LGW15: Faust weet na al die jaren nog steeds te ontregelen

‘Applause for the knitting ladies!’

Tekst: Sjoerd Huismans, foto's: Sjoerd Huismans & Eric Duijvestijn ,

Waar Faust ze vandaan heeft is de vraag. Is het een vast onderdeel van de tegenwoordige show? Of zijn het gewoon een paar lokale Utrechtse studentes? Wat in elk geval vaststaat is dat de Duitse krautrockpioniers alleen al weten te verwarren door drie breiende dames pontificaal vooraan op het podium te zetten.

Net als Julia Holter eerder op de avond begint ook de legendarische Duitse krautrockband Faust het concert met een steunbetuiging aan Parijs. Maar wel net even een andere: in het eerste stuk ‘Paris’ schrikt het publiek massaal op van de eerste keiharde kickdrum, waarna bassist/frontman Jean Hervé Peron in schijnbaar willekeurige volgorde namen van dictators begint te schreeuwen: ‘MAO ZEDONG!’ ‘ADOLF HITLER!’ ‘JOSEF STALIN!’ om daarna in één moeite door hetzelfde te doen met verschillende soorten salades. Later is Peron duidelijker in zijn engagement: ‘C'est le ton de la resistance! Crieons! Chantons! Jouons!’, is wat we moeten doen.
 
Zelf houdt hij zich graag aan dat credo. De toon is gezet als Peron applaus vraagt voor de ‘knitting ladies’. Jawel: vooraan het podium zitten drie dames – ze zien eruit als studentes – vooralsnog zonder aanwijsbare reden stoïcijns te breien. Ach ja, vergeleken met de naaktschildersessies die ze in het verleden wel eens live deden, is het nog best degelijk. In combinatie met de militaire marsritmes van Werner "Zappi" Diermaier (het enige bandlid dat het hele bestaan heeft meegemaakt en op alle meer dan 30 albums heeft meegespeeld) klinken oudjes als ‘Mamie Is Blue’ live zeker nog overtuigend, terwijl de zware baslijnen in nieuwe songs als ‘Sur Le Ventre’ er prima tussen passen.
 

Vooral Peron, sinds 2004 weer herenigd met Diermaier, trekt alle aandacht naar zich toe: met improvisaties op vervormde blaasinstrumenten, meertalige zang, groovende baspartijen en naargeestige vocale samples bepaalt hij het geluid. Die samples zijn overigens lekker overzichtelijk genummerd op zijn laptopscherm, zodat een groepje bezoekers voorin zich waagt aan letterlijke verzoeknummertjes. Er zitten allerlei goede details in de sound: als Peron een akoestisch nummer speelt bootst een ander bandlid de ruis van een stoffige oude plaat na met een stuk plastic.

En dan zet Peron halverwege het concert zijn rol als maniakale professor pas echt goed neer. Hij pakt de microfoon in zijn hand, loopt heen en weer over het podium en zweept het publiek op, terwijl de rest van de band inmiddels bezig is om met gasflessen, ijzeren staven en andere percussie de nog altijd onbewogen knitting ladies het zo moeilijk mogelijk te maken. Ze geven nog altijd geen kik. De ijzeren staaf valt bijna op de voorste rij, het optreden is al een kwartier uitgelopen, maar het deert niet. Een rommeltje was het absoluut, maar Faust is hier anderhalf uur lang zo ontregelend bezig dat het nauwelijks gedateerd aanvoelt. Behalve dan toch die drie breiende dames misschien, die zichtbaar opgelucht zijn dat het afgelopen is en overladen worden met bedankjes van Faust.