3voor12 bespreekt Award-genomineerde: De Staat

I_Con is een loodzwaar gevecht met duivels en andere ongure types

Atze de Vrieze ,

Jarenlang zat in het hoofd van Torre Florim een album, als een standbeeld in een blok steen. Hij hoefde alle het er alleen maar uit te hakken, langzaam en op ambachtelijke wijze. Wait For Evolution, heette het indrukwekkende debuut van De Staat, dat de band al snel naar alle zalen festivals van ons land bracht. Evolutie maakt de band inderdaad door, richting het derde album I_Con, een loodzwaar gevecht met duivels en andere ongure types.

Wie De Staat wel eens op het podium heeft gezien - en wie heeft dat niet, de band speelde overal - moet opgevallen zijn dat Torre Florim speelt als een machoman. Dat vraagt de zware, mannelijke rock misschien wel van hem, maar Florim is geen cockrocker, geen player. Achter zijn wat afstandelijke pose, die stuurse blik het publiek in, schuilt eerder een soort cynisme. Florim heeft iets met de donkere kant van het menselijk ras, en het lijkt soms wel alsof hij er naar speurt bij zijn toehoorders.

Op het tweede album Machinery dompelde hij zich onder in een rituele slachting en in het brein van een seriemoordenaar, ook I_Con barst van de twijfelachtige figuren. Kwakzalvers, uitsmijters, junks, talentenjagers en duivels, zegt Florim zelf. Wie wie is, valt niet altijd makkelijk te herleiden, maar we treffen in Witch Doctor onmiskenbaar een kruidenmagiër, iemand die met magische trucs alle problemen op probeert te lossen. Natuurlijk tegen een angstaanjagende prijs: "While I make rain, I'm a corpse eating vulture."

Het is Torre Florims bilk op de zaken ten voeten uit. Voortdurend probeert hij mechanismen te ontrafelen, met een sterke focus op dwangmatig gedrag en valse iconen. In Build That, Buy That zoomt hij in op de eindeloze cirkel van koopzucht waarin onze maatschappij gevangen is. "Hello money, hello bank / Buy me shelter, be my friend / I will borrow, you will lend / I need a finger, but I want a hand / Would you be my church, save my soul / To all this stuff I won't say no." Florim mag dan niet de meest poëtisch begaafde songschrijver van het land zijn, er zijn weinig muzikanten die zo nadrukkelijk als hij iets proberen te zeggen over de wereld. Apathie is zijn wapen, in openingssong All Is Dull: "You can't score with me, 'cause I'm a goalless man."

Genoeg over enkel Florim, want de tijd dat De Staat een eenmansproject was ligt ver achter ons. De vier mannen naast hem zijn er al vanaf het debuut bij, en ze vertalen gezamenlijk de visie van de frontman in robuuste rockblokken, barstensvol met ideeën. Soms rammen ze zo rechtdoor als kan, in machinaal monotone liedjes als Witch Doctor en Refugee: nauwelijks melodie, maar wel veel bas, drum en synthesizer die de song laag naar de grond trekken. Alsof ze zich als blokken aan de benen van de zanger geketend hebben. Drummer Tim van Delft slaat harder dan ooit, terwijl bassist Jop van Summeren gedisciplineerd voor de groove zorgt.

Veel songs hebben een zwaar geluid, op andere momenten nodigt de grooverock ineens uit tot meefluiten. In opener All Is Dull bijvoorbeeld, of nog het meest letterlijk in Get It Together. Er is voortdurend percussie, er zijn dwarsfluiten, er zijn vette 80s synthhooks. Het gaat linksaf naar stoner, rechtsaf naar duivelse blues en bezwerende Afrikaanse ritmes. In I'll Take You schuift zangeres Janne Schra aan. Het is tussen het stevige rockwerk misschien wel het minst herkenbaar als De Staat, al kunnen we ook bepaald niet spreken van een romantisch duetje. Er zijn genoeg bands die voor hun derde plaat wat water bij de principes doen en een gooi doen naar het grootst denkbare publiek. De Staat doet het tegenovergestelde. Met duivels genoegen.