Sex, drugs en Go Back To The Zoo in Amerika

Dagboek over de beestachtige overzeese avonturen van de Amsterdamse band

GBTTZ ,

Go Back To The Zoo beleeft de wildste avonturen in Noord-Amerika. Al rockend, rollend, grappend en grollend raasde de Amsterdamse band door The Big Apple en de zuidelijke States, een spoor van ontzag, adoratie, gedesillusioneerde bejaarden en vernieling achterlatend. Ook het SXSW festival in Texas ging voor de bijl, evenals een Excelsior-employee op een vouwfiets. Inmiddels reizen de jonge rockgoden in hun gouden limo's van Chicago naar Toronto voor de Canadian Music Week. Wordt vervolgd…

NEW YORK

We zijn in Amerika. We doen een mini tourtje van New York naar Austin, waar we uiteindelijk op het showcasefestival SXSW spelen. Ons eerste optreden was in een café. Voor ons speelden verschillende singer-songwriterachtige types. De sfeer in het café was gezapig er zaten zelfs een aantal bejaarden aan de tafeltjes die tegen het podium aan stonden. Tijdens het moed in drinken voor het optreden overwogen we even om enkel rustige nummers te spelen, maar we besloten uiteindelijk om toch het tegenovergestelde te doen.

Het optreden ging goed. De bejaarden liepen al snel het café uit en een aantal Jersey shore achtige types achter in de zaal riepen dingen zoals YEAH en WOO tijdens de solo's van Teun. Na de show deelden we flyers en promo's uit en veel mensen kwamen naar ons toe om te zeggen hoe goed ze het vonden.  Bij ons zat de sfeer er inmiddels lekker in. Temeer ook omdat vriend A. van Excelsior de boel kwam opvrolijken. Met hem dronken we grote glazen bier en keken naar de acts die na ons speelden.

Maar we moesten door. Op naar Cakeshop. Vriend A leidde de weg op zijn Excelsior-vouwfiets en wij volgden in vier gouden limo's (hoe komen we anders ooit van dat absurd hoge subsidiebedrag af). Bij Cakeshop speelden vette bands. Van de eerste band kan niemand zich nog de naam herinneren, maar de muziek leek op Pixies. De laatste band heette Diarrea Planet en dat is geen grap. De zanger bleek dezelfde jongen die even  te voren nog schijnbaar verlegen stond te roken op de stoep. Nu trok hij al voor het eerste nummer zijn shirt uit en riep hij voortdurend dingen zoals: FUCK YOU  en ASSHOLE. De muziek was een grote bak herrie maar dat vonden we wel vet. Torben bestelde tequila en vanaf toen werd de avond wazig. We gingen op de foto met een jongen met een absurd grote fles Heineken: een zweeds meisje stonk uit haar mond: A. probeerde een lp van The Feelies te kopen aan de bar en buiten stond de zanger van Diarea Planet, met zijn T-shirt aan, een beetje schuchter om zich heen te kijken. We moesten door. De zon kwam op. Vriend A. slingerde met zijn vouwfiets over de Brooklyn-bridge terug naar huis. Wij stapte in onze gouden limo's en sliepen als baby's.

NASHVILLE

We zijn in The South: Nashville, Tennesee. Het is hier te gek. De hele stad ademt country-muziek. Overal hoor je Hillybilly bandjes spelen en iedereen lijkt hier iets met muziek te doen. We speelden die avond in 12th and Porter, een mooie zaal midden in de stad. Voor ons speelden verschillende lokale bands die ons verzekerden dat het erg druk ging worden die avond.

De tijd voor het optreden doodden we met skateboarden en clippen op de hoek van de straat. Torben ging een fles whisky kopen, die later op de avond uit de kleedkamer gestolen zou worden. Maar dat wisten we toen nog niet. We aten die avond in een bbq-honkeytonky bar waar een zang-contest werd gehouden. Een meisje van 14 zong iets van Adele maar de band speelde veel te langzaam. Op de w.c. had iemand niet doorgetrokken en lag de grootste drol ooit. We vonden zelf dat ons eigen optreden die avond niet zo goed ging. Er was gedoe met geluid op het podium en we speelden slordig. Maar zoals dat dan vaak gaat, had het publiek daar schijnbaar niks van door en kregen we veel goede reacties.

