103 decibel landelijke limiet ‘muzieklocaties’

Overeenkomst Nationale Hoorstichting, VVEM en VNPF

Erik Zwennes ,

De Nationale Hoorstichting heeft een overeenkomst gesloten met de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals (VNPF) en de Vereniging Van Evenementen Makers (VVEM) over het geluidsniveau bij onder meer poppodia, clubs en evenementen. De locatie en de producent zullen zich houden aan een volumegrens van 103 dB.

Overeenkomst Nationale Hoorstichting, VVEM en VNPF

De Nationale Hoorstichting heeft een overeenkomst gesloten met de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals (VNPF) en de Vereniging Van Evenementen Makers (VVEM) over het geluidsniveau bij onder meer poppodia, clubs, discotheken, schouwburgen en evenementen. Binnen Nederland hebben ID&T en Mojo Concerts zichzelf voor livemuziek al eerder vrijwillig de geluidsnorm van maximaal 103 dB opgelegd.

De afgesproken geluidslimiet is onderdeel van een breed pakket aan maatregelen. De locatie en de producent zullen zich houden aan een volumegrens van 103 dB, ze zullen de bezoekers informeren over het geluidsniveau en de gevolgen ervan en zorgen dat er gehoorbescherming verkrijgbaar is. Bezoekers hebben behoefte aan bescherming, zo blijkt uit recent onderzoek in Nederlandse clubs; ruim 80% van het uitgaanspubliek vond de muziek te hard en eenzelfde percentage had pijnlijke oren na het stappen. Volgens wetenschappelijk onderzoek komen er elk jaar ruim 20.000 jongeren met gehoorschade door zogenaamd ‘vrijetijdslawaai’ bij.

De Hoorstichting geeft aan dat het de grens van 103 dB echt een absoluut maximum vindt. Op dit moment leek het de enige haalbare grens. Ondanks dat bezoekers nog steeds schade kunnen ondervinden van de overeengekomen geluidslimiet is de stichting akkoord gegaan. Dit omdat het onderdeel is van het totale pakket aan maatregelen. ‘In combinatie met actieve voorlichting en de beschikbaarheid van gehoorbescherming kan het publiek nu een geïnformeerde keuze maken. De maximumnorm van 103 dB voorkomt in ieder geval excessen van overmatige geluidsbelasting.’ aldus de stichting.

Overigens is de VNPF bij monde van directeur Berend Schans niet blij met het voortijdig uitlekken van de overeenkomst. “Er was afgesproken dat we met het nieuws naar buiten zouden komen als de bijbehorende campagne gelanceerd werd. Nu is er een afspraak maar zullen er altijd zuurpruimen zijn die er niets van terug zien in de zalen. Het persmoment is nu geweest, maar over de campagne moeten nog afspraken gemaakt worden. Zo wil de Hoorstichting zich richten op discotheken terwijl die niet inhoudelijk betrokken waren bij het overleg.” Feit is dat Koninklijke Horeca Nederland niet tot de ondertekenaars behoort.

De gemaakte afspraken moeten beschouwd worden als een ‘gentleman’s agreement’; er komt naast de gebruikelijke ARBO-controles gericht op medewerkers, geen handhaving en controle bij kijken. Dit is in de lijn van de wens van Den Haag om regulering binnen de sector plaats te laten vinden. De VNPF is blij dat het zeggenschap heeft in het proces. Schans: “In België wordt nu gesproken over een limiet van 96 dB daamee zouden wij niet kunnen werken.”