Wovenhand houdt de regie

Een uitverkochte De Spot geniet van David Eugene Edwards

Tekst en foto's: Gijs Kamphuis ,

Ook al is het een maandagavond, De Spot in Middelburg zit tjokvol en hangt aan de lippen van zanger David Eugene Edwards. De charismatische frontman van Wovenhand heeft tijd gevonden om, tussen een aantal festivalshows door, Zeeland aan te doen. Het is de derde keer dat hij met zijn band onze provincie aandoet. De derde keer ook voor een uitverkocht huis.

Wat is het toch met Wovenhand? Wat is het toch met Edwards? De man is uitgesproken christen. Diep gelovig. Bands en artiesten die dat te snel zeggen, krijgen in Nederland vaak een EO-label en kunnen het in het seculiere circuit meestal wel vergeten, uitzonderingen daargelaten. Voor de Amerikaan lijkt het juist in zijn voordeel te werken. Dat was al zo met 16 Horsepower, met Wovenhand is het niet anders. De reden ligt deels in zijn performance. De urgentie die hij in zijn spel legt, is ongekend en bijna ongehoord. Je moét naar hem luisteren. Wie dat niet wil, is hier niet. Maar ook de eerstelingen die er vanavond zijn, hangen direct aan zijn lippen. De man uit Colorado gelooft in alles wat hij doet, staat in een soort trance op het podium, al moet hij persoonlijk ieders demonen uitdrijven. Hij wil het. Want hij wil maar een ding: gehoord worden. Wovenhand speelt voor iedereen en kent geen hokjes. Wie hem hoort, maakt hem niet uit. Ook vanavond niet. 

Wovenhand doet niet aan aankondigingen of uitleg over de nummers. Een “Bedankt dat u gekomen bent”, volstaat na het allerlaatste nummer. De toon van de show is hard en aarddonker. Folk, rock, country en (black) metal-invloeden mengen zich tot een krachtig ritueel. Er wordt bezwerend geopend met ‘In This Tempel’, waarna het tempo van de set goed gedoseerd wordt zonder dat de show inzakt, daar zorgt de frontman zelf wel voor. Gelukkig is hij omringd door prima muzikanten die de passie van Edwards evengoed meedragen en het vuur verder aanwakkeren. 

Het optreden leunt op de laatste twee platen: ‘Refractory Obdurate’ (2014) en The Laughing Stalk’(2012). ‘Masonic Youth’, ‘King David’ het machtige ‘King O King’ of het beklemmende ‘Field Of Hedon’,  het is allemaal even lekker. Het zijn geen hapklare brokken; je moet eten ook al heb je geen honger. Maar het smaakt. Het water is van het zuiverste soort, je drinkt het uit zijn handen. Wovenhand vertelt, al is het vaak lang niet duidelijk wat het verhaal nu precies is. Soms niet meer dan wat gemompel. Want Wovenhand is ook gewoon een beetje vaag. Een beetje in zichzelf. Desalniettemin is het gewoon vreselijk goed wat deze vier mannen hier laten zien en horen. Een toegift? Nee, weer niet. Ook al staat heel de zaal te brullen en te smeken. Dat is Edwards ten voeten uit. Hij is de regiseur, terwijl de scriptschrijver ziet dat het goed is.