013 heft het glas op Balthazar

Superstrakke en oppercoole Belgen maken indruk in de Grote Zaal

Inge Gruijters ,

De vooravond van Halloween… Onderweg stuiten we op ‘Joker-gezichten’ met uitgescheurde mondhoeken van schminck en ander gespuis. En terwijl in de Hall of Fame de debuut-ep van de nieuwe Tilburgse hiphoptalenten Kringili & Alex Megas wordt gepresenteerd, wordt 013 getrakteerd op één van de spannendste indiebands die België op dit moment te bieden heeft.

Fossa

De Grote Zaal van 013 ruikt – ondanks Slayer – nog helemaal nieuw. Helaas is de tegenwoordig wel erg grote zaal pas voor ongeveer een kwart gevuld als Fossa het podium op sluipt. Opeens zijn ze er. De Britse indiepopband vergezelt Balthazar tijdens hun Europese tour zowel in Nederland als in Duitsland en Frankrijk. De zaal is dan nog wel niet erg vol, het applaus dat de band in ontvangst mag nemen is bepaald niet karig. De hoge stem van zanger Louis en de snelle gitaarloopjes vallen in de smaak. Het half uurtje dat het Londense viertal vult is dan wel niet wereldschokkend vernieuwend, maar it does the trick. Het publiek kan nog even wennen aan de zaal en aan de vrijdagavond, voordat het échte werk begint.

Balthazar

Tilburg is op zich best verwend. Afgelopen zomer – vlak na de komst van laatste album ‘Thin Walls’ – maakte de Belgische band alweer voor de tweede keer zijn opwachting bij Best Kept Secret, ditmaal zelfs op het hoofdpodium. Gelukkig lijken ze geen genoeg van de regio te krijgen. Balthazar geniet bij onze zuiderburen al jaren ‘wereldberoemdheid’, maar hun bezwerende, originele en strakke indie met de lijzige stemmen en de onvolprezen live-reputatie begint eindelijk ook vat op Nederland te krijgen. Nog  voordat het ‘nieuwe’ 013 officieel de deuren opent, staan de heren en dame van Balthazar er al op de planken. En wat is dat fijn.

Zo stilletjes als het voorprogramma het podium op sloop, zo bombastisch kondigt Balthazar zijn komst aan. De bezwerende vioolklanken van het intro van ‘Decency’ zetten meteen de toon. Na een strakke opening van de show begint ook het publiek op te warmen als de band als derde het nummer ‘Leipzig’ inzet.

Wat is Balthazar cool. En ze trekken alles uit de kast. Ze spelen strak, superstrak zelfs. Echte showpikken zijn het niet, toch zet de band wel af en toe (subtiele) showelementjes in; zo zit drummer Michiel Balcaen in de spotlight tijdens een solo die vooraf gaat aan een supersexy uitvoering van het nummer ‘Nightclub’. Tijdens ‘Wait Any Longer’ verlaat een deel van het gezelschap eventjes het podium, om zanger Jinte Deprez zijn momentje te gunnen, om later in alle felheid weer terug te keren. ‘Bunker’ wordt ingeleid door een prachtige vioolsolo. Violiste Patricia Vanneste verbreekt de stilte en doorklieft met haar strijkstok ook de lichtstralen van de spotlight. Heel mooi. Wanneer dezelfde violiste later zonder strijkstok op haar instrument begint te tokkelen, weet het merendeel van het publiek al hoe laat het is: tijd voor favoriet ‘Blood Like Wine’. Uit volle borst wordt de kraker meegezongen. Uiteraard mag een geheven glas niet ontbreken.

Wie de band vaker zag, weet dat niet alles spontaan en vernieuwend is… Maar who cares? 013 heeft een mooie tijd. De set wisselt de sterke nieuwe songs van het album ‘Thin Walls’ af met klassiekers van 'Rats'. En hoe. Zonder gek gestuiter, grappen, grollen of überhaupt gepraat maakt Balthazar ook indruk. De band laat de muziek voor zichzelf spreken. En dat is prima, want die is uitstekend.