The Horse Company verruilt Mart Smeets-trui voor 90ies-jas

Hollandse handelsgeest, perfect geknipte baardjes en een mythologische titel

Ingmar Griffioen ,

The Horse Company is terug met een kraakheldere, meeslepende rockplaat. Het Zwolse viertal laat op het derde album de roots wat meer los en waar ze voor Olympus nog naar Texas togen, werd opvolger Calypso om de hoek in Zwolle opgenomen. "Ik wil het woord recessie er niet bij halen, maar helaas zat een tripje Texas er nu niet in", vertelt zanger-gitarist Arjen Hilberdink. Het heeft het resultaat niet geschaad en wat er ditmaal wel in zit is een albumpresentatie in Paradiso op 22 november. "Te gek! Eindelijk een keer in Paradiso."

De route van The Horse Company is een geleidelijke. Met het debuutalbum stond de familie (twee broers en twee neven) uit Zwolle aan de basis van het Goomah Music label. Twee jaar later kreeg de alternatieve rock op Olympus nog iets meer een roots-saus, wat een sterke plaat opleverde maar niet veel aandacht. "We lijden een beetje aan een aandachtsstoornis", grapt Hilberdink, die met broer Vincent de taken als zanger, gitarist en songwriter deelt. "We hebben wel allemaal van die perfect geknipte baardjes, maar dat is puur voor de lichaamswarmte." Het is niet een overdreven vlotte band, geeft Hilberdink toe. "We zijn niet van die degelijke liedjesschrijvers, die plannen om dan te gaan schrijven en dan te gaan opnemen. We vinden het heel fijn om voor de vuist weg wat in de oefenruimte erop los te jammen. Dus we hopen dat er nog genoeg mensen zijn die The Horse Company nog kennen."

Na twee jaar beschikte de band volgens Hilberdink over dertig tot veertig goede opzetjes voor liedjes. "We hebben onszelf wakker geschud: misschien is het weer eens tijd om een plaat te maken, met iets minder dan veertig tracks. Eind deze zomer zijn we gaan opnemen." Uiteindelijk bleven negen nummers over, waaronder een rockende openingstrack van vijfeneenhalve minuut en de afsluitende titelsong klokt negen minuten. Ook opvallend is het instrumentarium. Op Olympus kwamen gaststrijkers en -blazers, een orgel en veel percussie voorbij, nu treden nadrukkelijk de gitaren op de voorgrond. "Mijn broer en ik spelen vaak gitaarlijntjes die in elkaar grijpen, dat wilden we op deze plaat nog beter laten horen, dus veel gitaarlagen over elkaar heen. Je hoort verder vooral tamboerijntjes en Matthijs Herder, bij wie we de plaat opnamen, had nog een echte oude mellotron en een Fender Rhodes orgel staan. We konden ons niet inhouden: die moesten er ook op." Met vooral gitaren kun je bovendien ook een hoop: "Je kunt het met pedalen laten klinken als een Russisch kerkorgel."

Opnemen in Denton, Texas was een jongensdroom, opnemen in Nederland stiekem ook best wel spannend. "Je wil natuurlijk dat je plaat nog net iets mooier klinkt dan de vorige en als je dan niet dezelfde faciliteiten hebt..." Uiteindelijk kwam de band dus terecht bij Matthijs Herder, die in The Black Atlantic zit en daarnaast ook platen als Baroness' Blue Record mixte. "Gewoon om de hoek, maar we hadden meteen een goede klik en het is heel goed uitgepakt. Het was ook minder een gok dan naar Texas gaan. We zaten niet vast aan een beperkt aantal studiodagen maar hadden veel langer de tijd. Zo konden we nu de drums in een loods in Zwolle opnemen. Maar als we door deze plaat rijk en beroemd worden gaan we volgend jaar naar L.A. om drie maanden lang wraak te nemen op alles en iedereen."

Dat na Olympus de nieuwe plaat Calypso heet, is niet geheel toevallig. "We proberen het een beetje mythologisch te houden. Calypso is een Griekse zeenymf, die de held Odysseus een paar jaar gevangen hield op een eiland. Ik heb geen flauw idee hoe je dat kunt betrekken op ons album, haha. De titel komt van onze bassist Arjan Pronk. Hij zag een foto van een Amsterdams theater met die naam dat gesloopt wordt." Dat zien we niet terug op de hoes, die een kleurrijk kunstwerk toont. Op de eerste plaat zagen we rennende paarden, de tweede had een gelige hoes met bloemen. "Nadat we deze plaat opnamen zei Matthijs: 'deze nummers hebben helemaal niks met landelijkheid te maken, de volgende hoes mag wel wat meer urban en iets minder Libelle uitstraling." Met de vorige plaat voelde The Horse Company zich wat in het Americana-hoekje gedrukt. "Dat is toch altijd of je een kriebelige trui aantrekt, dat is toch een beetje Mart Smeets muziek. In deze plaat is wat 90ies geslopen, jaren '90 indierock."

The Horse Company presenteert Calypso donderdag 22 november in Paradiso. Het is de eerste plaat die de band in Amsterdam presenteert. "Daar zit wel een stukje Hollandse handelsgeest achter; je hebt meer kans dat de genodigde pers komt dan als je het in Zwolle achter een heuvel doet. Bovendien hebben we de plaat twee weken terug al gepresenteerd voor onze hondstrouwe fans op het Let's Get Lost Festival in Zwolle." Calypso is tijdelijk te beluisteren op de Luisterpaal.