Racoon: de grootste indieband van Nederland

'Ik wil niemand kwetsen met mijn liedjes'

Atze de Vrieze ,

In maart verkocht Racoon op eigen kracht de HMH uit. Een maand later werden de Zeeuwen de grote winnaar op de 3FM Awards. Ondertussen werd ook hun vijfde album Liverpool Rain bekroond met een gouden plaat en komend weekend speelt Racoon met acht strijkers en vier blazers op Pinkpop. "Maar het mag niet bombastisch worden. De strijkers en blazers staan in dienst van de band, niet andersom."

Tien minuten van de oefenruimte van Racoon in Goes ligt de zee. Nou ja, strikt genomen is het geen zee, het is een groot stuk open water dat uitkomt bij de zee, maar het idee is hetzelfde. Je moet ervoor langs gehuchtjes als Kattendijke en opgepoetste toeristennederzettingen als Wemeldinge. Plaatsjes waar ze 'shoarma' nog schrijven als 'choarma' en waar de Zeeuwse vlag fier in top hangt. De oefenruimte bevindt zich in een opvangcomplex voor geestelijk gehandicapten. De ruimte waar bijzondere levensmomenten - kerst, sinterklaas - gevierd worden, is nu antikraak ter beschikking gesteld aan de band. In de gang staat nog het rad van fortuin, met roestige spijkertjes. "Ik zou de heren-wc nemen", zegt frontman Bart van der Weide. "In de dames heb ik net een beuker gelegd."

Puzzelen
"We repeteerden altijd in poppodium 't Beest, hier op de Beestenmarkt, maar dat was altijd wat behelpen tussen de producties door", zegt gitarist Dennis Huige, samen met Bart van der Weide al jaren de kern van de band. Huige, Van der Weide en bassist Stefan de Kroon zijn de laatste jaren één voor één terug verhuisd naar Zeeland, na jarenlang Utrecht als uitvalsbasis gebruikt te hebben. Van daar braken ze in 2000 door met Till Monkeys Fly. Daar zagen ze hun tweede album Here We Go Stereo floppen en maakten ze een gigantische comeback met Another Day en single Love You More. "We deden alles noodgedwongen zelf", zegt Huige. "We hadden geen platendeel, dus we maakten een album en hebben dat via een licentiedeal uitgebracht via PIAS."

Die constructie beviel kennelijk wel, want Racoon werkt nog altijd volstrekt onafhankelijk. Strikt genomen is Racoon - hoe succesvol op de radio ook - de grootste indieband van Nederland. De band werkt standaard met Michel Schoots, oud-drummer van Urban Dance Squad en al sinds jaar en dag betrokken bij Racoon. Schoots is een muzikale straatvechter. Huige: "Nadat we gedropt waren zei hij: 'Wel of geen geld, het maakt me geen zak uit. Ik wil een plaat met jullie maken. Het grote voordeel is dat we alle tijd hebben. We moeten naar jullie kracht toewerken.' Michel is heel goed in puzzelen, in de pre-productiefase. Dan zet hij een oude cassetterecorder middenin de ruimte om op te nemen. Als het daar goed op werkt, is het goed. Hij is enorm kritisch. Dit bruggetje is niet goed, dit refrein is wel goed, maar niet in dit nummer. En hij kan er volledig in opgaan. We hebben drie platen van begin tot eind met hem opgenomen. Hij gaat er zo diep op in; als het klaar is gaat hij een week lang bellen zitten blazen in een stoel."

Piep knars knor
Schoots was in de voorbereiding ook betrokken bij Liverpool Rain, het album dat uiteindelijk geproduceerd werd door Wouter van Belle. Het is een opvallend soulvolle plaat met rijke arrangementen van blazers en strijkers. En toch blijft Racoon dat transparante houden. Alsof er niets tussen de muziek en de luisteraar in mag staan. Alsof de fan constant recht in de ogen aangekeken wordt. "Het liedje staat op nummer 1", zegt Van der Weide. "Het liedje moet goed zijn. Alles wat je erbij doet, moet wat toevoegen. Al moet ik zeggen: iets meer piep knars knor mag van mij best, iets meer gedurfd." Huige: "Het is heel klassiek: je debuut maak je maar een keer, dat is heel bijzonder. En daarna heb je als band het gevoel dat je een stap moet maken, ofwel met songwriting, ofwel met sound. Wij hebben dat ook gedaan. Met Another Day zijn we juist terug gegaan naar de basis. We waren vroeger veel meer een muzikantenband dan nu."