Na het optreden besloten we te gaan eten in een sportsbar. Dit bleek een slecht idee: er stonden twaalf televisies aan met verschillende basketbalwedstrijden. Het gepiep van de schoenen galmde door de bar en mensen moesten hard praten om de herrie te overstemmen. Het duurde lang voordat we konden zitten en we aten een halve cheeseburger en dronken bier.

Toen met de taxi naar bar 308 aan de andere kant van de stad, een vette bar. De portier was mank. De mensen daar dachten schijnbaar dat we erg beroemd waren want we kregen van iedereen drank en werden constant door iedereen aan iedereen voorgesteld. Van de barman kregen we bij binnenkomst whisky shots met een stuk watermeloen erbij. Op de bar waren pagina's Bukowski geplakt en we vroegen de barman of hij fan was. Hij zei dat hij niet van lezen hield. Dan was er Chris de slager. Hij vond ons ook erg interessant. Toen we met hem naar buiten liepen langs een mooi meisje, zei hij dat wij alle meisjes in de bar konden uitkiezen die we wilden.  Hij nodigde ons uit om vooral bij hem langs te komen in zijn slagerij 'up te road'.

Naast de bar was Dino's: een snackbar met live muziek. Er speelde drie bands die nacht, harde bands allemaal van Jack Whites label Third Man, en allemaal ook een beetje White Stripes achtige muziek. Mensen nodigden ons uit om op het dak te roken en we gingen mee, maar werden er vrij snel weer afgestuurd. We bleven die avond lang hangen in Dino's en maakten veel nieuwe vrienden. Een meisje aan de bar had een tattoo van haar eigen auto op haar arm. Het was een hele saaie nieuwe auto, een Dodge of zo. We vroegen ernaar en ze zei dat de auto stond voor vrijheid, omdat ze er vroeger veel mee gereisd had. Toen ze opstond bleek ze extreem klein te zijn. De bar ging dicht en we gingen in de taxi naar iemands huis. In het huis stond een complete backline en we hebben tot in de ochtend in verschillende formaties muziek gemaakt. Het kleine meisje met de auto-tattoeage bleek erg goed te kunnen drummen. Midden in het huis stond een enorme ketel met wiet en de langste wiet-pijp die we ooit hebben gezien.

AUSTIN

We zijn van maandag t/m vrijdag in Austin, Texas op SXSW: het grootste showcase festival ter wereld.

Hoewel we pas hoefden te spelen op vrijdag waren we al vanaf maandag op het festival. Vorig jaar waren we hier ook en merkten toen dat het goed is om rond te lopen in Austin: veel bands te zien en mensen te ontmoeten. SXSW is een bizar groot en chaotisch festival. Op alle mogelijke en onmogelijke plekken in de stad spelen bands. De straten in het centrum zijn overbevolkt door krioelende mensen die allemaal ergens naar toe willen en je hebt voortdurend het gevoel dat je iets aan het missen bent. In het midden van die chaos staat het Convention Centre, waar de airco hoog staat en je lezingen kan volgen en lekker zaken kan doen.

Wij zijn hier naartoe gekomen om te spelen en zoveel mogelijk voor ons belangrijke mensen naar onze shows te krijgen. Het netwerken laten we deze week vooral over aan onze manager en boeker, zodat wij veel op avontuur kunnen. Toch hebben we in Austin veel vrienden gemaakt want veel mensen spreken je aan: Are you in a band? Where are you from? We zorgden ervoor dat we altijd flyers bij ons hadden als we op pad gingen en de meeste Amerikanen verzekerden ons dat ze naar ons zouden komen kijken. De avonden in Austin zijn chaotisch, je probeert zoveel mogelijk bands te zien.

