijk. De enige twijfel die ik had, is dat het te veel met vlees geassocieerd zou worden. Maar zelf denk ik bij een kalf toch vooral aan iets levends. In ‘Amerika’ zing ik over kalveren die voor het eerst in hun even naar buiten mogen, dat is zo mooi om te zien. Zo gelukkig kan ik mijzelf soms ook voelen.”
Toch heeft het titelnummer een bittere ondertoon – ‘Goddomme blijf bij mij’, zingt ze verbeten. “De tekst is helemaal niet zo vrolijk, als je goed luistert. Het gaat erover dat je van alles wilt, maar dat het niet altijd kan. In veel nummers komt dat denk ik terug, de teksten gaan vaak over liefde waarmee het niet goed komt.” Eigenlijk wilde Roosbeef een hele harde plaat maken, “maar dat is totaal mislukt.” In plaats daarvan is het een plaat die gekenmerkt wordt door “openheid”, die je ook live terug hoort omdat Roosbeef tegenwoordig uit vier bandleden bestaat. Gitarist Reinier van der Haak verliet de band vorig jaar na tien jaar trouwe dienst.
Het eerste liedje op de plaat heet Amerika, het land dat het nieuwe open geluid inspireerde – ‘de grootsheid die ons kleiner maakt’ zingt ze in het nummer. “Ik heb het gevoel dat dat voor het grootste deel gelukt is, er staat niets overbodigs op de plaat. Elke klank heeft een bedoeling. Ik ben in de VS geweest, en wilde dat het album klonk zoals de natuur er daar uitziet: weids en groots, met ruimte voor stilte. De teksten en de muziek moeten elkaar versterken.”
In de nieuwe bezetting speelt de band komend weekend op Grasnapolsky. “Twee weken geleden hebben we twee volle dagen gerepeteerd, vanavond doen we een try-out in Bibelot, Dordrecht. We gaan vooral nieuwe liedjes spelen. Ook is het album al te koop op Grasnapolsky, een week voor de release.” Ondanks de wat rustiger plaat wordt het optreden absoluut geen “luisterconcert”, zegt Rebergen. “Het wordt niet zo rustig als op de plaat, de kleinste liedjes laten we weg. Het gaat een trip worden, jazeker.”
Kalf komt 13-2 uit via Buffel Records en streamt tijdelijk op de Luisterpaal. Roosbeef speelt zondag om 17.35 op Grasnapolsky en de tour start 18-2 in Paradiso (uitverkocht).
Roosbeef: “Ik wilde alles van een afstandje bekijken”
Derde album uit op eigen label, komend weekend Grasnapolsky
Roosbeef is terug met een nieuwe plaat, met een verrassend korte titel. Niet iets als ‘Ze willen wel met je hond aaien maar niet met je praten’, deze keer is het simpelweg ‘Kalf’. Komend weekend speelt Roosbeef in een nieuwe bezetting op Grasnapolsky, inclusief twee Belgische bandleden en zelf woont Roos Rebergen sinds twee jaar ook in Antwerpen. Tijd om eens bij te praten. “In België is Kalf nog meer een scheldwoord dan in Nederland. Eigenlijk noem ik mezelf een kalf, met een knipoog natuurlijk.”