Onmisbare Big Star-docu op het IDFA

Film over "the best band you never heard of" in premiere in de Melkweg

Willem van Zeeland ,

Op het IDFA is woensdag 21 november de onmisbare documentaire Big Star - Nothing Can Hurt Me te zien. Een film die het tragische verhaal vertelt over Big Star, the best band you never heard of. Na afloop van de vertoning in de Melkweg worden de songs van Big Star gespeeld door een all-star band onder leiding van Jan Bart Meijers met onder andere Ken Stringfellow, Jon Auer, Tim Knol, Jacob de Greeuw (Johan), Jelle Paulusma (Daryll-Ann) en Denvis. 3voor12 zag afgelopen voorjaar al een ruwe montage van Big Star - Nothing Can Hurt me op SXSW.

Het verhaal van Big Star is een verhaal van platen die niet of te laat zijn uitgebracht, van platen die niet werden gepromoot, van een band die in de jaren 70 maar zelden heeft opgetreden. Later, vanaf eind jaren 80, kwam er meer erkenning, maar echt groot werden ze nooit. Er kwamen zelfs reünie optredens, maar ook daarmee zag ik Big Star in 2006 slechts voor een halfvolle Tivoli in Utrecht.

Big Star was de band van Alex Chilton, die op 17-jarige leeftijd een wereldhit scoorde met The Letter, een nummer van zijn vorige band The Box Tops. Met Big Star maakte hij in de periode (1971-1975) drie albums die in hun tijd amper verkochten, maar die uiteindelijk wel alle drie de Rolling Stone Top 500 All Time Best Albums haalde. De film Big Star - Nothing Can Hurt Me vertelt hoe het zo ver heeft kunnen komen.

De band kwam uit Memphis en speelde vooral dromerige, lieve liedjes, soms met een bijtende ondertoon, met een sound op het kruispunt van Britse beat en Amerikaanse rhythm and blues. Het eerste album #1 Record werd nog wel uitgebracht, maar niet goed gedistribueerd, ondanks lovende recensies en de latere evergreen Thirteen. Het album verscheen op Ardent, het net opgerichte rocklabel van Stax. Stax was het grote soullabel waaromheen de hele muziekindustrie van Memphis destijds was georganiseerd. Stax had de voorafgaande jaren gouden tijden gekend met onder andere Otis Redding en Sam & Dave. Men besloot de formule te verbreden met een rocklabel, Ardent, en Big Star was een van de eerste signings. Maar na de grote successen van eind jaren zestig, was Stax begin jaren zeventig op zijn retour en daarmee kwam de hele muziekindustrie van de stad Memphis, natuurlijk ook bekend van de Sun-studio, in verval. Ardent was als label een beetje een doodgeboren kindje. Tegen die achtergrond moet je de carrière van Big Star zien. De filmmakers zijn er heel goed in gelaagd om die tragische setting neer te zetten in de film.

In mei 1973 wordt in Memphis de eerste en laatste Rock Writers Convention gehouden, een met alcohol en drugs overladen bijeenkomst van Amerikaanse rockcritici die wordt opgeluisterd door een optreden van Big Star in een nog niet halfvolle zaal. Dit optreden, het laatste dat de band ooit zal geven, is de grote bron van de legende. Verschillende critici, waaronder de vermaarde Lester Bangs omschrijven dit concert als zo'n beetje het beste dat ze ooit zagen. Hun woorden slaan dood bij het grote publiek, maar het geheime genootschap van Big Star-fans is geboren.

Het tweede album Radio City bevat weer een klassieker in de vorm van "September Gurls." Lenny Kaye, gitarist van Patti Smith, vertelt in de film dat hij het onbegrijpelijk vindt dat dit nummer niet op de radio werd gedraaid. Zonder dat de band het weet koerst Stax op dat moment rechtstreeks af op een faillissement. Ze maken zo ongeveer de mooiste popmuziek ooit, midden in een koninkrijk dat ten onder gaat zonder dat de betrokkenen het merken.

Het derde album, Sister Lovers, is experimenteler. Het is klaar in 1975, maar zal vanwege de ondergang van Argent pas in 1978 verschijnen. Het is misschien wel hun mooiste plaat, over relaties die ten onder gaan in het decor van een muziekindustrie die kapot gaat. De plaat zit dik in de strijkersarrangementen en het is met name dit werk dat na afloop van de filmvertoning in een grote bezetting live wordt gespeeld in Austin, met zang van onder andere M Ward, Ken Stringfellow en Peter Case.

Gitarist Chris Bell heeft dan de band al verlaten. De film staat uitgebreid stil bij zijn bijzondere rol in dit verhaal. Bell was een excentrieke jongen, een homoseksuele born again Christian. In 1978 verschijnt van hem een solo-single met dubbele A-kant: I Am The Cosmos en You And Your Sister. Niet lang na de release overlijdt Chris Bell op 27-jarige leeftijd. You And Your Sister wordt in 1991 een wereldhit voor This Mortal Coil, gezongen door Kim Deal, bekend van The Pixies en The Breeders.

Sister Lovers betekent ook het einde van Big Star. Zanger Alex Chilton start een solo carrière en zal in de jaren die volgen veel in Nederland optreden. In de Sun Studio's produceert hij Gravest Hits, de eerste EP van The Cramps.

Eind jaren tachtig keert het tij voor Big Star. Peter Holsapple van the dB's is de eerste artiest van de jaren 80-gitaargolf die Big Star noemt als grote inspiratiebron. The Replacements maken in 1987 met Pleased To Meet Me een van de beste albums van dat jaar met daarop het nummer Alex Chilton: "Children by the million wait for Alex Chilton, when he comes 'round". De cultstatus van de band neemt een grote vlucht als ook R.E.M., the Posies en Teenage Fanclub in interviews Big Star als voorbeeld noemen. Jon Auer en Ken Stringfellow van the Posies verleiden Alex Chilton in 1993 om onder de naam Big Star het oude werk live te spelen. Iets dat ze de jaren daarna sporadisch zullen doen.

In 2010 staat een optreden van Big Star gepland op SXSW, maar drie dagen voor de show overlijdt Alex Chilton. Het optreden wordt een eerbetoon aan misschien wel de grootste cultfiguur die de popmuziek ooit heeft gekend, frontman van the best band you never head of. Big Star - Nothing Can Hurt Me is een prachtige film geworden, waarin veel te zien is van de kleine hoeveelheid videomateriaal die van deze groep bewaard is gebleven. Je zag ze waarschijnlijk nog nooit op tv. Het zou mooi zijn om deze film op Nederland 3 uit te zenden, maar op de vraag van de zendermanager hoeveel mensen er zullen kijken moest ik toch antwoorden dat er nooit een groot publiek is geweest voor Big Star. Toch is het een film die iedere liefhebber van de betere popmuziek gezien moet hebben. Dus grijp je kans op het IDFA.

3voor12 Presenteert... Big Star Film & Concert, IDFA@Melkweg Amsterdam, woensdag 21 november
Hier meer info over deze avond.

De combitickets voor film en concert in de Melkweg zijn inmiddels uitverkocht. Er zijn nog wel kaarten verkrijgbaar voor het concert.

De film Big Star - Nothing Can Stop Me is nog een paar keer te zien op het IDFA:
Donderdag 15 november, 18.30 uur, Tuschinski 3
Zaterdag 17 november, 21.15 uur, Melkweg Theaterzaal
Zaterdag 24 november, 23.00 uur, Brakke Grond Expozaal