Hier een verslag van 3 avonden:

VRIJDAG
Vrijdag speelden we drie keer. De eerste show was in Maggie's Maes op een soort balkon om 14.00 uur 's middags en die ging erg goed. De band voor ons had een bijzondere basgitaar: een precision bas met een keyboard er aan vastgetapet. Er waren veel mensen. Daarna naar the Dutch Impact Party waar we na I am Oak en voor Dope D.O.D. speelden. Het was onvoorstelbaar heet op het podium maar het ging lekker. Na onze show hadden we heel even tijd om Dope D.O.D. te zien en we vonden ze vet. Onze laatste optreden was chaotisch. We deelden een backline, maar de band die het zou meenemen was veel te laat en nam uiteindelijk maar de helft van de besproken spullen mee. Na een hoop gedoe begonnen we een half uur te laat maar speelden goed.

Later die avond zagen we Dinosaur Jr.. We omzeilden handig de lange rij door gebruik te maken van een van de 20 polsbandjes die je hier krijgt op SXSW. Dat is overigens wel erg goed geregeld op het festival, als artiest mag je overal langs de rijen lopen en kan je dus heel snel van band naar band gaan. Er waren hooguit 200 mensen binnen en we voelden ons vereerd. Het podium (waar we zelf eerder die dag op stonden!) was tamelijk klein en de helft was uiteraard gevuld met Marshall stacks. Het optreden was gestoord. Midden in de set nam bassist Lou Barlow uitgebreid de tijd om Jack White belachelijk te maken: "What the fuck are you guys doing here? Don't you know there is a living legend playing right now on the other side of town? Later die avond ontmoetten we Rian die helikopterpiloot was in Afghanistan, zijn taak: search and rescue. Hij beloofde ons de volgende dag mee te nemen voor een vlucht, maar daar kwam uiteraard niks van terecht. Op de terugweg naar het hotel hadden we een vreemde gewaarwording: midden op straat stond de zanger van Rage Against The Machine vanaf een katheder, als een dictator een gigantische menigte fans toe te spreken.

DONDERDAG

Op donderdag zagen we the Jesus and Mary Chain. We hadden daarna drie dagen een piep onze oren, maar dat was de moeite waard.

LAATSTE AVOND
Onze laatste avond  in Austin verliep stormachtig. De laatste avond renden we van band naar band maar zagen uiteindelijk één hele vette MIKE NOGIETS. Later belandden we bij the Strange Boys, die een weinig inspirerende set speelden. Het was raar: vorig jaar zagen we ze ook spelen, op dezelfde plek zelfs en toen was het wel super goed. Tot onze grote vreugde dook A. van Excelsior ineens weer op. Ditmaal zonder vouwfiets, maar met mountainbike. Toen de optredens waren afgelopen gingen we samen met A. en een aantal andere Hollanders op zoek naar het feest. Teun en Lars haalden acrobatische kunsten uit op de mountainbike van A en trokken veel bekijks. Torben werd verliefd op een sigarettenverkoopster.

We belandden op een soort rap-feest waar geen drank was en besloten dus verder te zoeken. Goddank hadden we inmiddels nieuwe vrienden gemaakt die een plan hadden, dus wij volgden gedwee. Teun en Lars hadden inmiddels 75 dollar opgehaald met hun fietsacrobatiek en waren in geen velden op wegen te bekennen. De afterparty waar we uiteindelijk terecht kwamen was ok, er was gratis drank en iets met mode dus GBTTZ en A. voelden zich prima op hun plek. Bram probeerde met grote snelheid bier van de ene kant van de bar naar de andere te schuiven en Cas ving het op. Dingen liepen uit de hand en we besloten af te taaien. We zwaaiden A. gedag en zagen hem al slingerend op zijn mountainbike steeds verder uit het zicht verdwijnen. SXSW zat er op. Op een showcase festival weet je nooit precies hoe goed je het hebt gedaan: je speelt immers voor de businespeople. Toch hadden we er een goed gevoel over en dat kwam niet alleen van de drank. Over een week horen we aan de hand van de e-mails wel of we goede zaken hebben gedaan. Op naar Canada.