#PP13: Trixie Whitley gewoonweg te saai

Vlaamse vamp blijft niet overeind in Landgraaf

Door Timo Pisart, foto's Jelmer de Haas ,

'Coolness attracts coolness,' zou je kunnen zeggen. Geen wonder dat Ruben Block met de rest van Triggerfinger aan de zijlijn staat toe te kijken hoe hun landgenote Trixie Whitley het doet.

CONCERT:
Trixie Whitley, Pinkpop 3FM stage, zondag 16 juni 2013

MUZIEK:
In Gent geboren, maar in New York opgegroeid: Trix heeft overduidelijk internationale allure. Als tiener danste ze mee bij internationale balletgezelschappen, volgens het internet werkte ze vervolgens samen met een keur aan grootheden uit de jazz- en soulwereld, van Marc Ribot (gitarist Tom Waits) tot Robert Plant en Marianne Faithfull. Een hele dame, dus, maar we hadden voor het album Fourth Corner eerlijk gezegd nog nooit van haar gehoord. Vandaag weerklinkt zowel jazzy soulpop als een paar vuigere rockliedjes met telkens de rauwe strot van Whitley, van zacht gegrom en gehijg tot een flinke brul.

PLUS:
Wat een Vlaamse vamp, die Trixie Whitley (haar echte naam!): roomwitte huid, gebleekt haar, en een gigantische zwarte zonnebril op haar bleke neusje. Katachtig kruipt ze over het podium, het ene moment bijna sluipend, dan weer springerig en in de aanval. Met haar klauwtjes haalt ze venijnig uit op haar pikzwarte boetiekgitaar en af en toe slaakt ze gilletjes als een op de staart getrapte feline. Ja, er bestaat enige twijfel of er ook maar één muzikante op Pinkpop rondloopt die de 'natural coolness' van Whitley evenaart. Een paar van de liedjes doen het vandaag erg goed: een vrij akoestische versie van 'Gradual Return', dat wat vrolijker is dan de rest van haar repertoire. En een tweetal bijna grungy rockliederen, die best aanslaan op de festivalweide.

MIN:
Daarmee is dan ook alles gezegd: het gros van het Whitley-repertoire blijft bijzonder flets en komt vandaag amper over. De jazzy liedjes missen een goede hook of uitzonderlijke structuur en waaien als een briesje voorbij. Voor het genre zijn de liedjes bovendien te kaal, we missen een Hammondorgeltje dat de boel waar nodig dichtsmeert, of een Fender Rhodes die de spannende accenten en kleuringen aanbrengt. Zeker het eerste, ingetogen gedeelte van de set blijft daardoor wat ongelaagd en plat. Ook fascinerend: Whitley praat vrijwel de gehele show in het Engels. Niet vanwege sterallures, meent ze zelf. Maar anders kunnen haar bandleden haar niet verstaan.

CONCLUSIE:
Het één na laatste liedje doen Whitley en de haren iets bijzonders: ze spelen een gloednieuw afropop-deuntje dat ze 'nog nooit' live hebben gespeeld. Op zo'n groot festival, waar het Neerlandse publiek voor het eerst kennis maakt met Trixie Whitley, getuigt dat van lef. Maar we begrijpen prima waarom Ruben Block toen al was verdwenen uit de coulissen, want uiteindelijk was Trixie Whitley vandaag gewoonweg te saai en smolt haar set als sneeuw voor de zon.

CIJFER:
5