Aan mensen die muzikanten graag grenzen zien verleggen, heeft Racoon niets, maar dan ook helemaal niets te bieden. Het interesseert ze niet. Agressie of rauwheid zijn geen factoren van belang. "De eerste songs die we schreven nadat we door Sony gedropt werden, waren boos", zegt Huige. "Michel zei: er zitten toffe dingen tussen, maar laten we het toch niet doen, want zo voel jij je niet over drie jaar. Boosheid is een emotie die we wel hebben, maar nooit blijvend." "Het nummer Time Is My Time komt op in mijn hoofd", zegt Van der Weide. "De Racoon Angry Tapes, misschien brengen we ze op een dag nog wel uit. Toen we begonnen als muzikant waren we angry young men, maar dat was puberboosheid. Heel erg lekker, maar dat hoeft niet meer voor mij."

Lege vlakte
Liverpool Rain, die succesvolle vijfde plaat, is dan ook een typische volwassen-mannen-plaat. Meest nadrukkelijk in albumtrack Freedom, waarin Van der Weide zingt: "The book we're living in, I've read it twice. And I don't want the plot to change. Although it's beautiful and you are lovely, still I'll be damned if I let you take my freedom." De invulling van dat begrip - vrijheid - is 180 graden anders dan de jonge, snelle rock 'n roll gedachte, het overal bij willen zijn, de onrust achterna. Dat is de mentaliteit van hip Amsterdam, niet de mentaliteit van de Zeeuw. "Vrijheid is voor mij een grote lege vlakte, water, een hond, twee gillende kinderen voor me uit", zegt Van der Weide. "Mijn eigen kinderen, de kinderen van andere maken alleen maar herrie. Ik vind drukte heerlijk, zolang ik mezelf eruit kan terugtrekken. Ik heb hier een fijn huis, de zee is prachtig. Vrijheid is naar eigen goeddunken je leven indelen, zonder een ander daarbij opzettelijk te kwetsen."

Die beginselverklaring is rechtstreeks door te trekken tot het songschrijverschap van de band. Want kom met die levenswijsheid maar eens aan bij Nick Cave of John Lydon, mensen die er hun levenswerk van maakten de beelden in de grote kerk neer te halen, te schoppen en zuigen. "Zo zit ik niet in elkaar", zegt Van der Weide. "Ik wil niemand kwetsen met mijn liedjes. Als ik een mening heb, wil ik die niet aan anderen opdringen. Daar gaat het liedje Liverpool Rain over. Het gaat over alledaagse helden. Denk aan een man die je elke week op een parkje ziet zitten met twee Albert Heijn tassen en een pakje shag. Misschien is hij vroeger wel een held geweest die drie kinderen uit een brandend huis gered heeft, maar vervolgens zijn vrouw kwijt raakte. Je kunt er verdomd makkelijk naast zitten als je op je eerste observaties af gaat. Niemand heeft de waarheid in pacht, zeker ik niet. Toch doe ik vaak het tegenovergestelde: ik flap eruit wat ik denk. Vaak denk ik achteraf: waarom hou ik mijn bakkes niet gewoon. Het is meer een wens, iets waar ik naartoe wil."

Onvoorwaardelijke liefde
Het is een oud-Hollandse vorm van tolerantie, die Van der Weide onbewust in zijn teksten oproept. De doe-maar-gewoon-dan-doe-je-gek-genoeg spirit in extreme vorm, een deugd die we doorgaans als verloren gegaan beschouwen in ons bescheiden Nederland. "No Mercy gaat over een doorgesnoven spicegirl die alles wil", zegt Van der Weide. Daar tegenover staat de kalmte van het vaderschap, die zorgt voor rust. "Onvoorwaardelijke liefde", zegt hij. "Ik doe daar alles voor. Hier heb ik een huis waarvan de achtertuin uitkomt in een doodlopende straat. Dat kon ik in de Randstad niet betalen." "Voor mij is het wel even kauwen geweest, de beslissing om terug te gaan", zegt Huige. "Mijn vrouw wilde graag terug. Voor mij voelde het als the end of the line. Dan gaan we daar zitten doorpruttelen naar het einde. Maar na een paar maanden was ik daar helemaal vanaf."

