Lowlands 2012: Kasabian, cocky Britdance- & poserrock

Hoeders van het Oasisgeluid, inclusief zeurderige zang

Ingmar Griffioen ,

'You need to understand the concept of jumping up and down,' bijt gitarist Sergio Pizzorno de volle Alpha toe. 'I don't wanna see anyone in this fucking tent standing still.' De boodschap, hoe denigrerend ook gebracht, komt luid en duidelijk binnen en zo'n slordige twaalf- tot vijftienduizend man springt hard op 'Vlad The Impaler'. Eerder verkondigde frontman Tom Meighan nog: 'Good to see the Dutch, as always,' maar erg gemeend klonk dat niet. Duidelijk verhaal: Kasabian is niet gekomen om vrienden te maken, maar om die Alpha te rocken.

CONCERT:
Kasabian, Lowlands Alpha, zaterdag 18 augustus 2012

MUZIEK:
Britpop met dancedrive. Na diverse implosies van Oasis hebben deze vijf Leicester lads het stokje overgenomen. Met elk album groeiden ze in hun rol van Britpop-vaandeldragers en hoeders van het Oasisgeluid, inclusief zeurderige zang. Artctic Monkeys en Primal Scream (vanwege de dance cross-over) mogen ook referenties heten. Aan de overkant van het Kanaal resulteerde dat jaren terug al in een megastatus, Europa sukkelt daar wat achteraan. Ook na de release van vierde album Velociraptor! (september 2011) en ondanks producer Dan the Automator is Kasabian hier populair maar nog geen mainstream headliner.

PLUS:
In de beste Britse traditie presenteren deze mannen zich met lef, branie en overtuiging, iets waar veel Nederlandse bands een voorbeeld aan kunnen nemen. Opener 'Days Are Forgotten' wordt meteen meegezongen en de Alpha wuift de Engelsen verkoeling toe. Respect voor het publiek in deze extreme hitte, vindt ook Meighan: 'This is so hot, thank you for bearing this fucking pain with us.' Bij 'Underdog' (van het vorige, derde album) golft de herkenning door de tent. Het is een typische, catchy Oasissong, hoewel het lijkt alsof die een tempo te laag gespeeld wordt en de geluidsmix wat gek is, waardoor we de tweede stem van Pizzorno amper horen. Het nummer krijgt wel een geweldig opzwepend dance-slot mee. 'I.D.' en 'Club Foot' voeren halverwege de set terug naar het debuutalbum en dat is acht jaar later nog heel niet verkeerd.

MIN:
Ondanks de combinatie van Britpop/rock met pulserende dance dreigt het wat eendimensionaal te worden. En how many times do we have to show our fucking hands dude?, om in het jargon van Pizzorno te blijven. We missen in het geluid een stukje laag in het middenrif (dit klinkt geregeld als een slag in een roomtaart). Als ze toch zo met het debuutalbum uitpakken, dan had het laidback 'Processed Beats' niet misstaan, al was het maar voor de variatie. Waarom staat, de verder wat vermoeid ogende, Meighan een groot deel van de set met zijn rug naar het publiek, alsof hij liever de ritmesectie vermaakt?

CONCLUSIE:
Heel slim hoe ze live Fatboy's Slim 'Praise You' voor oudje 'L.S.F.' plakken; olie op het vuur. Er is genoeg te genieten en te springen, maar de soms ronduit gemakzuchtige, arrogante wijze waarop het opgediend wordt, gaat wringen. Dan begint het verdacht te lijken op een routineus riedeltje afdraaien en op een trucje. Hoe die stuwende beats erin beuken en hoe de synths nu en dan voor het grootse effect aanzwellen met de trompet erbij. Dan gaat het richting Pendulum-achtige lelijkheid. Nu is die band (live) ter ziele, dus wellicht willen ze dat gat vullen, maar voor dergelijke dance-pleasers heb je geen zevenkoppige band nodig. De Britten wekken de indruk dat het ze allemaal weinig kan schelen; headline sets in de Londense O2 Academy en op Reading en Leeds Festival coming up.

CIJFER:
6