In een volle Paradox mochten de Tilburgse sixtiesrockers van The Black Marble Selection afgelopen zaterdag hun nieuwe album laten horen: 'Greener Than The Other Side'. Een titel waar een grote voorjaarsschoonmaak in doorklinkt, niet alleen in naam, maar ook in muziek.

Het voorprogramma komt in de vorm van MOOON, drie jonge sixties-nostalgisten (funky haarbandjes, check. Art-deco behangpatroonstropdas, check. Geföhnd halflang haar, check, check, check!) uit Aarle-Rixtel. De scheve grijns waarmee ze het podium op stappen, is de hele rit niet van hun tronie te slaan. Het drietal hippies is vastbesloten om de boel wakker te schudden: als een stel topsporters in de kleedkamer pept het drietal het publiek - en elkaar - flink op. Dat lukt door garage, blues en surf in de ketel te mikken en met emmers psychedelica te besprenkelen; een uitstekend recept voor ellenlange jams, waarbij de bijna-pubers elkaar vrij baan geven om flink te soleren. Met aandoenlijk oprechte liefde voor het genre, schudden ze hun bloempotkapsels hevig heen en weer.

Deze onbehouwenheid, de funky gitaardeuntjes, de drummer in de kleren van zijn opa, het ongekende enthousiasme (alleen al de blikken die onderling worden uitgewisseld zijn om van te smelten); met al die branie en charme verklaart MOOON met hun retro-garagesongs het feest voor geopend.

Het podium is voor de heren van The Black Marble Selection, die voordat zij hun band in 2012 oprichtten nog nooit een instrument hadden aangeraakt, zo zeggen zij zelf. Er wordt gehoopt op ongetemde galmende garagerock dat ons zwaar overprikkelt de nacht in zou sturen. Dat lukt niet helemaal: met 'Greener Than The Other Side' kiest The Black Marble Selection duidelijk voor een toegankelijker geluid, waarbij de rafelige randjes iets meer worden gezoomd. Dat hoor je al vanaf de opener: dit is een vriendelijkere, ongevaarlijkere Black Marble Selection; de chaos wordt in (bochtige) banen geleid.

Ze staan trouwens nog maar met z'n vijven op het podium: het fenomeen uit de streek moet het sinds vorig jaar doen zonder de rauw-gruizige stem van Jean-Paul Lilipaly. The Black Marble Selection zag hun leadzanger in maart 2016 vertrekken. Gitarist Erik Bus neemt de vocalen voor zijn rekening, waar we trouwens niet écht over te spreken zijn: erg stemvast is hij niet, en zijn Engels klinkt Tilburgser dan je je kunt voorstellen.

Het publiek lijkt het allemaal weinig te deren: dat zit nog vol goede moed en is vanavond niet van plan om stil te staan. Aan het begin van de set staan de spring-in-het-velds in de zaal zich een poot uit hun lijf te dansen. Dat lukt prima op de oudere nummers, maar ook het nieuwe, opzwepende 'No Time' treft doel: het heerlijk twangy gitaartje en dansbare en ophitsende drums doet het publiek langs elkaar glibberen. Hier en daar worden wat noten ingeslikt en het gitaarspel rammelt langs alle kanten, maar juist daarin zit de charme van deze groep schijnbare amateurs die hun strepen hebben verdiend met hun chaotische doe-het-zelf-garage-experimenten.

Die garage hebben ze flink uitgemest en dat hoor je. De nieuwe nummers, die toegankelijker en ‘opgeruimder' moeten klinken, zoals 'Garden of Delight' en 'His Hands Go For Miles' halen niet alleen de vaart uit het sixtiesfeestje, ze klinken ook aan de doordeweekse kant. Waar is het experiment naartoe? Het knutselwerk met de kartelrandjes?

Toch valt er ook te genieten en lichten er heel wat waakvlammetjes op; mondharmonica en tjingeltjangelpiano blijken perfecte maatjes voor de gloednieuwe retro. Zo is het heerlijk uitwaaien bij het Beach-Boys-esque ‘A Big Facade’; ook het toepasselijk getitelde 'Above Par' doet heel wat psychedelische vonken rondvliegen, die overigens snel weer uitdoven. Veel tijd gaat verloren aan suffige Albert-Heijnrock, waardoor zelfs de meest fanatieke danser het niet kan laten om een blik op z'n klokje te werpen.

'I am getting tired of waiting for the end of the day', moppert Erik in de microfoon tijdens mondharmonicasong 'Waiting For The End Of The Day'. Dat treft. 'Zullen we nog een nummer spelen?' vraagt Erik op het laatst. Het publiek geeft nauwelijks geluid. 'Het hoeft niet, als jullie niet meer willen.' Krekels. 'We kunnen ook aan het bier, dus zeg het maar.' Nog steeds niks.

Toch wordt de vreugdeloze akoestische solo 'Benefit of the Doubt' uit de lauwe bierkraan getapt. Nee, wat op het podium staat, is niet de oude Black Marble Collection. Die komen nog steeds het beste uit de verf als ze gewoon zichzelf zijn en chaotische huis-tuin-en-keukengarage in ons gezicht boeren.