Op 13 mei organiseerde Racoon een benefietconcert op het marktplein van thuisstad Goes, voor de stichting Jayden. De opbrengst van de nieuwe single Don't Give Up The Fight gaat ook naar de stichting. "Die Jayden was het zoontje van een oude buurjongen van me", zegt Van der Weide. "Hij overleed aan neuroblastoom, kinderkanker. Nog geen drie jaar oud was hij. Het was een lijdensweg van een half jaar, waarin zijn ouders hem langzaam weg zagen zakken. Op een gegeven moment werd de pijn zo heftig dat de vader tegen zijn zoontje zei: 'Jayden, ga alsjeblieft slapen. Doe je ogen dicht en kom niet meer terug. Ik kom je opzoeken als ik ook ga.' Het ventje heeft zijn ogen dicht gedaan en is tussen zijn ouders in bed ingeslapen. Dat komt zo dichtbij. Tegen zoiets zeg je geen nee." "Het blijft lastig", zegt Huige. "Zelfs bij het uitbrengen van single Don't Give Up The Fight hadden we dubbele gevoelens. De opbrengst gaat naar de stichting, maar als het een hit wordt is dat ook goed voor de band. Ons management zegt wel eens grappend: we kunnen jullie het hele jaar door gratis op benefieten laten spelen. Je moet daarin heldere keuzes maken."

Flop
De levensvisie van Van der Weide vertaalt zich in open, begrijpelijke teksten. De zanger houdt het bewust simpel. "Wat ik sloop, probeert Dennis er weer bij te stoppen in zijn gitaarspel", zegt hij. "Het klinkt vaak simpel wat hij doet, maar als je goed luistert hoor je dat hij soms hele pittige dingen uit zijn vingers haalt." "De zanger is het belangrijkst", countert Huige. "Die moet het verhaal vertellen. Niets mag dat in de weg staan. Maar we proberen altijd wel een bepaalde mate van intelligentie te bewaren. Ik weet nog goed dat we een keer een Marlboro Flashback tour deden met het oeuvre van Faith No More. Ach, dat heeft niet zo veel om het lijf, dacht ik toen. Dat is ook zo, bijna. Het grootste deel is het lange halen snel thuis, maar in elk liedje zit wel iets geks, soms wel drie of vier dingen. Als je dan op internet probeerde uit te zoeken hoe het nu precies zat, zag je dat bijna iedereen daar tegen aanliep, en dat de meesten er maar wat van maakten."

De keuze voor het liedje - niet meer en niet minder - bleek voor Racoon uiteindelijk de gouden greep. Sindsdien zijn ze niet uit het zadel te krijgen. De pijn van die fatale tweede plaat is allang weer vergeten. "Het lijkt me verschrikkelijk", zegt Huige, alsof hij het nooit heeft meegemaakt. "Je hebt een plaat gemaakt waar je trots op bent, waar je bloed zweet in tranen in hebt gestopt. Het gaat tegenwoordig ook veel sneller. Vroeger kon je aan een plaat werken, als er nu in de eerste vier weken niets gebeurt, ben je klaar. Gelukkig werd No Mercy meteen opgepikt. Dat weet je dat de bal rolt en je kunt blijven duwen. Na Another Day hebben we uitgebreid over succes gesproken. We hebben tegen elkaar gezegd: het is al bijna onmogelijk dit succes te behouden, laat staan te overtreffen. Als Love You More later het hoogtepunt van onze carrière blijkt te zijn, dan is dat maar zo." Van der Weide staat op, loopt tien meter weg en laat twee knallende, oud-Hollandse ruften. Hij klopt zijn broek af en loopt rustig terug.
"We zijn ouder en wijzer geworden", zegt Huige. "We zijn geen beginnende band van 21 meer." Van der Weide: "We zijn ook geen beginnende band van 25 meer. En ook niet van 30."