My Darling Clementine heeft de taak om Roots in the Park te openen. De Britse countryband, geformeerd rond het echtpaar Michael Weston King en Lou Dalgleish, bouwt voort op de traditie van roemrijke duo’s als Tammy Wynette & George Jones en Gram Parsons & Emmylou Harris. De stemmen van Weston King en de in fraai zwart-roze gestoken Dalgleish kunnen die verwachtingen echter niet helemaal waarmaken, en zo vroeg in de middag krijgen hun originele maar ietwat degelijke liedjes een wat lauw ontvangst op het nog halflege veld in het Julianapark.
Roots in the Park doet wat het belooft
Gemoedelijk Utrechts roots-festival biedt americana in volle breedte
De derde editie van Roots in the Park, in het Utrechtse Julianapark, kende een gevarieerde line-up, met folk, blues, rythm & blues, country en rootsrock, en werkte mooi naar de twee hoogtepunten toe: blueszanger Keb' Mo' en southern rockers Blackberry Smoke.
Giant Tiger Hooch zorgt daarna voor een scheut rommelige energie. Deze ‘brakke bluesband uit Amsterdam’ en het ‘stelletje ongeregeld’ - zoals voormalig VPRO-dj en muzikale duizendpoot Jaap Boots de groep aankondigt - werkt met bravoure- en politiek-incorrecte opmerkingen zeker zo hard aan hun imago als aan hun muziek. Ritmisch klinken de Mokummers nog niet zo hecht als je bij dit soort garageblues zou willen, maar het materiaal van hun nieuwste album PANDA! PANDA! PANDA! geeft wel hoop voor de toekomst.
Een behoorlijk aantal mensen komt richting het podium voor de Australische zanger-gitarist C.W. Stoneking, met zijn nieuwe all-female begeleidingsband. Stoneking, vooral bekend van zijn album Gone Boogaloo uit 2014, trakteert zijn publiek op een originele mix van rythm & blues en jazz, calypso, jungle en Hawaii. Na een sterk begin zakt het optreden wat in, mede door de lange, vrijwel onverstaanbare inleidingen tussen de nummers. De geheel in het wit geklede Stoneking doet met zijn luie zang af en toe denken aan een aangeschoten koloniaal die in een tropische bar zijn desillusies deelt met een even benevelde toehoorder. Hoewel de man ontegenzeggelijk klasse heeft, is het om halfvier ’s middags gewoon nog wat vroeg voor die beneveling.
De ruimte tussen de optredens wordt op Roots in the Park gevuld door twee dj’s met passend traditionele americana. DJ Moonshine draait 78-toerenplaatjes met obscure blues, rythm & blues en gospel uit de jaren ’20-’50, dj Miss Twist kiest voor 45-toerenschijfjes met twist, rock ’n roll en soul uit ’50-‘60. Het publiek vermaakt zich intussen met rock ‘n roll-parafernalia in de kraampjes en met bier en versnaperingen uit de diverse foodtrucks. Het is een gemoedelijke sfeer op het met bomen omgeven terrein, waarin de festivalgangers soms complete picknicks houden, inclusief kampeerstoeltjes en fleecematjes.
Het lijkt erop dat een groot deel van het publiek op de bekendere namen, zoals Hurray For The Riff Raff, of op de zon heeft gewacht, want pas aan het eind van de middag raakt het festivalterrein behoorlijk gevuld. Frontvrouw Alynda Sigarra van Hurray For The Riff Raff oogt wat vermoeid, maar zingt krachtiger dan je op grond van de studioalbums van de groep zou verwachten. Na een rustige start geeft de goed ingespeelde band geleidelijk aan meer gas en krijgen de geëngageerde folksongs een passende dramatische lading, vooral als Sigarra en haar kompanen in nummers als 'St. Roch Blues' de invloed van woonplaats New Orleans meer laten doorklinken.
Door technische problemen begint het trio van Ryan Bingham bijna een halfuur later dan gepland. De 35-jarige Texaanse troubadour laat zich daardoor niet uit het veld slaan. Met zijn ontspannen fingerpicking-stijl en aangename schuurpapieren stem werkt hij zich soepel door een gevarieerde set folk- en countrynummers heen. Binghams songmateriaal is allesbehalve vernieuwend, maar het speelplezier spat ervan af. Een glansrol is daarbij weggelegd voor begeleider Richard Bowden op fiddle, wiens solo in de Stones-cover 'Rip This Joint' die van Keith Richards het nakijken geeft. Binghams vult zijn sterke eigen werk graag aan met covers van zijn voorbeelden. In Utrecht krijgen Townes Van Zandt, Bob Dylan en de onlangs overleden Guy Clark zo’n eerbetoon.
Zanger-gitarist Keb' Mo' is dit jaar vermoedelijk de bekendste act. De Amerikaan heeft al meer dan een dozijn albums en een paar Grammy’s op zijn naam staan. Een behoorlijk deel van het publiek is kennelijk afgekomen op zijn mix van zelfgeschreven blues-, soul- en popnummers met positieve boodschap. Mo heeft een drietal puike begeleiders meegenomen. Vooral de linkshandige funky bassist Stan Sargeant (Leonard Cohen, Al Jarreau) die zijn instrument ‘verkeerdom’ bespeelt, steelt de show met een paar korte, inventieve solo’s. Mo' geeft het publiek in het Julianapark een dwarsdoorsnede uit zijn repertoire, met oude nummers als 'More Than One Way Home' en nieuwere als 'The Worst is Yet To Come'. Het publiek wil meer, maar tijd voor een toegift ontbreekt, aldus presentator Boots, want er moet worden omgebouwd voor de laatste act van de dag.
Blackberry Smoke trapt af als de schemering al begint te vallen. Met hun lange haar en baarden voldoen deze southern rockers geheel aan het stereotype beeld. En ook verder is de band trouw aan de hen vooruitgesnelde reputatie, want Blackberry Smoke klinkt als een klok. Hun rock, geworteld in blues en country, wordt gedragen door de perfect gedubbelde licks van bas en slaggitaar. Leadzanger-gitarist Charlie Starr heeft bovendien de klaaglijke laidback stem die bij het genre hoort. Maar in tegenstelling tot voorgangers als Lynyrd Skynyrd houden de mannen uit Atlanta, Georgia, de nummers prettig compact. Alleen ‘Sleeping Dogs’ krijgt een uitgesponnen versie die het publiek meezuigt in een duistere wereld van dreiging en geweld. Blackberry Smoke is daarmee een mooie afsluiter van een festival dat doet wat het belooft: een staalkaart bieden van hedendaagse americana in een onpretentieuze, gemoedelijke sfeer.
Gezien: Roots in the Park met My Darling Clementine, Giant Tiger Hooch, C.W. Stoneking, Hurray For The Riff Raff, Ryan Bingham, Keb’ Mo', Blackberry Smoke, zaterdag 2 juli 2016 @ Julianapark, Utrecht