Seksloos hossen op Oliver Heldens

Deephouse zonder diepte, en eigenlijk ook met maar een beetje house

Ralph-Hermen Huiskamp ,

Het gaat al jaren goed met Nederlandse DJ's in de DJ Mag top 100. Naast alle grote namen in de top tien, zijn er ook behoorlijk wat die daar buiten, maar nog steeds hoog eindigen. Vorig jaar kwam daar een nieuwe naam bij, Oliver Heldens kwam binnen op 34. Niet gek na een paar hits die onder andere in Engeland in de top 5 van de hitlijsten eindigden. Vanavond staat hij als headliner geboekt op zijn eigen Heldeep avond in een uitverkocht Paradiso

Zoals dat gaat bij labelavonden draait de grote man van het label niet als eerste. Ook vanavond mogen er eerst drie wat kleinere jongens Paradiso warm draaien. Curbi bijt het spits af, Sam Feldt (die van de I Am Oak remix) vervolgt, en als laatste de taak aan Watermat om de fists los te pumpen, en de shuffle-spieren los te krijgen. Je merkt aan alles dat zijn set eigenlijk al als headline-set is opgebouwd. Het laatste kwartier werkt toe naar zo'n climax dat je automatisch al naar de confetti-kanonnen aan de zijkant kijkt. Helaas, die zijn natuurlijk niet voor hem neergezet. Dan moet hij maar zijn eigen label beginnen. 

Daverende start
Klokslag 1.00 uur valt de muziek stil. Watermat ontvangt het applaus, en stapt snel van het podium af. Een bombastisch intro bouwt de spanning op. Achter elk van de zes raamvormige LED-schermen die achter de booth staan opgesteld staat een mannetje. Precies in de drop worden de schermen naar achter geschoven en spuiten de confetti-kanonnen heel Paradiso vol slierten. "Helloooo Amsterdam!" Oliver Heldens springt van achter een van de schermen vandaan, zo de booth in. 

Het knallende startschot tovert Paradiso in een keer om in een voetbalstadion. Of in dat feestcafé, waar je als je nuchter bent altijd lacherig over doet, maar waar je als je weer eens verloren hebt van de fles altijd staat te blèren aan de toog. Verdomme, je hoopte toch zo daar niet terecht te komen. Heldens verpakt zijn feestcafé-house slim. Zo af en toe laat hij een track wat langer doorlopen, zodat het even echt house lijkt te zijn. Hij strooit ook gerust wat snippets van klassiekers. Sweet Dreams, You’re No Good For Me, King of My Castle, Move Your Body. Bij die laatste draait hij zelfs meer dan een paar seconden, en meteen krijg je het gevoel toch weer even op een dansavond te zijn.

Noodgrepen
Want dat is het probleem van de stijl van Heldens. Hoe slim hij ook strooit met nummers met een clubgeschiedenis, het gaat uiteindelijk telkens weer om de drop en de climaxen. Terwijl meisjes op de schouders van hun vriendje klimmen om selfies te maken, grijpen de mannen elke kans aan om ‘heeeee, hoooo’ mee te roepen. En als het echt een hoogtepunt is, grijpen hele vriendengroepen elkaar bij de schouders, om dan als een blok door de zaal te hossen. De dood voor elk feest waar mensen komen om te dansen. Perfect voor tribunes of feestcafés.

Die snippets van klassiekers voelen dan ook als noodgrepen, of trucs om tussen de drops nog wat herkenning en meezingbaarheid mee te geven. Qua productie rammelt het ook. Je ziet de mannen die de LED-schermen op sleutelmomenten moeten verschuiven overleggen, en net ongelijk de bewegingen inzetten. Bij het slot neemt de stagemanager het even over van de man die het confetti-kanon bedient. Hij stond blijkbaar op de verkeerde plek. Hetzelfde geldt voor de balletdansers die het grootste deel van de show achter op het podium een rommelige choreografie dansen. Ongelijk, kitscherig. Bij Shades of Grey lijkt het nog een hele mislukte manier om de avond iets sensueels mee te geven. Goed idee, maar het werkt niet echt. Veel sekslozer dan dit gaat een houseavond niet worden.

Het enige echte hoogtepunt is een onverwachte. Halverwege de avond slingert Heldens Renegade Master op, gemixt met zijn Bunnydance. Hij springt vanuit de booth het podium op, alle spots worden op hem gericht. Hij zet zijn beste konijnendans in. Eindelijk spat er iets van plezier en losheid van het podium af.