Shoulders of Giants trekt stille Cul de Sac moeiteloos omver

Cold Fuse vormt dramatisch vermaak

Elysa van der Ven ,

Dat Shoulders of Giants zich op de weg naar de top bevindt is geen onbekend feit: de Tilburgse mannen hebben nauwelijks een halfjaar geleden hun albumdebuut gemaakt met ‘At Wits’ End’ en borduren vandaag de dag voort op het onmiskenbare succes in de Tilburgse rockscene.

Cold Fuse

Het is aan de mannen van de Tilburgse Cold Fuse om een geslaagde rockavond in te luiden. Gescheurde broek, openhangend spijkerjasje en een kralenketting; zanger Daan Werdmüller von Elgg weet zichzelf tot waardige blikvanger te maken door zijn rockimago een eigenzinnige draai te geven. Eigenlijk geldt dat voor de hele band, die begeeft zich qua act namelijk op het dunne lijntje tussen een redelijke rockband en een vertederende vertoning aan prettige poprockclichés. “Dit is er eentje uit de oude doos,” oppert frontman Daan. “Hebben wij die ook één, een oude doos?” voegt gitarist Guido Smits daar een beetje ongemakkelijk aan toe. Zulke grapjes (De punchline? Oh, dat was ‘m) worden vooral als zoete koek geslikt door een publiek dat uit lokale fans bestaat. Want jawel, de zaal ligt plat. Met een beetje grappen en grollen weet Cold Fuse dan ook tussen nummers door te vermaken. Toch heeft de vijfkoppige formatie geen humor nodig om zich achter te verschuilen. Het intieme en gewaardeerde momentje dat met ‘Legacy’ wordt weggegeven, is hetgeen ze geloofwaardig maakt. Geen gedwongen performance, maar een lied over rouw, hartzeer en rauwe emotie. Deze wordt dan ook door de zanger ingekleed met verassend zwoel klinkende vocalen, die tegelijkertijd jongensachtig aandoen en daarmee de sfeer opschroeven naar een melodramatisch deelmoment.

“Dit nummer is het volgende hoofdstuk van vrouwonvriendelijke nummers, sorry dames”, zegt Guido. Vrouwonvriendelijk? Een smalende ballad neemt het publiek vol sensatie mee naar een tijd waarin puntige popnummers over een gebroken hart en een long lost high-school girlfriend aan de orde van de dag waren. Maar die vrouwonvriendelijkheid is ver te zoeken. Het is dan ook de eigenaardige dramatiek die Cold Fuse zo duidelijk illustreert binnen de lijnen van de moderne poprock.

Shoulders of Giants

De bewezen rockband knalt direct binnen met een indrukwekkend voorkomen en een flinke portie gelaagde rock. De interactie met het publiek is het passievolle bewijs van het feit dat deze act stevig met beide benen op de grond staat. Vooral zanger Mark van Bavel zoekt regelmatig oogcontact. Bijna vragend, enigszins bescheiden, en toch vol muzikale strijdlust. “Wat chill dat jullie er allemaal nog zo laat zijn,” meent hij oprecht. En dat terwijl de opkomst wat aan de schrale kant is. Het is daarentegen direct duidelijk dat Shoulders of Giants zich daar niet door laat ontmoedigen: de mannen blijven hun nuchtere zelfwaardering manoeuvreren tussen ritmisch juiste nummers en een rock-gehalte dat met tijden zelfs op de dansbaarheidshormonen inslaat. En toch, er écht te koop mee lopen doen ze niet: “als je denkt: wat klinkt dat leuk, dan is dat te danken aan de geluidsman.”

Elk bandlid vervult een relevante en charismatische rol in het beweeglijke viertal. Het is zeldzaam: een band die zo divers is in samenstelling, maar tot een bijzonder geluid komt dat zich op kundige manier uit en samensmelt tot een overtuigende collectieve rocksound. In eerste instantie lijkt Shoulders of Giants een bandje dat simpelweg goed is in wat ze doen: pakkende alternatieve rock maken voor een breed publiek. Maar ook kan er een grunge golf op ultra subtiele wijze door de set trekken, om dan weer ongemerkt het repertoire te verlaten. En dat is misschien wel datgene wat Shoulders of Giants zo gigantisch opmerkelijk illustreert: meeslepende rock en sentimentele meezingers staan paraat op de voorgrond, terwijl de muzikale bijl subtiel inhakt op het misplaatste idee dat dit het volgende simpele, makkelijk definieerbare rockbandje is. De muzikanten van Shoulders of Giants bouwen met meetbaar enthousiasme aan een set die zowel plastisch is als een ijzersterke toevoeging aan de moderne alternatieve muziekcultuur.